Verhoging van de spaarrente? ‘De banken profiteren van onze luiheid’

© Belga
Ewald Pironet

Al maanden is er heisa omdat de banken de spaarrente niet willen optrekken. Belfius zette onlangs een muizenstapje. ‘Het spaarboekje heeft bij ons een godenstatus.’

‘Ik heb me geërgerd aan de aankondigingspolitiek van de politici dat de banken de spaarrente zeker zouden verhogen’, zegt professor financiële economie Hans Degryse (KU Leuven). ‘Als je aankondigt dat de rente op spaarboekjes zal stijgen, blijven spaarders bij hun bank en het vertrouwde spaarboekje hangen. De overheid kweekt zo luie spaarders, ze institutionaliseert de inertie. En dat is juist wat níét moet gebeuren. De spaarder moet geactiveerd worden, hij moet met zijn bank gaan praten en kijken waar zijn geld meer kan opbrengen. Want er zijn alternatieven, zowel voor de traditionele grootbanken als voor het vertrouwde spaarboekje.’

Het was premier Alexander De Croo (Open VLD) die nog geen week geleden zei: ‘Als we geen beweging zien, gaan we beweging brengen.’ Minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) had de banken al eerder verzocht om de rente op spaarboekjes op te trekken omdat hij enig ongenoegen merkte bij de spaarders. Niet veel later trok staatsbank Belfius als eerste grootbank de spaarrente op. ‘Ik was daar niet zo door verrast’, zegt Degryse. ‘Het is moeilijk uit te maken of de renteverhoging van Belfius er onder politieke druk kwam, maar dat bij een staatsbank de politieke invloed helemaal geen rol zou spelen, lijkt me uitgesloten.’

Ik vind een wettelijke minimumrente voor niets nodig.

Belfius trekt de basisrente op zijn klassieke spaarboekje op van 0,35 naar 0,45 procent en de getrouwheidspremie, voor geld dat minstens een jaar op de rekening blijft staan, stijgt voor de bedragen die vanaf 1 juli worden bijgestort van 0,15 naar 0,45 procent. De totale rente bij Belfius is dus in het gunstigste geval 0,90 procent. Terwijl grootbanken ING en BNP Paribas Fortis al een spaarboekje met een rente van respectievelijk 1 en 1,25 procent aanbieden. Om nog te zwijgen van Keytrade dat 1,4 procent spaarrente geeft, MeDirect en NIBC 2 procent en Santander Bank zelfs 2,25 procent.

Stelt de renteverhoging van Belfius veel voor?

Hans Degryse: Het is een zeer beperkte verhoging, zeker als de Europese Centrale Bank (ECB) straks haar rente met 0,25 procent optrekt, zoals algemeen wordt verwacht. Maar de politici zullen kunnen zeggen: ‘Voilà, er is beweging.’ En ik verwacht ook dat andere grootbanken het voorbeeld van Belfius zullen volgen.

Hebben banken marge om de spaarrente te verhogen?

Degryse: Die marge hangt af van bank tot bank. De banken hebben de voorbije jaren, gesteund door de ECB, tegen zeer lage rentes leningen verstrekt. Ze zullen zich daarvoor wel hebben ingedekt, maar nooit volledig. Banken die bij ons geen leningen hebben gegeven, zoals de Spaanse Santander Bank, kunnen makkelijk 2,25 procent spaarrente geven, als ze ondertussen 3,25 procent krijgen van de ECB. Dat is hun businessmodel. Maar voor een Belgische grootbank is dat moeilijker omdat die met de goedkope leningen zit. En natuurlijk hangt het ook af van hoe agressief een bank de concurrentie met andere banken wil aangaan.

Bezondigen de grootbanken zich aan kartelvorming? Maken ze onderling afspraken om de spaarrente laag te houden, wat minister Van Peteghem nu wil laten onderzoeken?

