Bert Engelaar (ABVV): ‘Hoe mooi zou het zijn als Vooruit, PVDA en Groen samen Bobbejaanland zouden afhuren?’

Bert Engelaar: ‘Vakantiejobs moeten op dezelfde manier belast worden als gewone jobs. Dan weten jongeren tenminste waarvoor ze werken.’ © Thomas Nolf
Tex Van berlaer Journalist Knack

Van Bert Engelaar mogen oude vormen en gedachten bij het ABVV gerust sterven. Terwijl hij de socialistische vakbond opfrist, beukt de algemeen secretaris tegen de Arizona-regering in – al mag u hem geen ‘idealistische revolutionair’ noemen. ‘Vincent Van Peteghem (CD&V) is een politicus die ik enorm bewonder.’

‘De vakbond is altijd “tegen” geweest. Wat ­regeringen ook deden, het was slecht. Maar de vakbonden gaan erop achteruit, we verliezen leden. Het negati­visme speelt dus in ons nadeel. Daarom werk ik aan een ander vakbondsmodel.’

Bert Engelaar laat een frisse wind waaien door het ABVV, op alle mogelijke manieren. Zo zijn de muren van zijn kantoor bezaaid met cartoons, telkens met Engelaar zelf in de hoofdrol. Uit ijdelheid? Misschien, maar het wijst ook op de ruime belangstelling voor de nieuwe algemeen secretaris van het ABVV – met voorganger ­Miranda Ulens werd niet gelachen. Straks volgt ­Engelaar de Franstalige Thierry Bodson op als ­algemeen voorzitter. Dan is hij meteen de Belgische nummer één van de socialistische vakbond.

Dat is een onverwachte en razendsnelle promotie. Tot januari dit jaar stond de 46-jarige Engelaar nog op de loonlijst van de Algemene Centrale. Als secretaris van het gewest Brussel Vlaams-Brabant viel hij op bij de socialistische beweging, hij slaagde erin om maar liefst 10.000 nieuwe leden aan te trekken.

Zelf is de toekomstige voorzitter van de socialistische vakbond afkomstig uit Sint-Niklaas, net als Vooruit-voorzitter Conner Rousseau. Ze hebben weinig gemeen, maar wat ze delen is hun franc-­parler. Bert Engelaar spaart de kritiek op zijn (verre) voorgangers niet. Zowel inhoudelijk als strategisch wil hij verruimen. Nu de federale regering zich opmaakt voor een cruciaal begrotingsconclaaf, draagt hij zelfs een hoop concrete voorstellen aan.

‘Ik schuw de vroegere fetisj van het ABVV, namelijk dat alle zelfstandigen profiteurs zijn.’

‘Het zomerakkoord van de regering-De Wever bevatte amper belastingen op kapitaal maar zo veel meer op arbeid. Dat stuit me tegen de borst. Daarom zeggen wij vandaag: “Een euro is een euro.” Elke ­euro die wordt verdiend, moet op dezelfde manier belast worden. Het maakt in principe niet uit of je een ­persoon bent of een vennootschap.’

U verwacht dat de regering-De Wever openstaat voor een vermogensbelasting en meer belastingen voor vennootschappen? Bonne chance.

Engelaar: Ik ben niet naïef. Uiteraard weet ik dat de Arizona-regering dat niet zal lusten. Maar het ABVV stelt zich ditmaal constructief op. En dat is niet wederzijds. Met de hervormingen in de pensioenen, werkloosheid en arbeidsmarkt vraag ik al maanden aan de ministers of ik mag langskomen om te praten. Het aantal keren dat ik ben uitgenodigd kan ik op de vingers van één hand tellen. Bij vicepremier David Clarinval (MR) duurde ons onderhoud welgeteld een kwartier.

Wat betreft de beperking van de werkloosheidsuitkering tot twee jaar: het ABVV begint met een tsunami aan rechtszaken tegen de overheid.

