Voor 1,9 miljard euro aan middelen is het onduidelijk welke regering in het land er precies bevoegd voor is. Dat leert Groen-fractieleider Björn Rzoska uit gegevens van het Rekenhof. Hij wijst met een beschuldigende vinger naar de Vlaamse regering, die ‘systematisch weigert om duidelijke afspraken te maken met de andere regeringen in dit land’.
Rzoska wil dat de Vlaamse regering dringend met de andere regeringen gaat afstemmen hoe de inkomsten en uitgaven verdeeld zullen worden. Zo niet wordt het voor het parlement onmogelijk om de begroting op te volgen en te controleren, zo klaagt de oppositieleider aan. ‘Als het over inkomsten gaat, is de regering-Jambon er altijd als de kippen bij om zich middelen toe te eigenen. Maar als het om uitgaven gaat, staat ze als eerste op de rem om bij te dragen. Die dwarse houding zorgt ervoor dat er voor 1,9 miljard euro aan onduidelijkheid heerst, waarvan 1 miljard rechtstreeks gelinkt is aan de Vlaamse begroting’, meent Rzoska.
Wat uitgaven betreft gaat het om een Europese plasticbijdrage (156 miljoen euro) en het terugstorten van corona-uitgaven aan de federale overheid. Het gaat om geld dat voorzien was voor vaccinatie en preventie ten belope van in totaal 426 miljoen euro. Onduidelijkheid is er volgens Rzoska ook over inkomsten uit het Brexitfonds (381,7 miljoen euro), de Europese uitstoothandel (430 miljoen euro), 5G-licenties (39 miljoen euro) en een RIZIV-vordering (489,4 miljoen euro).