Automarkt herleeft, maar…..

De automarkt toont eerste tekenen van herstel.
Gert Verhoeven

De automarkt heeft het gedurende het derde kwartaal van 2022 iets beter gedaan. Is er dan eindelijk licht aan het einde van de tunnel, of wordt er te vroeg victorie gekraaid? 

De kentering kwam er vanaf augustus en werd in september bevestigd. Gedurende de eerste maand van het nieuwe schooljaar werden 16,8 % meer voertuigen ingeschreven dan in diezelfde periode in 2021. Daarmee lijkt de dalende trend gekeerd. In absolute cijfers is de markt nog altijd een stuk kleiner dan voor corona.

Sectorfederatie Febiac geeft ook aan dat het aandeel elektrisch aangedreven voertuigen danig in de lift zit. De BEV’s (battery electric vehicles) zijn goed voor een marktaandeel van 9,2 % (tegenover 5,9 % vorig jaar). Samen met hybride en plug-inhybride modellen gaat het om 32,1 % tegenover 23,5 % een jaar eerder. Diesels hebben nog slechts 17,2 % van het marktaandeel (-6,5 %) en benzine is goed voor de helft van de nieuwe inschrijvingen.

Uit deze cijfers zou je kunnen afleiden dat de ommekeer naar een doorgedreven elektrificatie is ingezet, toch is er enige nuance is nodig. De inschrijvingen die vandaag worden genoteerd, bevatten ook de (late) leveringen van voertuigen die veel eerder werden besteld. Echo’s uit de sector leren dat vooral elektrische voertuigen ‘sneller’ beschikbaar zijn en bij uitbreiding vlotter worden geleverd, waardoor ze in verhouding beter vertegenwoordigd zijn in deze inschrijvingscijfers. Voor constructeurs is dit vaak een weloverwogen keuze omdat ze nog altijd kampen met schaarste van chips en van andere componenten. Daarom assembleren ze liever duurdere modellen om zo hun winst min of meer veilig te stellen.

Grote kloof

Een laatste trend is de steeds groter wordende kloof tussen privé- en bedrijfswagens. Die laatste zijn vandaag goed voor ruim 62 % van de totale markt, wat meteen aangeeft dat de privé-consument zijn aankoop uitstelt of zelfs afstelt. Los daarvan kopen bedrijven en zelfstandigen veel vaker een (semi-)elektrisch voertuig omwille van de daaraan verbonden fiscale voordelen.

Meer dan 70 % van de kopers die een wagen uit eigen zak betaalt, kiest voor een benzinewagen, amper 3,4 % onder hen gaat voor een volledig elektrisch model. Precies die andere keuze kan de leasingmarkt straks parten spelen omdat leasingbedrijven hun wagens later op de privémarkt kwijt moeten. De hoge restwaarde die vandaag wordt gehanteerd – om de maandelijkse gebruikskost voor de fleetklant laag te houden – moet de lakmoesproef nog doorstaan.

Als de privékoper een nieuwe EV vandaag niet lust, is het weinig waarschijnlijk dat hij binnen enkele jaren wel overstag zou gaan voor een gebruikt, maar nog altijd prijzig exemplaar. Het risico op mogelijke dure herstellingen (denk: batterij, warmtepomp of geïntegreerde lader) is bij gebruikte voertuigen immers nog groter. Een mogelijk overaanbod van gebruikte EV’s zou binnen enkele jaren wel eens een volgende opdoffer kunnen worden voor auto-industrie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content