‘Coronavaccin voor onze economie? Breng bedrijven terug naar de heimat’

‘De coronacrisis heeft de grenzen van de globalisatie en de gevolgen van de delokalisatie pijnlijk uitvergroot’, schrijft Jean-Marie Dedecker. Hij pleit voor reshoring om de economische gevolgen op te vangen.

Willen we de werkzaamheidsgraad optillen tot 80% zoals de Vivaldi-regering belooft, dan zal er werkgelegenheid moeten gecreëerd worden. Van de West-Europese bedrijven met meer dan 50 werknemers vertrok er in een korte periode vóór 2010 zo’n veertig procent naar Oost-Europa of Azië. Offshoring en outsourcing heette dit fenomeen. Het aandeel van de industrie in ons eigen BBP werd daardoor gereduceerd tot nauwelijks 16,7 procent. Zo’n 80 procent van onze economie is nu een diensteneconomie.

Na 2010 begon de e-commerce exponentieel te groeien, en corona werd er nu ook nog de deeltjesversneller van. We begonnen online te kopen bij Zalando, Amazon, Immoweb & Co, maar zijn nu verwonderd dat de lege panden in de winkelstraten erbij liggen als rotte tanden in een gebit. We kopen onze boeken bij Bol.com. We downloaden muziek, laten ons taxiën door Uber, reserveren onze reizen bij Trivago en ons logement bij AirBnB. E-commerce pijnigt de klassieke winkelketens, terwijl we de zetels en de distributiecentra van deze bedrijven collectief hebben weggejaagd.

Coronavaccin voor onze economie? Breng bedrijven terug naar de heimat.

Het is geen toeval dat de nieuwe distributiecentra boven de Moerdijk liggen, van Bol.com tot HelloFresh. Als Fernand Huts van Katoennatie zijn “behaatjes” niet meer wilde laten inpakken door dure havenarbeiders, was hij verplicht met zijn bedrijf over de grens te verhuizen. Omdat de vakbonden zich halsstarrig bleven verzetten tegen flexibele jobs, tegen nachtarbeid en tegen het havengebied als logistiek centrum, worden onze wegen nu dagelijks overspoeld met bestelwagentjes met vreemde nummerplaten van Post.NL en stootkarretjes van de zieltogende Bpost.

Digitalisering evenals disruptieve spelers en technologieën verwoesten de oude economische modellen. We bestellen onze verzekeringspolissen met onze iPad om te ontsnappen aan de makelaarscommissie en doen dan verontwaardigd als verzekeringsmaatschappijen overtallige medewerkers aan de deur zetten. We doen zelf het werk van de bankbedienden op onze laptop, cashgeld wordt door overijverige fraudejagers per definitie als zwart beschouwd, maar we staan op de barricades als de loketten sluiten, en als duizenden bankbedienden de wacht wordt aangezegd.

De paradox van de vierde industriële revolutie is een tweesnijdend zwaard.

De paradox van de vierde industriële revolutie is een tweesnijdend zwaard. Samen met de e-commerce ontstond de platformeconomie: het fenomeen waarbij mensen zich zonder arbeidscontract via een bemiddelingsapp voor meestal kortdurende en laagbetaalde klussen laten inhuren. Die klussers van taxiboer Uber of van Deliveroo, het snelst groeiende bedrijf van Europa met een marktwaarde van 2 miljard euro, hebben geen zekerheden, geen verzekeringen en zelden onderhandelingsmacht. De techgiganten van de disruptie met hun algoritmes vullen hun zakken terwijl bestaande bedrijfstakken worden bedreigd.

