Het luxeprobleem van Charles Michel: heeft hij genoeg goede kandidaat-ministers?

MR-kopstukken Charles Michel en Didier Reynders. © BELGA
Simon Demeulemeester

MR-voorzitter Charles Michel heeft over één zaak alvast niet te klagen: het aantal ministers dat zijn partij zal mogen leveren. Maar heeft hij wel kwaliteit genoeg in huis om de kwalijke naam ‘kamikazecoalitie’ definitief te doen vergeten? Deze 16 namen circuleren. Opvallend: ook die van Etienne de Callataÿ.

Als enige Franstalige partij in de Zweedse coalitie, mag MR alle Franstalige ministers leveren. Daarmee lijkt voorzitter Charles Michel een zeldzaam luxeprobleem te hebben. Doorgaans moeten partijvoorzitters, die volgens de Belgische politieke geplogenheden de ministers aanduiden, moeilijke keuzes maken. Bij de Vlaamse vrienden van Open VLD kon voorzitster Gwendolyn Rutten bijvoorbeeld Annemie Turtelboom en Sven Gatz benoemen als Vlaamse ministers. Daarvoor moest ze echter wel minstens vier andere, ernstige kandidaten teleurstellen: Vlaams fractieleider Bart Tommelein, voormalig minister-president Bart Somers, Jean-Jacques De Gucht en (vertrouweling van Rutten) Noël Slangen. En dan waren er ook nog Els Ampe en Ann Brusseel, wiens namen circuleerden als Brusselaars in de Vlaamse regering.

Hoeveel ministers MR zal krijgen, is nog niet zeker. Dat één partij zes of zeven ministers zou leveren is heel ongebruikelijk, zelfs in het geval van een zogenaamde ‘kamikaze-coalitie’, waarin MR de nek ver uitsteekt, wat niet zonder compensaties gaat. Daarom dat al opgeworpen werd een aantal ministers in te ruilen voor staatssecretarissen.

Een luxeprobleem blijft een probleem

Vraag is welk onderdeel van ‘luxeprobleem’ het zwaarst doorweegt: ‘luxe’ of ‘probleem’. Hij zal ongewoon veel partijgenoten kunnen gelukkig maken. Echter: heeft hij voldoende goed personeel? Zijn MR-ministers zullen immers aan hun kant van de taalgrens als enige de zware besparingen van 17 miljard euro waar deze Zweedse coalitie voor staat, moeten uitleggen. Zoals de blauw-gele kaarten nu liggen, zal MR echter vijf jaar lang alleen de verzamelde oppositie van PS, Ecolo, CDH en PTB moeten trotseren. En dat zowel in de Kamer en in de tv-studio’s.

En ook binnen de regering zullen de MR-excellenties alleen hun mannetje moeten staan. N-VA, CD&V en Open VLD mogen dan wel coalitiepartners zijn, het blijven Vlaamse partijen, onderhevig aan hun eigen Vlaamse dynamieken.

15 namen circuleren

Michel zal dus veel mensen gelukkig kunnen maken, maar nog steeds niet iedereen. Ook in dit uitzonderlijke geval zijn er immers nog steeds te veel gegadigden voor het aantal openstaande vacatures. Er circuleren 15 namen.

Vooreerst zijn er natuurlijk de toppers Michel zelf en Didier Reynders. Michel zou zichzelf in de Zweedse coalitie kunnen katapulteren, maar kan niet om Reynders heen. Om maar te zeggen hoe incontournable de man is: als hij in de Zweedse coalitie opnieuw minister wordt, is hij de enige politicus die de afgelopen 15 jaar onafgebroken in de federale regering zat.

