Sacha Dierckx

‘Erfenisbelasting is één van de meest rechtvaardige en progressieve belastingen’

Sacha Dierckx Wetenschappelijk medewerker van de progressieve denktank Minerva

‘Dat progressieve partijen meeheulen met de rechterzijde wanneer het gaat over een verlaging van erfbelasting, is een schande’, schrijft Sacha Dierckx van denktank Minerva voor een nieuwe reeks van ‘De Doordenkers van Knack.be’.

De erfenisbelasting is niet populair. Volgens een enquête van Trends vindt 84% van de Belgen de erfbelasting te hoog. Slechts 5 procent vindt dat erfenissen onvoldoende worden belast.

Het hoeft dan ook niet te verbazen dat bijna alle partijen vinden dat de erfenisbelastingen verder verlaagd moeten worden. Bij de stelling ‘De erfenisbelastingen moeten verder dalen’ op de Stemtest bevinden N-VA, Open Vld en Vlaams Belang zich aan dezelfde zijde van het eens-oneens spectrum als SP.A, PVDA en Groen: ‘eens’. Enkel CD&V is het oneens met de stelling, vanuit de idee dat de tarieven de afgelopen legislatuur al serieus verlaagd zijn.

Dat progressieve partijen hier meeheulen met de rechterzijde, is een schande. De erfenisbelasting is één van de meest rechtvaardige en progressieve belastingen.

Een hoge erfenisbelasting is rechtvaardig

Ten eerste gaat het om een inkomen waar de ontvanger niets voor heeft moeten doen. Waar dat bij een inkomen uit arbeid wel het geval is, en je bij sommige inkomsten uit kapitaal in zekere zin nog een bepaalde verdienste kan bedenken, is een erfenis puur geluk en toeval, waarvoor iemand niks gedaan moet hebben, behalve geboren worden in een rijke familie. Diverse filosofen ijveren dan ook voor hogere erfbelastingen vanuit het perspectief van rechtvaardigheid.

Dat progressieve partijen meeheulen met de rechterzijde wanneer het gaat over een verlaging van erfbelasting, is een schande.

Ten tweede is vermogen heel ongelijk verdeeld – veel ongelijker dan arbeid – en erfenissen bijgevolg ook. Ze leiden dus tot veel grotere ongelijkheid en ongelijke kansen, waardoor ook vanuit liberale zijde mensen zoals Andreas Tirez voorstander zijn van hoge erfbelastingen. Zoals ongelijkheidsspecialist Branko Milanovic schrijft: ‘Het is eenvoudigweg inconsistent om tegen de belasting van erfenissen en vóór gelijke kansen te zijn. Je moet beslissen of je het ene of het andere wil.’

Uit cijfers voor België zou blijken dat de 15% grootste erfenissen ruim 65% van alle overgedragen rijkdom vertegenwoordigt. Ook uit cijfers van de OESO blijkt dat de ongelijkheid in het krijgen van erfenissen én in het geërfde bedrag gigantisch groot is.

Bovendien zou volgens een analyse van een onderzoeker aan de Université de Liège ongeveer 75% van alle rijkdom in België vandaag geërfde rijkdom zijn – terwijl dat in de jaren 70 minder dan 50% was. Dat percentage kan misschien een overschatting zijn, in elk geval blijkt ook in het buitenland dat het aandeel van geërfde rijkdom in de totale rijkdom sterk stijgt sinds 1980.

Kortom, zoals econoom Dirk Van de Gaer (UGent) stelt: ‘Op de lange termijn kunnen de erf- en de schenkbelastingen een belangrijk instrument zijn om ongelijkheid te verminderen.’ En minder ongelijkheid is niet alleen goed voor de economie en de democratie, er is in België ook een stevig draagvlak voor overheidstussenkomst om de ongelijkheid te verminderen.

Tot voor kort deed België het nog vrij goed in het belasten van erfenissen. In het rapport ‘Under pressure: the squeezed middle class‘ haalt de OESO – niet meteen het meest progressieve bastion – België aan als een na te volgen voorbeeld, omdat ons land relatief veel inkomsten haalt uit de erfbelasting. Het gaat echter om de inkomsten uit 2016, vóór de verlaging van de tarieven door de regering-Bourgeois in Vlaanderen. Bovendien willen, zoals hierboven beschreven, bijna alle Vlaamse partijen die tarieven nog verder laten dalen of grotere vrijstellingen voorzien.

De publieke opinie kan veranderen

Een progressieve hervorming van de erfenisbelasting zou een kleine belastingvrije som combineren met progressieve tarieven, een hoog toptarief en het sluiten van achterpoortjes zoals het doorgeven van erfenissen via vennootschappen. Misschien kunnen we voor de tarieven inspiratie halen uit het Waals of het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waar het toptarief nog steeds 80% bedraagt. Of wie liever naar het centrum van het mondiaal kapitalisme kijkt, kunnen we ons laten begeesteren door de VS in de periode 1941-1976, waar het toptarief 77% bedroeg (tegenover 55% in Vlaanderen nu).

Hoe kan zo’n hogere erfenisbelasting dan de zegen van de publieke opinie ontvangen? Er zijn minstens twee mogelijkheden. Ten eerste blijkt uit onderzoek dat de steun ervoor verhoogt wanneer mensen geïnformeerd worden over het belang van geërfd vermogen en de link met ongelijke kansen. Daar ligt een belangrijke taak voor progressieve partijen, die nu helaas de publieke opinie blindelings achterna lopen.

Ten tweede kunnen de belastingen gebruikt worden om bijvoorbeeld een collectief investeringsfonds op te richten, waarbij elke Vlaming uit de behaalde winsten jaarlijks een dividend zou kunnen krijgen. Dat zou de populariteit sterk moeten vergroten, en zorgt bovendien voor een rechtstreekse gelijkere verdeling van vermogensinkomsten.

Hoe dan ook is een erfenisbelasting één van de meest rechtvaardige en efficiënte belastingen. Wie niet wil dat aristocratische families hun vermogen en macht generatie op generatie blijven doorgeven, kan niet anders dan ijveren voor hogere tarieven en het sluiten van achterpoortjes.

Sacha Dierckx is wetenschappelijk medewerker bij denktank Minerva.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content