Engelaar: We stappen naar het Grondwettelijk Hof én we zullen mensen individueel bijstaan voor een zaak bij de arbeidsrechtbank. Maar ik betreur de foute framing in de media. Het ABVV zegt níét dat iedereen altijd en onbeperkt of onvoorwaardelijk een uitkering moet blijven krijgen. Meer nog: via onze zaak bij het Grondwettelijk Hof vallen wij niet eens de hervorming zelf aan, wij verdedigen de rechten van de mensen. Wij willen in de eerste plaats dat er een overgangsfase komt voor die tienduizenden mensen die volgend jaar hun uitkering verliezen. Ik erger me trouwens aan de toon van sommige politici in dit debat.

Een vakbondsman die vindt dat politici te luid of te kritisch zijn?

Engelaar: (neemt zijn telefoon) Lees deze post van Theo Francken (N-VA): ‘Gedaan met het eeuwige doppen en nietsdoen op kosten van de belastingbetalers. Het OCMW zal sommigen hiervan zien opduiken. Het overgrote deel zal echter HELEMAAL NIET in aanmerking komen voor een leefloon.’ Tal van mensen zullen inderdaad geen leefloon krijgen omdat bijvoorbeeld hun partner wel werkt. Bij die gezinnen zal dat erin hakken. Francken lijkt zelfs te genieten van hun miserie.

© Thomas Nolf

Het valt op dat u als ABVV-topman veel nadruk legt op arbeidsmigratie. Uw voorgangers zwegen daar liever over, om ‘de basis’ niet voor het hoofd te stoten. Ook veel vakbondsleden stemmen (extreem)rechts.

Engelaar: Toch vind ik dat vakbonden te lang hebben gezwegen over migratie. Ook wij durfden het debat niet meer aangaan. Ik merk ook wel dat bij een links kiespubliek migratie niet meteen op veel enthousiasme meer kan rekenen. Maar ik ben de zoon van een lerares zedenleer. Als voetbaltrainer werkte ik met kansarme jongeren die geen geld hadden om voetbalschoenen te kopen. Als vakbondsman vind ik het cruciaal dat we nieuwkomers op een mooie manier kunnen integreren in de arbeidsmarkt.

Ook werkgeversorganisaties als VBO en Voka staan te springen voor meer arbeidsmigratie. Als er te weinig werkvolk is, stijgt de druk op de lonen.

Engelaar: De regering denkt dat ze langdurig werklozen en langdurig zieken in een wip opnieuw aan het werk krijgt, maar ze heeft het mis – hoe hard ik dat ook betreur. We hebben dus nieuwe werkkrachten nodig. Neem de bouw. Wist u dat in ons onderwijs amper nog wordt ingezet op metselen? Vandaar dat Portugese bedrijven hier massaal metsers leveren. Ook al zijn dat vaak geen Portugezen, maar Portugeessprekende Brazilianen. Om maar te zeggen: mensen komen niet alleen naar hier om in de sofa te hangen. En ik reik die mensen ook de hand om hen te helpen met hun integratie.

Het ABVV is tegen groeiende flexibiliteit. Maar valt dat af te stoppen? Op vakantie in Italië zagen we een plaatselijke Carrefour die 24 op 24, 7 op 7 open was. Mensen vragen steeds meer flexibiliteit. Is het zo vreemd dat de regering daarop inspeelt?

Engelaar: Ik vrees dat het een nieuwe realiteit wordt. Is het straks alleen nog aan de vakbond om te zeggen: ‘Wij doen daar niet aan mee?’

‘Theo Francken lijkt te genieten van de miserie van mensen die hun werkloosheidsuitkering zullen verliezen.’

De regering besliste al om studentenarbeid en flexi-jobs uit te breiden. U bent tegen?

