Is het een goed idee om pepperspray alleen voor vrouwen te legaliseren?

Uit een bevraging van Plan International in 2019 bij 700 jongeren bleek dat 91 procent van de meisjes en 28 procent van de jongens uit Antwerpen, Brussel en Charleroi al last gehad heeft van seksuele intimidatie in de publieke ruimte. © Getty Images
Elisa Hulstaert
Elisa Hulstaert Redacteur

Minister van Gelijke Kansen Rob Beenders (Vooruit) laat de legalisering van pepperspray onderzoeken. ‘Een legalisering die alleen geldt voor vrouwen, lijkt me moeilijk te verantwoorden in het licht van het gelijkheidsbeginsel’, zegt grondwetspecialist Patricia Popelier.

Nadat de Nederlandse Lisa op 20 augustus brutaal om het leven is gebracht terwijl ze na een avond uit naar huis fietste, regent het getuigenissen van vrouwen die zich op straat onveilig voelen. Niet alleen bij onze noorderburen, ook hier laait de discussie weer op om pepperspray te legaliseren.

Minister van Gelijke Kansen Rob Beenders (Vooruit) wil zo’n legalisering laten onderzoeken. ‘Ik wil dat vrouwen in het donker veilig kunnen gaan sporten, buiten kunnen gaan wandelen, naar het station gaan… We moeten iets aan dit onveiligheidsgevoel doen’, zei hij in De Afspraak op VRT CANVAS.

Uit een bevraging van Plan International in 2019 bij 700 jongeren bleek dat 91 procent van de meisjes en 28 procent van de jongens uit Antwerpen, Brussel en Charleroi al last gehad heeft van seksuele intimidatie in de publieke ruimte. Het is dus niet verbazingwekkend dat een op de drie vrouwen zich vaak onveilig voelt in de publieke ruimte. Om dat gevoel aan te pakken, legt Beenders verschillende maatregelen op tafel. Een ervan is een mogelijke legalisering van pepperspray.

Plan International: 1 op 2 Belgische meisjes neemt omweg uit angst voor seksuele intimidatie

Ook advocaat Nina Van Eeckhaut pleitte in Terzake voor de legalisering van zulke sprays. Om te vermijden dat daders ook zulke sprays kunnen aanschaffen, stelt ze voor om juridisch te onderzoeken of het mogelijk is om het enkel voor vrouwen te legaliseren. 

‘Een slecht idee’, vindt professor grondwettelijk recht Patricia Popelier (UAntwerpen). ‘Een legalisering die alleen geldt voor vrouwen, lijkt me moeilijk te verantwoorden in het licht van het gelijkheidsbeginsel. Daarnaast gaat die ook uit van de veronderstelling dat vrouwen geen dader kunnen zijn en mannen geen slachtoffer. Bovendien kun je niet controleren in wiens handen het product terechtkomt nadat het is aangekocht.’

Thijs Hauspie, doctoraatsonderzoeker in de criminologie aan de Universiteit Gent, is om andere redenen geen voorstander van het idee om pepperspray te legaliseren. ‘Het lijkt een snelle, voor de hand liggende oplossing om iets bij je te dragen dat je in een noodsituatie kunt gebruiken. Uit onderzoek weten we dat veel vrouwen hun sleutel of gsm in de hand houden, en een aantal zelfs voorwerpen zoals een mes bij zich hebben om zich veiliger te voelen, of dat nu legaal is of niet. Voor sommigen kan dat helpen om zich vrijer te bewegen, maar structureel verandert er weinig. De maatregel biedt dus geen duurzame oplossing.’

Maar baat het niet, dan schaadt het niet?

Thijs Hauspie: In dit geval gaat dat principe niet op. Wanneer een overheid pepperspray legaliseert, geeft die impliciet de boodschap dat vrouwen zonder dat middel op straat minder veilig zijn. Zo’n maatregel kan ervoor zorgen dat vrouwen die zich voorheen veilig genoeg voelden, zich onveiliger gaan voelen in de publieke ruimte. Pepperspray legaliseren kan dus ook extra angst creëren in plaats van ze weg te nemen.’

‘Juridisch opent de legalisering van pepperspray de doos van Pandora.’

Zou de legalisering van pepperspray er ook voor kunnen zorgen dat er een soort wapenwedloop ontstaat?

Hauspie: Dat is inderdaad mogelijk. Pepperspray kan immers ook tégen vrouwen gebruikt worden als het algemeen gelegaliseerd wordt. Bovendien zijn er risico’s op misverstanden of verkeerde inschattingen: iemand kan een ander onterecht als dader beschouwen en pepperspray inzetten. Juridisch opent dit de doos van Pandora. In duidelijke gevallen van zelfverdediging valt het misschien te rechtvaardigen, maar bij straatintimidatie of grijze zones wordt het bijzonder complex om te bepalen wie dader en wie slachtoffer is. Dan dreigt er meer ellende dan bescherming.

Minister Beenders sprak ook over het langer laten branden van straatverlichting en het instellen van GAS-boetes tegen seksuele intimidatie op straat. Zijn dat volgens u wél zinvolle maatregelen?

Hauspie: Extra straatverlichting kan het veiligheidsgevoel inderdaad verbeteren, al is het geen wondermiddel. Het kan ook averechts werken: als je één zone sterker verlicht, lijken andere zones plots donkerder en dus onveiliger.

GAS-boetes en het wettelijk erkennen van seksuele intimidatie op straat vind ik symbolisch belangrijke maatregelen. Daarmee zegt de samenleving expliciet dat we dat gedrag niet tolereren. Dat kan op termijn gedrag beïnvloeden, zeker bij mannen die zich onvoldoende bewust zijn van de impact van hun gedrag. De echte rotte appels zul je er niet mee stoppen, maar voor een bredere groep kan het wel verschil maken.

‘Pepperspray of niet, het gedrag van daders zal er waarschijnlijk niet door veranderen.’

Het debat draait wel vaak rond wat slachtoffers moeten doen om zich te beschermen.

Hauspie: Inderdaad, daarmee wordt de verantwoordelijkheid in hun schoenen geschoven en worden bestaande ongelijkheden bevestigd. Pepperspray of niet, het gedrag van daders zal er waarschijnlijk niet door veranderen. Wat wel werkt, is inzetten op preventie en educatie: jongens en mannen opvoeden met duidelijke grenzen. En ook omstanders kunnen een belangrijke rol spelen. Als voorbijgangers sneller ingrijpen of steun bieden aan slachtoffers, vermindert dat het gevoel van onveiligheid. Dat zijn duurzamere oplossingen.

Wat mist u vandaag nog in het debat?

Hauspie: De stem van de slachtoffers. Beleidsplannen worden vaak opgesteld zonder daarbij voldoende te luisteren naar wat volgens vrouwen zelf het meest helpt om zich veilig te voelen. Dat lijkt me nochtans essentieel als je beleid wilt voeren dat écht inwerkt op het gevoel van slachtoffers. Iets anders is dat veel mannen die het wel goed bedoelen, ervaren dat ze door de verhoogde aandacht voor grensoverschrijdend gedrag sneller als mogelijke dader worden bekeken. Daardoor wordt het voor hen minder vanzelfsprekend om vrouwen in de publieke ruimte te benaderen of met hen te interageren. Dat gevoel verdient ook erkenning, al mag het niet afleiden van de nood om grensoverschrijdend gedrag kordaat aan te pakken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise