15 jaar Google Street View: bedenkingen bij een fenomeen

De Street Viewwagen. Elke tocht met mijn gele vriend is een tijdreis: Street View toont de wereld van gisteren. © SASKIA VANDERSTICHELE
Stijn Tormans

Google Street View is jarig. De dienst veroorzaakte ooit veel ophef, maar dat is allang voorbij. We leerden te leven met Street View. Onze reporter over het gele mensje waarmee hij vaak vreemdging.

Tijdens slapeloze nachten dwaal ik graag met een geel mensje door Google Street View. Onvermoeibaar slenteren we samen door godvergeten straten, bij voorkeur van plekken met een mooie naam. Laatst waren we in Danville, maar dat was een tegenvaller. De wereld telt opwindender plaatsen dan deze stad in Illinois. Een paar mijl verderop ligt het boerengat Belgium, en ook dat is een sof: even saai als het land waarnaar het vernoemd is.

Dan waren onze recente Street Viewtochten door Oekraïne toch een pak interessanter. Charkiv is een wilde, wat morsige stad. Lviv telt veel majestueuze lanen en prachtige huizen. Zelfs de lantaarnpalen hebben daar iets romantisch. En hoe mooi is Odessa. Niet alleen de trappen, die beroemd werden door Pantserkruiser Potjomkin van Sergej Eisenstein, maar vooral de buurten daaromheen. Ook Marioepol stond op ons programma, maar dat lukte niet. Telkens als ik mijn gele vriend op de stad wilde zetten, sprong hij koppig weer naar de kant van de kaart, alsof hij doodsangsten uitstond.

***

Marioepol is een van de weinige plekken in Europa waar de camera-auto van Street View nog niet gepasseerd is, vertelden ze me bij Google. Toch is het niet helemaal een blinde vlek op de Street Viewkaart. Een paar moedige inboorlingen zoals Tanja Dubinina hebben recent nog foto’s van hun stad op Street View gepost. ‘Februari 2022’, staat er boven die van Tanja: een warme lentedag op Sobachyy Plyazh in Marioepol, met uitzicht op de Zee van Azov. De zon gaat onder in het Avondland, niets aan de hand.

Dankzij Max Gafovskiy weet ik hoe het stadspark van Marioepol eruitziet. En dankzij Oksana Morozova ken ik de leeuwen uit de zoo van Marioepol. ‘Hier komen kinderdromen uit’, staat er. ‘Gooi je scepsis, je pragmatisme en je frustraties weg. En realiseer een droom in een controversiële en niet altijd hartelijke wereld.’

Of dat nog altijd de leuze van de zoo is, weet ik niet. Elke tocht met mijn gele vriend is een tijdreis: Street View toont de wereld van gisteren. Daar waarschuwt het zelf voor: ‘De informatie over deze plaats is mogelijk verouderd. Houd altijd rekening met de omstandigheden in de echte wereld, die snel kunnen veranderen.’ Misschien lopen de leeuwen van de zoo van Marioepol nu door de stad, en misschien ademen Tanja Dubinina, Oksana Morozova en Max Gafovskiy niet meer.

Hoogbaan 79 in Dilsen Stokkem. Ter hoogte van Jan Severijns’  verdwenen ouderlijke huis duikt plots zijn moeder op.
Hoogbaan 79 in Dilsen Stokkem. Ter hoogte van Jan Severijns’ verdwenen ouderlijke huis duikt plots zijn moeder op. © Google Street View

***

Het is best sneu dat het gele mensje van Street View deze maand vijftien kaarsen uitblaast, en geen honderd. Ik had ermee willen ronddwalen in het Dresden van de roaring twenties, die zinderende stad waar veel kunstenaars een thuis vonden. Of in het Oostende van Joseph Roth en James Ensor, voor Hitler en de projectontwikkelaars daar alles platbombardeerden.

Het zal niet meer gebeuren. Onze nazaten zullen wel naar onze straten kunnen loeren, met dank aan Google-oprichter Larry Page. Street View heeft veel vaders, maar het is toch vooral zijn geesteskind. ‘Hij wilde de hele wereld in kaart brengen’, vertelt Michiel Sallaets van Google. ‘Hij leende een auto van het toenmalige veiligheidsteam op de Googlecampus in Mountain View, maakte er een paar camera’s aan vast en begon de straten van de Californische stad te filmen. Daarna deden andere Googlemedewerkers hetzelfde. Zo is het begonnen.’

In de lente van 2007 startte Google Street View met commotie. De toenmalige ceo, Eric Schmidt, reageerde cynisch op alle verwijten over privacy: ‘Voor Street View rijden we exact één keer langs, dus dan kun je toch gewoon verhuizen?’ Later nuanceerde hij die uitspraak. Het was niet de bedoeling om mensen te bespioneren.

In het begin waren alleen de straten van San Francisco, Las Vegas en New York te zien, maar de Street Viewwagen reed verder met veel ambitie. De hele wereld moest op de foto, toch die plekken die publiek toegankelijk waren. Sommige straten waren te smal voor de auto. Dan stapten de inzittenden uit en trokken ze te voet verder met een Google Trekker: een rugzak waarop camera’s gemonteerd waren. Ze sjokten over stranden en bergen. ‘Zelfs de Mount Everest en de Grand Canyon zijn op Street View te zien’, vertelt Sallaets. ‘Soms werd er een camera op een schaap gemonteerd, zoals in IJsland. Of op een kameel, om de woestijn in beeld te brengen. We hebben ook een sneeuwmobiel, waarmee we Antarctica gefotografeerd hebben. Street View zit zelfs in de kosmos: er zijn beelden gemaakt in het International Space Station.’

Het heeft allemaal iets democratisch, vindt Sallaets. ‘Niet iedereen heeft het geld om, in het kielzog van Charles Darwin, naar de stranden van de Galapagoseilanden te trekken. Maar dankzij Street View kun je die bezoeken.’

Toch is de droom van Larry Page nog niet helemaal werkelijkheid. Een stuk van de planeet staat niet op Street View. Het land van Kim Jong-un, bijvoorbeeld. Het zal nog wel even duren voor er Street Viewwagens door de straten van Pyongyang rijden. En ook Duitsland en Oostenrijk zijn duidelijk minder bedeeld. ‘Daar houden we rekening met de strenge privacywetten’, zegt Sallaets. Al zal het er ook wel mee te maken hebben dat veel Duitsers en Oostenrijkers niet wilden dat hun huis in beeld kwam.

***

Sinds 23 februari 2011 staat ook ons land op Street View. Niemand die zich die woensdag nog herinnert, maar toen was het een evenement: naar je huis kijken en gluren naar dat van collega’s en vrienden.

Ook de pers had die week veel pret. Ze had het grote Zwarte Gat in Street View ontdekt: de Grote Markt van Herentals. In Geraardsbergen mokten ze dan weer omdat de Muur en Manneken Pis er niet op stonden.

Street View toont wie de echte leiders van dit land zijn: niet de regering in de Wetstraat, maar de projectontwikkelaars.

Andere noeste werkers waren wel te zien langs Vlaamse wegen: hoerenlopers aan de Chaussée d’Amour. Maar ook Tom Boonen in zijn tricolore kampioenentrui, die in Lommel juist aanbelde bij zijn collega Johan Vansummeren. In de Beeklaan in Kortrijk stond er écht een paard in de gang – ze waren er een reclamefilmpje aan het opnemen, maar een gek gezicht was het wel. En in de Mechelseweg in Kapelle-op-den-Bos staarde iemand in nachtjapon door het raam. Toen ze achteraf hoorde dat ze op Street View stond, was ze ziedend. Ze was niet de enige. Ook al omdat de Street Viewwagen gegevens had afgetapt van private netwerken.

***

Street View betaalde 150.000 euro minnelijke schikking en beloofde het nooit meer te doen. Het eerste jaar kreeg de Gegevensbeschermingsautoriteit nog 350 klachten binnen, maar dat verminderde heel snel.

Vandaag mokt bijna niemand. De schaamte is weg, de commotie ook. We leerden te leven met Street View. We kunnen misschien zelfs niet meer zonder: om onze vakantie te plannen, een nieuw huis te zoeken of voor het werk. Een collega vertelde me dat hij een nieuwe bedrijfswagen krijgt, een elektrische dit keer. Maar dat is geen probleem, zei de autoverantwoordelijke. ‘Ik heb al even gekeken waar u woont op Street View. Er is zeker plaats voor een laadpaal.’

Misschien is er ook zo weinig protest omdat het een wereld van zombies is. Alle gezichten op Street View zijn onherkenbaar gemaakt, al is dat bij de ene al wat beter gelukt dan bij de andere. Kijk bijvoorbeeld naar de wat exuberante man met zijn gitaar die door de Blekerijstraat in Gent slentert op een dag in 2014. Zijn gezicht is wazig gemaakt , maar dan nog is hij uit de duizend te herkennen: niemand kleedt zich zoals Roland Van Campenhout, niemand loopt zoals Roland Van Campenhout.

Soms komen mensen zichzelf tegen op Street View. Zoals Bob Mewse uit Bristol. Hij ontdekte zichzelf aan de rand van een tankstation. Hij walgde van het beeld, ging op de weegschaal staan en las: 134 kilo. De man begon prompt te diëten en schafte een fitnessabonnement aan. Vandaag is hij meer dan een kwart lichter.

‘Je gezicht wordt automatisch onherkenbaar gemaakt, maar op verzoek kun je ook je lichaam laten wegblurren’, zegt Sallaets. ‘Net als je huis. Denk daar goed over na, want het blijft dan wel zo. Als er later een andere eigenaar in je huis komt, gaan we dat niet ongedaan maken. Daar kunnen we ons niet mee bezighouden. Terwijl mensen vandaag ook via Street View naar een huis zoeken.’

***

Je mist zo ook de kans op een mirakel, zoals Jan Severijns er een meemaakte. De Limburger fotografeert al heel zijn leven, maar sinds zijn pensioen is het een passie.

Hij trekt geregeld naar Zaventem, om daar foto’s te nemen van de opstijgende vliegtuigen. Of hij legt zijn Limburg vast. Die beelden stuurt hij soms naar Frank Deboosere – af en toe is zijn foto de weerfoto van de dag. ‘Uiteraard kijk ik altijd op voorhand even op Street View’, zegt hij. ‘Gewoon om te zien hoe het landschap eruitziet.’

Een tijd geleden loerde hij ook naar de straat waar hij opgegroeid is: de Hoogbaan in Dilsen-Stokkem. Die is flink veranderd de afgelopen jaren. Op Street View is de Hoogbaan te zien zoals ze nu is: de beelden dateren uit de zomer van 2019. Alleen ter hoogte van zijn ouderlijke huis op nummer 79 wordt het plots, om een of andere duistere reden, weer zomer 2009. Het gebeurt geruisloos, zonder dat je het merkt: de lucht is even blauw.

‘De eerste keer wist ik niet wat ik zag’, zegt Severijns. ‘Plots doemde daar weer mijn ouderlijke huis op. Buiten stond mijn mama, die allang gestorven is – de beelden moeten twee jaar voor haar dood genomen zijn. Ze was toen al een tijdje weduwe. “Mama, sluit je niet op”, zeiden we haar vaak. “Ga naar buiten. Dat is goed voor je benen en je hoofd.”’

Die zomerdag in 2009, toen de camera-auto passeerde, had ze naar haar kinderen geluisterd.

