‘Het is wachten op Godot of toch hopelijk een deus ex machina’, schrijft Jan Wostyn van Vista over de aanslepende formatie in Brussel. Het is intussen exact een jaar geleden dat ook de Brusselaars gingen stemmen.
Vandaag is het dag op dag een jaar geleden dat ook de Brusselaars naar de stembus trokken. Een nieuwe regering volgde daar nog niet uit, een eindeloze deurenkomedie wel. Initieel zat de blokkering vooral aan Nederlandstalige kant waar pas na 5 maanden een meerderheid werd gevormd. Daarop spatte echter meteen de Franstalige meerderheid uit elkaar, omdat PS-voorzitter Ahmed Laaouej het niet zag en ziet zitten een coalitie te vormen met de N-VA. Daarmee zette hij ook meteen het hele Brusselse systeem, waarbij elke taalgroep autonoom zijn eigen meerderheid maakt, op losse schroeven.
Sindsdien zijn nog tal van pogingen ondernomen om het Brusselse Gewest een regering te bezorgen, maar vaak meer voor de Bühne dan wat anders. Sinds november zijn we getuige van de langste wedstrijd schaduwboksen uit de geschiedenis van het Gewest. De 89 Brusselse parlementairen werden er zelf ook wat nerveus van en 5 ervan werden intussen onafhankelijk of veranderden van partij. Vorige legislatuur eindigde de teller zelfs op 13. Vaste kost in Brussel. De voetbalmercato is er niets bij. Een kampioenenploeg als Union zit helaas niet in het parlement en deze legislatuur speelt sowieso niemand kampioen. Er zijn sowieso ook geen prijzen meer te verdelen.
Vandaag streven de verschillende Franstalige hoofdrolspelers zowaar simultaan hun eigen meerderheid na. Leisterh (MR) (of moeten we zeggen Bouchez?) probeerde op rechts de forcing te voeren met een heuse beleidsverklaring maar die viel op een koude steen. Laaouej (PS) van zijn kant wil liever zelf minister-president worden en timmert aan de weg met een volledig “progressieve” coalitie, al kan men zich toch wel de vraag stellen wat er progressief is aan communisme en communautarisme. De wanhopige De Beuckelaer (Les Engagés) hoopt dan weer N-VA in te ruilen voor CD&V om tot een Vivaldi à la bruxelloise te komen. Naar links, naar rechts of rechtdoor? Brussel zit duidelijk op een dood spoor.
Het is nog steeds zeer de vraag of één van hen daarin kan slagen. Er is het afgelopen jaar ook niets fundamenteels veranderd in Brussel. Het is wachten op Godot of toch hopelijk een deus ex machina. De verwachte ratingverlaging door Standard and Poor´s op 13 juni kan een beetje druk zetten, maar het lijkt onwaarschijnlijk dat dit op korte termijn voor een doorbraak zorgt. Zelfs de tragische dood van de 11-jarige Fabian door een politie-interventie passeert als een faits divers. Elke mogelijke coalitie blijft vastlopen op verschillende, voorlopig onoverkomelijke obstakels. Rien ne va plus.
Het huidige machtsvacuüm kan worden toegeschreven aan twee factoren. Ten eerste is er de totaal ontspoorde begroting die de schuld tot boven de 20 miljard euro zal drijven. Niemand weet nog hoe je die situatie nog kan keren zonder federale steun. Ten tweede is er echter ook de simpele realiteit dat de rechtse Franstalige bourgeoisie haar politieke meerderheid in Brussel al jaren structureel kwijt is. Voor de MR is een alliantie met de N-VA daarom een natuurlijke manier geworden om zich te weren tegen het linkse overwicht in Brussel. Maar voor de linkse partijen blijft de N-VA de baarlijke, zelfs racistische duivel. Die machtsstrijd zal mogelijk finaal op het federale niveau beslecht moeten worden.
Indien een volledig linkse coalitie in Brussel de macht grijpt, zullen MR en Les Engagés des te meer geneigd zijn om hun Brusselse belangen via het federale niveau te behartigen. Voor een MR-publiek in Sint-Lambrechts-Woluwe liet Bouchez er geen twijfel over bestaan: een federale curatele over Brussel is misschien gewoon een noodzakelijke stap omdat de linkse partijen niet bereid zijn tot hervormingen in Brussel. Zo leidt de weigering van Laaouej om ook maar met N-VA te praten, finaal mogelijk tot een volledige herziening van het Brussels Gewest via een brede staatshervorming.
Daarbij komen alle opties op tafel. Vorige week liet van de burgemeester van Ukkel, Boris Dilliès (MR), zich op de Brusselse zender BX1 ontvallen dat hij zijn (rijke) gemeente nog liever ziet aangehecht worden bij Vlaanderen dan bestuurd te worden door communisten. Eigenlijk zei Dilliès enkel luidop wat steeds meer Franstaligen in het rijke “hoog-Brussel” lijken te denken. Het verklaart ook mee waarom het francofiele Défi met zijn anti-Vlaamse houding zo aan aanhang heeft verloren. Steeds meer Franstalige Brusselaars beseffen dat ze Vlaanderen nog hard nodig zullen hebben om hun welvaart te behouden. Ook een Frans rapport dat niet minder dan 5 Brusselse gemeenten ‘onder controle zouden staan van de Moslimbroeders’, zorgde voor een schokgolf in Franstalig Brussel.
De vraag mag ook wel echt gesteld worden wat het Brusselse Gewest de Brusselaar nu eigenlijk precies heeft opgeleverd behalve een onveilige en vuile stad, een peperduur en inefficiënt politiek-administratief waterhoofd, versnipperde bevoegdheden zonder duidelijke verantwoordelijken en een schuld van straks meer dan 20 miljard euro. Wie zal die schuld ooit afbetalen? Ook de claim op “autonomie” van de Brusselaar valt steeds moeilijker hard te maken. Waarom zouden Brusselaars méér autonomie moeten hebben dan Antwerpenaren, Gentenaars, Luikenaars of Carolo´s? Moet Brussel niet gewoon als een ééngemaakte stad bestuurd worden, zoals nu eenmaal gebruikelijk is voor… steden?
Enkel een alliantie met Vlaanderen kan het armlastige Brussel uit de put helpen, bijvoorbeeld door middel van een Flandris-fonds, waar ik vorig jaar reeds voor pleitte. Wat Brusselaars willen en nodig hebben is een welvarende en een veilige stad. De geweststructuur van 1000 mandaten bevolkt met 1000 politici dient de belangen van de Brusselaar niet.
De visie van de huidige Brusselse politieke klasse reikt niet verder dan de eigen carrière, wat postjes voor les copains en wat voordelen voor de eigen cliëntelistische achterban, die liefst arm en behoeftig wordt gehouden. Tijd dat ook de geesten in Vlaanderen rijpen om Brussel weer in de armen te sluiten. Als stad, niet als gewest.
Jan Wostyn is voorzitter van Vista, een politieke beweging die een Vlaams sociaal-liberaal alternatief voorstaat, dat de particratie doorbreekt en de band tussen Brussel en Vlaanderen versterkt.