Engelaar: Als jobstudent in de Colruyt verdiende ik een pak meer dan mijn collega’s met een vast contract. Wat leren jongeren op die manier? Dat het beter is om minder af te dragen aan onze sociale zekerheid. Vandaag kunnen studenten per jaar tot 650 uur werken. Een student die tussen zijn 15de en 21ste alle uren opgebruikt, werkt evenveel als een vaste voltijdse werknemer op twee jaar – dat is dus niet niks. Ik weet goed dat ik me hiermee niet populair maak bij de jeugd, maar die jobs moeten op dezelfde manier belast worden als gewone jobs. Jongeren zeggen me dat ze dan 500 à 600 euro minder zullen verdienen op een maand. Maar zo weten ze tenminste waarvoor ze werken, en bouwen ze pensioen en andere rechten op. Als ik ’s zaterdags naar mijn Spar in Asse ga, is daar geen vast personeel te bespeuren.

Klopt het dat u uit principe niet naar de supermarkt gaat op zondag?

Engelaar: Dat klopt. (lacht) Onlangs vroeg ik een volle zaal vakbondslui of ze tegen zondagswerk zijn. Iedereen stak z’n hand omhoog. Dan vroeg ik hoeveel mensen zondag gaan winkelen. Toen werd het stil. Ik ben er fier op dat ik het niet doe. Versta me niet verkeerd, van mij mogen flexi-jobs ook blijven bestaan. Er zijn genoeg mensen die vier vijfde werken om in het weekend in een ijskraam of bar te flexwerken – ik begrijp dat maar al te goed. Ik vraag alleen dat die flexibele statuten de sociale zekerheid niet ondermijnen.

U was vorige week te gast bij een evenement van zelfstandigenorganisatie Unizo. Viel uw oproep in de smaak?

Engelaar: Jarenlang was het onmogelijk om als ABVV’er aan te schuiven bij Unizo. Ik voel mij daar echt niet te mooi voor. Al zeg ik daar ook dat de sociale bijdragen van zelfstandigen moeten stijgen: hun pensioenen zijn gelijkgetrokken door de regering-De Croo, maar hun bijdragen zijn in verhouding veel te laag gebleven. Máár ik schuw de vroegere fetisj van het ABVV, namelijk dat alle zelfstandigen profiteurs zijn en graag geld in hun zakken stoppen. Op vergaderingen zeg ik dan: ‘Als dat echt klopt, word dan zelfstandige.’

© Thomas Nolf

Zoekt u ook in de politiek naar andere kameraden dan alleen die van Vooruit?

Engelaar: Die zijn er. CD&V-vicepremier Vincent Van Peteghem is een politicus die ik enorm bewonder. Mocht een ABVV-topman dit 20 jaar geleden hebben gezegd, hij werd gelyncht. Ik heb hem gezegd dat zijn fiscale blauwdruk die hij als financiënminister in de Vivaldi-periode had opgemaakt, onterecht naar de vuilnisbak is verwezen. Overigens ook door het ABVV: wij vonden het weeral niet goed genoeg, terwijl het beter was dan wat binnen Arizona wordt beslist.

Vorige week tekende u ook present op een event van Groen.

Engelaar: Ik was er als vakbondsman, niet als politicus. Maar met de ongelooflijke verrechtsing van in Amerika tot in Europa kunnen ook syndicalisten het zich niet permitteren om het enkel over koopkracht of pensioenen te hebben. Daarom praat ik ook over migratie, over de genocide in Gaza, over Soedan.

In feite bent u jaloers op de Arizona-regering?

Engelaar: Ja, daar ben ik jaloers op. Die partijen staan op sommige vlakken haaks op elkaar, maar toch hebben ze een draagvlak gecreëerd voor hun ingrepen. Kijk hoe Bart De Wever naar de familiedag van MR in Walibi gaat! En dat terwijl hij Georges-Louis Bouchez naar verluidt niet kan luchten. Hoe mooi zou het zijn als Vooruit, PVDA en Groen samen Bobbejaanland zouden afhuren?

Alle progressieven moeten zich dus verenigen?

Engelaar: Ja, maar dat betekent niet dat we over alles hetzelfde hoeven te denken. Bij Groen vroeg iemand uit de zaal om de salariswagens af te schaffen. Maar kinderen die geen centen hebben wanneer ze het huis verlaten en beginnen werken, zijn dolblij met een salariswagen. Dat lijkt me een betere oplossing dan een lening aangaan voor een auto.

