Maurits Vande Reyde (Open VLD)

‘Ban op te magere modellen: waar stopt de verbodsdrang van de overheid?’

Maurits Vande Reyde (Open VLD) Vlaams Parlementslid (Open VLD) en oud-voorzitter van Jong VLD

Verbieden wordt stilaan een trend. Het idee van CDH om modellen met een laag BMI van de catwalk te weren is het zoveelste zinloze voorstel in een lange rij. Complexe problemen los je niet op door een willekeurig overheidsverbod, schrijft Maurits Vande Reyde deze week in zijn bijdrage aan het Schaduwparlement.

Volgens de Franstalige partij CDH moeten modellen met een te laag BMI voortaan maar een ander beroep zoeken. Die maatregel zou anorexia tegengaan. Het enige dat wegens extreme lichtheid echter best snel verbannen wordt, zijn dit soort van de pot gerukte wetsvoorstellen. Hier is waarom.

Eerst het voor de hand liggende: de BMI is een gigantisch willekeurige parameter, ergens bedacht door een Belgische statisticus in de 19e eeuw en ondertussen totaal voorbijgestreefd. Geen enkele professionele diëtist gebruikt het nog. Eetstoornissen zijn emotionele kwalen, met een mix van psychologische, sociale en fysische effecten. Toespitsen op enkel lichaamsgewicht is wetenschappelijk al flinterdun, daarvoor nog eens het BMI als enige parameter nemen slaat helemaal op niets.

Een fotomodel van 1 meter 70 met een gewicht van 50 kilo zou dus straks niet meer mogen. Is zo’n lichaamstype ongezond? Misschien, niet noodzakelijk. Mensen met die verhoudingen bestaan écht en zijn niet per definitie het resultaat van uithongering. Ze weggommen heeft geen enkele zin.

Body-shaming bestrijden met meer body-shaming

Je kan je wel afvragen waar onze glorificatie van het dun-zijn vandaan komt. Dat we zeer moeilijk andere, niet-dunne types als waardevol gepresenteerd krijgen in media heeft daar vast wat mee te maken. Daar komt sinds kort gelukkig verandering in. Totaal onbegrijpelijk dus dat je net nu opnieuw dezelfde fout wil maken, door mensen aan de andere kant van het lichaamsspectrum te brandmerken. Body-shaming bestrijden met meer body-shaming: faut le faire CDH, faut le faire.

Het kan dan misschien maar een onschuldig voorstel lijken om snel te scoren bij de internationale vrouwendag, toch is dit soort van ideeën niet zonder gevaar. Mag een uitgemergelde wielrenner nog? Spierbundels in kledingwinkels, opgesmukte communiefoto’s, de kaaklijn van een scheermesman die steevast de gulden snede benadert? Wie gaat er beslissen wat wel en niet kan aanzetten tot ongezonde leefgewoonten? Laat dat alsjeblief niet de overheid zijn.

Helaas is dat wel wat er aan het gebeuren is: verbieden is een een trend, het pasklare antwoord op elk complex maatschappelijk probleem. Het woord ‘slet’ in een reclame: schande. Roken in de auto: verbieden. Raman zingt een liedje: brandstapel! Ik vind dat een gevaarlijke evolutie.

We moeten mensen net meer verantwoordelijkheid geven. En een groot deel daarvan is ook de mogelijkheid laten om foute keuzes te maken. Het is onzinnig om dat allemaal kunstmatig weg te snijden met het éne overheidsverbod na het andere. Ik gun ons liever het voordeel van de twijfel. Een samenleving waarin niks meer mag omdat het ergens wel een negatief effect op iemand kan hebben: dat is het meest magere maatschappelijke model dat ik me kan inbeelden.

Partner Content