BRUSSEL, 2022.  Ik had met Street View willen ronddwalen in het Dresden van de roaring twenties.
BRUSSEL, 2022. Ik had met Street View willen ronddwalen in het Dresden van de roaring twenties. © SASKIA VANDERSTICHELE

Jan staart nog vaak naar zijn kleine mirakel op Street View. ‘En altijd is het een troost.’

Dan is het tijd om verder te trekken op Street View. En wordt het weer augustus 2019 op de Hoogbaan. Severijns kijkt dan elke keer nog even achterom. Zijn ouderlijke huis is verdwenen en vervangen door een ander huis. Alsof het een fata morgana was in Dilsen-Stokkem, maar dat is niet zo.

***

De moeder van Jan Severijns is niet de enige die uit de doden is opgestaan in de wereld van Street View: overal wuiven mensen die allang aan de andere kant van de Styx vertoeven.

Een mens vraagt zich af wat je moet doen om voor altijd vereeuwigd te worden op Street View. ‘Geluk hebben’, zegt Sallaets. ‘Elke dag rijden er vijf tot tien Street Viewwagens door België. We zullen nooit vertellen welke wagen waar passeert, want dan staat er misschien een mensenmassa langs de kant van de weg. Dat is niet de bedoeling.’

Of de wagen rijdt, hangt ook af van het weer. Op Street View regent of sneeuwt het nooit. ‘We willen niet dat gebouwen er grijs of donker uitzien. Daarnaast zullen we ook vaker opnieuw langsrijden in de stad dan op het platteland, omdat daar meer mensen wonen en dus ook gebruikers van Street View.’

Al zal het voor sommigen nooit snel genoeg gaan. De oude Gentse burgemeester Daniël Termont was ooit woedend omdat er nog altijd oude beelden op Street View stonden. Zijn verwezenlijkingen waren niet te zien, en dat ergerde hem mateloos. Een Gent zonder Stadshal, en de Korenmarkt was nog één grote werf. Termont wilde het oude Gent van Street View halen en dreigde er zelfs even mee om zijn eigen versie van Street View op te starten.

Michiel Sallaets: ‘Sommige mensen zien de auto rijden en denken: o, straks even checken of de beelden er al op staan. Zo werkt het natuurlijk niet. De camera’s van de Street Viewwagen maken bewegende beelden. Die worden allemaal in stukken geknipt en bewerkt tot een stilstaand beeld waar veel informatie opstaat. Daar bestaat moderne apparatuur voor, maar het blijft een ingewikkeld proces. Het duurt vaak drie weken tot drie maanden voor de opgenomen beelden op Street View verschijnen.’

***

Dat leidt weleens tot een misverstand. Een tijd geleden viel de politie met veel machtsvertoon binnen in een slagerij in Dison, niet ver van Luik. Ze droegen kogelwerende vesten en hadden zware wapens bij zich. De arme slager en zijn klanten wisten niet wat hen overkwam. De politie bij nader inzien ook niet. Op Street View woonde er nog een andere man op dit adres, stamelden ze.

Soms zijn ze wel op tijd. Daar kan de maffiabaas Gioacchino Gammino over meespreken. Ooit was hij een van de meest gezochte criminelen van Italië: hij had veel bloed aan zijn handen. Zelfs de Cosa Nostra krijgt nog altijd nachtmerries van hem.

Sommige mensen zien de auto rijden en denken: o, straks even checken of de beelden er al op staan. Zo werkt het natuurlijk niet.

Nadat hij in 2002 uit de gevangenis ontsnapt was, leek hij wel van de aardbol verdwenen. Tot onderzoekers hem herkenden op Street View. Hij was aan het keuvelen met iemand voor een fruit- en groentewinkel in de Avenida de los Voluntarios in Galapagar, een voorstad van Madrid.

De rechercheurs merkten dat er niet alleen appelen en peren verkocht werden, maar dat er ook een bar aan de winkel was. Het menu was in hetzelfde lettertype opgesteld als dat van de film The Godfather.