‘Een salariswagen lijkt me een betere oplossing dan een lening aangaan voor een auto.’

U schreef op de achterflap van het nieuwe boek over de pensioenen van PVDA-Kamerlid Kim De Witte: ‘Zoveel mogelijk mensen moeten dit boek lezen’. Dat is een mooie steun voor De Witte, maar ook voor de PVDA.

Engelaar: Het is niet de eerste keer dat een ABVV-topman zoiets doet. In onze organisatie zitten Vooruit-kiezers, PVDA’ers, Groenen en er zijn helaas ook leden die voor het Vlaams Belang stemmen. Zijn er punten die wij overnemen van de PVDA? Zeker. Maar ik heb eerder de indruk dat de PVDA punten van ons overneemt.

Maar het is wel Vooruit, de partij waar u in het partijbureau zit, die in de regering zijn schouders onder de door u verfoeide hervormingen zet.

Engelaar: De PVDA behoort tot de politieke oppositie. Als vakbond maken wij geen deel uit van het politieke speelveld. Vooruit heeft ervoor gezorgd dat tijdens de regeringsonderhandelingen de rampzalige plannen werden tegengehouden die Georges-Louis Bouchez (MR) voor ogen had voor de vakbonden en voor de ziekenfondsen. Maar daarom hoeven we niet vijf jaar aan een stuk ‘dank u’ te zeggen. Bij Vooruit wisten ze goed genoeg dat zodra ze in deze regering zouden stappen, ze achteraf niet moeten komen wenen als hun plannen het ABVV niet zouden aanstaan.

Bij Groen klinkt het dat Conner Rousseau en u poppenkast spelen. U hebt een rolverdeling: ‘good cop, bad cop’. U geeft kritiek op Vooruit, maar u kent uw grenzen.

Engelaar: Rousseau kent mij al van voor ik algemeen secretaris van het ABVV was. Ja, wij komen goed overeen, al zei ik toen al hetzelfde als nu, alleen kwam dat helaas nog niet in de media. Er is een fundamenteel verschil tussen ons. Hij heeft de keuze gemaakt om in een regering te stappen waartegen ik oppositie moet voeren. Over langdurig werklozen bijvoorbeeld: als ik het voor hen opneem, is dat absoluut geen poppenkast.

De slogans op de ABVV-affiches zijn ‘Met deze regering gaan we frontaal naar de afgrond’ en ‘We hebben er genoeg van’. Toch eist u niet meer dat de regering-De Wever valt, zoals in het voorjaar, toen u Conner Rousseau vroeg om Vooruit uit Arizona terug te trekken?

Engelaar: Wij zijn niet naïef. We beseffen dat we de beslissingen in het zomerakkoord niet volledig kunnen terugdraaien. Als het van mij afhangt, gaat de pensioenmalus in de prullenmand. Maar ik ga niet de idealistische revolutionair spelen. Ik ben een democraat: deze regering geniet de steun van een meerderheid in het parlement. Zelfs PS-voorzitter Paul Magnette zegt dat hij niet alles zal terugdraaien eens hij opnieuw aan de macht zal komen. Maar het zomerakkoord biedt nog marge, bijvoorbeeld over wat wel en niet meetelt als gelijkgestelde periodes bij de pensioenmalus. Vooral vrouwen en mensen die veel deeltijds werkten, worden veel te hard getroffen. Daarom gaan we op 14 oktober de straat op. Om te redden en te veranderen wat er nog te redden valt.

Bert Engelaar

1979: Geboren in Gent.

Studeert Maatschappelijk Werk aan de Hogeschool Gent.

2001–2004: Juridisch medewerker dienst Sociaal Recht ABVV Scheldeland.

2004–2009: Medewerker federaal secretariaat Algemene Centrale Federaal.

2009–2019: Secretaris Bouwsector Algemene Centrale Brussel Vlaams-Brabant.

2019–2024: Voorzitter Algemene Centrale Brussel Vlaams-Brabant.

Sinds januari 2025: Algemeen secretaris ABVV.

 

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Expertise