Overheid vergeet schadevergoeding vetsmelter Verkest: loopt 400 miljoen euro mis

De overheid heeft vergeten om een schadevergoeding aan te vragen in het proces tegen vetsmelter Verkest. De Belgische staat loopt daardoor nu 400 miljoen euro mis.

De overheid heeft vergeten om een schadevergoeding aan te vragen in het proces tegen vetsmelter Verkest. Dat meldt de krant Het Nieuwsblad. De Belgische staat loopt daardoor nu 400 miljoen euro mis.

De Belgische overheid eiste vijf jaar geleden 400 miljoen euro in het proces tegen vetsmelterij Verkest. De correctionele rechtbank van Gent oordeelt nu dat de staat daar geen recht op heeft. De reden daarvoor is dat er geen officiële vraag tot een schadevergoeding werd ingediend.

In 1999 bleek dat de giftige stof dioxine in onze voedselketen terecht was gekomen. Als gevolg daarvan moesten honderdduizenden dieren worden opgeruimd. De ministers van Landbouw Karel Pinxten (CVP) en Volksgezondheid Marcel Colla (PS) moesten opstappen naar aanleiding van de dioxinecrisis. Die crisis kostte de regering van Jean-Luc Dehaene (toen nog CVP) een zwrae verkiezingsnederlaag.

Uiteindelijk werd vetsmelterij Verkest uit Deinze als schuldige voor de vergiftiging aangewezen.

Vergeten

Het dioxineschandaal kostte zo’n 400 miljoen euro aan de Belgische staat, het Vlaamse gewest en het Federale Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV). Die drie instanties stelden zich in 2008 burgerlijke partij in het proces. Na de strafrechtelijke uitspraak in 2010 konden ze door middel van een burgerlijke procedure een schadevergoeding eisen.

In die zaak krijgt veevoederbedrijf NV De Brabander Voeders uit Roeselare nu 1.008.000 euro schadevergoeding en een veertigtal slagers krijgen tussen 50 en 4.400 euro. De Belgische staat, het Vlaamse gewest en het FAVV krijgen niets, omdat ze hebben vergeten om een aanvraag tot schadevergoeding in te dienen. (YD)