Ondernemer Youssef Kobo: ‘Niets is zo relatief als een carrière’

Stijn Tormans

Waarover is ondernemer Youssef Kobo van gedachte veranderd? ‘Vroeger dacht ik dat je tachtig uur per week moest werken om ergens te komen in het leven. Nu vind ik dat vooral aanstellerij.’

‘Mijn ouders hebben lang geleden alles en iedereen achtergelaten om van Marokko naar België te emigreren’, zegt Youssef Kobo. ‘Omdat ze een betere toekomst voor hun kinderen wilden. Ze kwamen aan in een land waar ze de taal en de cultuur niet kenden. Ze hebben hier ontzettend hard moeten knokken om te overleven. Ik heb hen zien zweten en zwoegen voor een hongerloon: mijn vader in de tuinbouw, mijn moeder in een bakkerij. Daarom wilde ik iets maken van mijn leven. Ik wilde bewijzen dat hun offers niet voor niets waren geweest.’

‘Zo werd ik een workaholic. Ik was ervan overtuigd dat ik nooit iemand zou worden als ik niet tachtig uur per week werkte. Overal was ik voortdurend in de weer: in een productiehuis, in de non-profitsector, op een kabinet. Vaak zeven dagen op zeven, de klok rond. Ik kende geen grenzen en had amper een sociaal leven.

Tot ik op een avond naar een feest ging. Een goede vriendin stelde me voor aan een bont gezelschap. “Hier is de gast die naar mijn trouwfeest kwam met zijn laptop”, zei ze. Iedereen lag in een deuk, maar voor mij was dat een enorme wake-upcall. Ben ik nu echt zo sociaal gehandicapt dat ik zelfs mijn computer meeneem naar een huwelijksfeest?’

Was het ook waar?

YOUSSEF KOBO: Ik kon het me eerst niet herinneren, maar het klopte. Nu schaam ik me daar wel voor. Wat een aanstellerij was dat, zeg. Die opmerking van haar heeft me ook doen nadenken. Al die uren werken, is dat allemaal wel nodig? Waarom geef ik zo vaak plankgas? Ik loop van het ene werk naar het andere, maar wat volgt er dan? Wanneer stopt het ooit? En vooral, welke voldoening haal je daaruit? Het is een oneindige ratrace, hè. Niets is zo relatief als een carrière. Misschien moest ik wat temperen en wat meer tijd investeren in vrienden en familie.

Daarom heb ik geknipt in mijn verantwoordelijkheden. Ik heb niet meer de behoefte om op alles ‘ja’ te zeggen. Ik ben iets rustiger geworden en besef dat er ook andere dingen in het leven zijn. Ik geloof nog altijd in een goede arbeidsethiek, hoor. Zo kijk ik soms vol ongeloof naar die hele Instagramgeneratie. Ze willen allemaal de wereld veroveren, maar ze willen er niets voor doen. Goed dat je zo veel ambities hebt, denk ik dan, maar je zult toch de handen uit de mouwen moeten steken.

Twijfelt u vaak?

KOBO: Zeker over maatschappelijke zaken. Vroeger kon ik heel fel zijn over dingen. Maar hoe ouder je wordt, hoe meer je beseft dat het allemaal toch niet zo simpel is. Je kweekt meer maturiteit en empathie.

Ik wantrouw mensen die altijd doen alsof ze over elk onderwerp de wijsheid in pacht hebben. Ik zondig daar ook weleens tegen, hoor. Soms zet ik een felle mening op de sociale media. Een paar uur later denk ik dan: hey gast, wat weet jij daar nu over? Dat merk je altijd meteen op bij anderen, maar minder snel bij jezelf. (lacht) Wat bescheidenheid tonen is soms niet slecht.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content