Toen vonden ze dat het tijd was om eens een pint te gaan drinken aan de Avenida de los Voluntarios. ‘Hoe hebben jullie mij gevonden?’ vroeg Gammino aan de politie. ‘Ik heb zelfs mijn eigen familie al tien jaar niet meer gebeld.’

De fruit- en groentewinkel El Huerto de Manu is nu ‘permanent gesloten’, meldt Street View met wat binnenpret.

***

Street View kan best meedogenloos zijn. Je ziet er het verstrijken van de tijd – omdat de oude beelden er ook op staan.

Ik schrik hoezeer mijn straat veranderd is. Hoeveel mensen er verhuisd zijn en hoe hard de gentrificatie toesloeg – hé gekke Roberto, waar hang je in godsnaam uit? Ik mis je.

Dat geldt voor heel Vlaanderen. Het is merkwaardig hoeveel stadskernen heraangelegd zijn. Er zat duidelijk een zak geld in de gemeentekassen.

Soms was die verandering een goede zaak, soms helemaal niet. Wat was de buurt rond het Sint-Pietersstation in Gent in de zomer van 2009 nog knus zonder al die banale hoogbouw. In Antwerpen zie je door de vele torens zelfs letterlijk de schaduw over de stad vallen. Zonlicht wordt schaars.

Street View toont vooral wie de echte leiders van dit land zijn: niet de regering aan het Martelarenplein of in de Wetstraat, maar de projectontwikkelaars. Overal worden appartementen gebouwd en verdwijnt het landelijke Vlaanderen.

Heel wat gemeentebesturen hebben ook het rode asfalt ontdekt. De fietsers rukken op en het openbaar vervoer komt in de verdrukking: veel bushaltes zijn verdwenen. Zelfs die voor het huis van de machtigste politicus van het land. In augustus 2018 staat er nog een voor de deur van Bart De Wever op de Herentalsebaan in Deurne, in september 2020 is ze plots verdwenen. Geen idee of het toeval is, maar symbolisch is het wel. Ook opvallend hoelang het huis naast hem te koop staat, maar in september 2020 heeft de burgemeester eindelijk weer buren.

***

Over naar dat andere paleis, in Brussel. Niet in Street View deze keer, maar in het echt.

Ik ontmoet eindelijk mijn metgezel, die me gezelschap hield tijdens veel slapeloze nachten. Het is een blauwe Opel met negen camera’s op het dak: zeven om de straat te fotograferen, twee om huisnummers en openingsuren te capteren. Op de achterbank staat een zwarte doos, waarin alle beelden en gegevens bijgehouden en doorgestuurd worden.

‘We moeten daar niet flauw over doen’, zegt Sallaets. ‘Street View is voor Google een zware investering, ook al omdat er niet echt een verdienmodel aan vasthangt. Maar de dienst past wel in de missie van het bedrijf: alle informatie van de wereld voor iedereen toegankelijk maken.’

En voor de rest gaat alles razendsnel vooruit. Zoals ze het zelf verwoorden: ‘Houd altijd rekening met de omstandigheden in de echte wereld, die snel kunnen veranderen.’

In de zestiende eeuw publiceerde Gerard Mercator zijn eerste kaarten, zegt Sallaets. ‘Lang niet alles stond erop, omdat Mercator natuurlijk niet alles gezien kon hebben.’ Zo is het heel lang gebleven. ‘In mijn jonge jaren ging ik met mijn ouders op reis naar Frankrijk. Mijn vader zat aan het stuur, mijn moeder las de kaart. Elke vijftig kilometer moest ze de bladzijde omdraaien. Soms misten we een afrit en wisten we niet waar we waren. Paniek in de wagen: wat nu? Dat is nog maar twintig jaar geleden, hè.’

Het begint te regenen boven het Paleizenplein. Vandaag rijdt mijn vriend niet uit.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content