De klusjeseconomie ondergraaft de sociale zekerheid. Met Uberleven als maaltijdbezorger verdien je nog het beleg niet op je boterham, het is hoogstens een studentenjob om de gaten in je studiebudget op te vullen. Het verdriet van België is het politiek en intellectueel onvermogen om met die realiteit om te gaan. Eenmaal het rookgordijn opgetrokken van de tijdelijke coronawerkloosheid wacht de uitdaging van de wijzigende arbeidsmarkt. Vlak voor de coronacrisis waren er bijvoorbeeld nauwelijks 1.115 vacatures voor 52.537 werkloze administratieve medewerkers… Omscholen naar wat? Informatici? Het baat niet voorbehoedsmiddelen te geven aan iemand die al vijf maanden zwanger is, alle taskforces ten spijt.

In zijn boek “Coronavirus: elektroshock voor België?” fileert econoom en eurocraat Rudy Aernoudt niet alleen messcherp ons huidig socio-economisch bestel, maar hij schudt ook ons maatschappelijk landschap wakker en geeft oplossingen. De pijnpunten die door de coronacrisis versneld werden blootgelegd, kunnen omgeturnd worden in uitdagingen. Elk nadeel heeft zijn voordeel.

De coronacrisis heeft de grenzen van de globalisatie en de gevolgen van de delokalisatie immers pijnlijk uitvergroot. Het gebrek aan schokbestendigheid van de economie, het falend just-in-timeprincipe, het economisch nationalisme en protectionisme (eigen mondmaskers eerst), het uitvallen van de logistiek (stilvallen van vliegverkeer), duurzaamheid en ecologische bewustwording… zijn stuk voor stuk ingrediënten voor deglobalisatie.

Vanuit economisch en beleidsmatig standpunt creëert deze toestand een enorme opportuniteit om bedrijven terug te halen naar hun bakermat. Alleen al op basis van de loonkostvergelijking zou 15% van de bedrijven er al belang bij hebben. Maar volgens de Universiteit van Cranfield heeft 56% van alle Amerikaanse bedrijven die vertrokken zijn naar Azië er voordeel bij om terug te keren naar hun moederland, als ze de Total Cost of Operations (TCO) berekenen voor hun onderneming. Dit zou 3 miljoen jobs opleveren in de US industrie. Het gemiddelde loon van een arbeider in China is bijvoorbeeld de laatste 15 jaar verzesvoudigd. Zeven op de acht arbeidsplaatsen die in de Amerikaanse industrie gecreëerd worden komen nu van reshoring, vanuit het Oosten terug naar Uncle Sam.

De bedoeling van het American Reshoring Initiative is actief ge-offshorede bedrijven op te sporen, en te onderzoeken welke elementen de bedrijven ertoe kunnen aanzetten om te reshoren. De Britten hebben ook een Bring Industry Back programma. Burberry (textiel), Beehealth (Farmaceutische producten), Gtech (electronica) en Syminton’s volgden al die lokroep. In Duitsland keerde Adidas al naar de heimat terug, maar de Europese Mandarijnen liggen in Brussel nog in slaapstand. Ze liggen al lang te snurken: van de 320 Unicorns, dit zijn bedrijven die er in drie jaar tijd in slaagden om een omzet van meer dan een miljard dollar te regenereren, opereren er amper 20% vanuit Europa. Nagenoeg 48% van onze startups werden door de Amerikanen al opgekocht van zodra ze ontkiemden tot succesvolle scale-ups.

Bedrijven terugbrengen naar de heimat stimuleert de nabijheid tussen producent en consument, en is bijgevolg een ecologisch en economisch verantwoorde keuze. Er is geld in overvloed om de verhuisdienst te ondersteunen. De Europese Centrale Bank drukte er 2.400 miljard euro bij. Die bazooka leidde niet tot economische groei. Bij gebrek aan kredietaanvraag stond er eind maart 2020 zelfs 1.800 miljard euro op de rekeningen van de banken die ze tegen negatieve rente terug parkeerden bij de ECB. Twee derden van het geld werd niet gebruikt om de echte economie aan te zwengelen maar werd verschoten als los kruit in het financiële circuit i.p.v. in de reële economie.

Voor ons landje zou een vereenvoudigd belastingsysteem een bijkomende troef kunnen zijn, maar dit zijn uitdagingen voor het nieuwe kibbelkabinet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content