Degryse: Dat zal moeten blijken, maar het is altijd zo geweest dat de banken sneller de rente op leningen verhogen dan de rente op het spaarboekje. Dat is bankieren. Dat het zo lang duurt voor de spaarrente stijgt, heeft zeker te maken met het gebrek aan competitie, want waar er meer concurrentie is onder de banken, zien we dat de spaarrente sneller wordt opgetrokken. Het feit dat ons bankenlandschap de voorbij jaren verschraald is, met het wegtrekken van bijvoorbeeld Rabobank en ABN Amro, heeft er zeker voor gezorgd dat de rente op spaarboekjes minder snel werd opgetrokken.

De vrije markt werkt in België op bancair vlak niet?

Degryse: De rente op spaarboekjes wordt in ons land maar heel traag opgetrokken en de geboden spaarrente ligt onder het Europese gemiddelde. Maar de banken reageren bij ons sneller en scherper met het verhogen van de rente op termijnrekeningen, waar het geld voor een bepaalde periode vastligt. De rente op termijnrekeningen ligt bij ons zelfs hoger dan het Europese gemiddelde, dus daar werkt de vrije markt in elk geval beter.

Als mensen hun spaargeld zouden weghalen, zouden de banken de spaarrente wel verhogen.

Hoe komt het dat de vrije markt niet goed werkt bij spaarboekjes?

Degryse: Dat heeft te maken met de fiscaliteit. Het spaarboekje heeft bij ons een godenstatus: je hoeft geen belastingen te betalen op de rente-inkomsten tot 980 euro. Bruto is netto. Op een termijnrekening moet je wel 30 procent roerende voorheffing betalen. Dus stel dat je daar 3 procent rente krijgt, dan houd je 2,10 procent netto over. Loont het dan wel de moeite om je geld van een spaarboekje over te brengen naar een termijnrekening?

Moeten de rente-inkomsten uit spaarboekjes ook worden belast?

Degryse: Nee, ik ben er niet op tegen om een bepaald bedrag aan rente-inkomsten vrij te stellen van belastingen, om zo het sparen aan te moedigen. Maar waarom worden enkel de inkomsten van het spaarboekje vrijgesteld van belastingen? Waarom stelt de overheid niet alle rente-inkomsten van financiële producten tot bijvoorbeeld 980 euro vrij van roerende voorheffing? Dan krijg je een heel andere dynamiek, mensen zouden bijvoorbeeld vlugger overstappen van een spaar- naar een termijnrekening. Politici zouden echt werk moeten maken van een fiscaal neutraal beleid ten aanzien van financiële producten.

Politici hebben het nu vooral over de verhoging van de wettelijke minimumrente die banken moeten bieden op het spaarboekje.

Degryse: Ik vind zo’n wettelijke minimumrente voor niets nodig. De wettelijke minimumrente op een spaarboekje bedraagt bij ons al jaren 0,11 procent. Waarom juist 0,11 procent? Op welke berekening is dat gebaseerd? En die wettelijke minimumrente gold ook toen de ECB-rente negatief was. Dat heeft onze banken toen pijn gedaan én de spaarder lui gemaakt, want die kreeg toch overal 0,11 procent en het maakte dus niet uit naar welke bank hij ging. Nee, het verhogen van de wettelijke minimumrente klinkt leuk, maar onze politiek verantwoordelijken zouden beter werk maken van die fiscale neutraliteit. Omdat alleen het spaarboekje voor de spaarder zo’n fiscaal aantrekkelijk product is, blijft het geld daarop toestromen en worden de banken er niet toe aangezet om de spaarrente te verhogen.

Maken politici en spaarders het de banken te gemakkelijk?

Degryse: Zeker, de banken profiteren van onze luiheid. Als mensen hun spaargeld er zouden weghalen, zouden ze de spaarrente wel verhogen. Het hangt dus af van ons gedrag, en het beleid kan dat sturen met fiscale maatregelen. Maar wat de politici ook nooit vertellen: het spaargeld wordt via de achterdeur toch belast. De banken moeten 0,33 procent bankentaks op het spaargeld betalen. Maar ja, spaarders gaan naar de stembus, banken niet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content