Clan-Reynders vs clan-Michel

Beide liberale toppers samen in een regering is echter niet evident: MR is immers verdeeld in een clan-Reynders en een clan-Michel. Bovendien: Reynders is vicepremier, hem dat ontnemen kan Michel niet zomaar. In het andere geval zou Michel als partijvoorzitter genoegen moeten nemen met een ‘lichtere’ functie in de regering. Pascal Delwitte, ULB-politicoloog, zegt daarover in L’Echo: ‘Een weinig enthousiasmerend vooruitzicht voor Michel: weinig hefbomen in de federale regering, en overal elders in de oppositie zitten.’

Het zou Michel goed uitkomen mocht hij Reynders naar Europa kunnen wegpromoveren, als Belgisch eurocommissaris. Reynders is kandidaat, naast Marianne Thyssen en Karel De Gucht (Open VLD), die zichzelf wil opvolgen op Handel.

Andere evenwichten waarmee Michel rekening moet houden in deze puzzel zijn de geografische spreiding (ook bij de lijstvorming steeds weer een factor van groot belang) en die tussen de geslachten.

Michel kan zijn sollicitatieronde beginnen met de aftredende MR-ministers: Olivier Chastel (Begroting) en Sabine Laruelle (Middenstand, Landbouw, …). Die laatste heeft de keuze zelf gemaakt: in 2013 kondigde Laruelle aan uit de politiek te stappen, om ‘de legislatuur te veel’ en dus een bitter afscheid te vermijden. Chastel zou volgens L’Echo moeten kunnen aanblijven als minister.

Geografisch gespreid

Het geografisch argument dan. In Brussel zou Michel kunnen kiezen voor Vincent De Wolf (burgemeester van Etterbeek, Brussels parlementslid en clan-Michel), Armand de Decker en Françoise Schepmans. De Decker heeft ervaring, maar staat niet meteen voor vernieuwing. Schepmans is dan weer niet te missen in Molenbeek, meent L’Echo.

In Luik is Kamerfractievoorzitter Daniel Bacquelaine (clan-Reynders)een kanshebber. Ook advocate en Waals parlementslid Christine Defraigne wordt genoemd.

Denis Ducarme en Jacqueline Galant zouden de Henegouwse ministers vanuit de streek Bergen-Charleroi kunnen worden. Jean-Luc Crucke, bijnaam: der pantzer, en Marie-Christine Marghem zouden de westflank van Henegouwen afdekken. Crucke, burgemeester in Frasnes-lez-Anvaing, heeft echter eerder een ‘Waals’ dan een federaal profiel.

Willy Borsus, fractieleider in het Waalse parlement, is de naam die uit Namen-Luxemburg klinkt. Vraag die L’Echo stelt: wil MR haar Waalse oppositieleider wel kwijt? Toch is hij niet kansloos, aangezien hij mee aanschuift aan de onderhandelingstafel.

Wit (of grijs?) konijn: Etienne de Callataÿ?

Charles Michel kan uiteraard ook met een verrassing komen en een wit konijn naar de regering sturen. Zoals N-VA deed in 2009 met Philippe Muytersn, die recht van VOKA kwam. Of met een verrassende comeback, zoals Rutten met Gatz deed. In dat laatste scenario zou vader (Louis) Michel, de éminence grise van MR, Reynders in de gaten kunnen houden in de regering en de linksere flank van MR afdekken.

Een nieuwe naam die circuleert, is die van econoom Etienne de Callataÿ. Dat is verrassend, want de Callataÿ heeft een CDH-etiket. Dat zijn naam de ronde doet, kan erop wijzen dat Michel een zwaargewicht moet zoeken buiten de partij. Want dat is de Callataÿ. Voor hij hoofdeconoom werd bij Bank Degroof, was hij werkzaam bij de Nationale Bank van België van 1987 tot 1992. Vandaar ging het naar het Internationaal Monetair Fonds, tot 1996.

In datzelfde jaar begon hij als adjunct-kabinetschef van toenmalig premier Jean-Luc Dehaene. In 1999 eindigde hij als kabinetschef van PSC’erJean-Jacques Viseur, minister van Financiën.

Partner Content