‘Zodra hij kanselier was, zou hij vanzelf tot rede komen’

HITLER, VON HINDENBURG EN GÖRING, 1933 'Rustig afwachten', vond de vereniging van Duitse Joden. © Gettyimages

In het Duitse magazine Die Zeit beschrijft Hitler-biograaf Volker Ullrich hoe de führer aanvankelijk werd weggezet als een clown. Een parallel met Trump? Zijn naam valt niet, maar ‘dit is een waarschuwing’.

Op 30 januari 1933 werd Adolf Hitler door rijkspresident Paul von Hindenburg benoemd tot kanselier van Duitsland. Nog op de dag van zijn inauguratie volgde er een verklaring van het bestuur van de vereniging van Duitse Joden. Het leek er al bij al redelijk gerust op: zeker, het nieuwe bewind diende met wantrouwen te worden benaderd, maar er was geen reden tot paniek. Zo zou Hitler het niet in zijn hoofd halen om ‘onze grondrechten’ aan te tasten. ‘Voor het overige geldt vandaag het motto: rustig afwachten!’

Reacties als deze typeren volgens Hitler-biograaf Volker Ullrich de algemene teneur tijdens de dagen voor en na Hitlers inauguratie. ‘De verwachting was dat Hitler, eens hij het ambt van kanselier zou bekleden, wel vanzelf tot rede zou komen. De leider van de NSDAP zou spoedig vervellen tot een gematigde kanselier.’

Nochtans heeft Hitler zijn radicale agenda nooit verborgen gehouden. Hoe verklaart u dat hij niettemin door veel intellectuelen en politici werd gebagatelliseerd?

ULLRICH: Ik kan die algemene blindheid voor het nochtans duidelijk aangekondigde gevaar maar op één manier verklaren: men heeft zijn intentieverklaringen, en ook wat hij in Mein Kampf had geschreven, nooit echt ernstig genomen. De algemene teneur was dat het allemaal niet zo’n vaart zou lopen.

Niet iedereen was zo blind. De Joodse schrijver Joseph Roth, bijvoorbeeld, verliet ogenblikkelijk het land. Zijn collega Thomas Mann had al in de jaren twintig voor het gevaar-Hitler gewaarschuwd.

ULLRICH: Het klopt dat er intellectuelen en schrijvers waren die op z’n minst voorvoelden wat er op Duitsland afkwam. En Thomas Mann was inderdaad een van hen. Hij heeft in een grote redevoering in 1932 uitvoerig op de gevaren van het nationaalsocialisme gewezen. Ook Theodor Heuss, de eerste Duitse president na de Tweede Wereldoorlog, publiceerde al in 1932 een opmerkelijk kritisch boek over Hitler en de nationaalsocialistische beweging. Maar Heuss en Mann waren uitzonderingen. Niet weinig linkse intellectuelen hebben zich grondig vergist in Hitler. De meesten herkenden in hem een marionet die de kapitalistische belangen moest dienen.

Toenmalig SPD-leider Kurt Schumacher noemde Hitler ‘een decoratiestuk’. En ook de vakbonden zagen het zwaard van Damocles niet hangen.

ULLRICH: Dat Hitler de georganiseerde arbeidersbeweging echt kapot zou maken, lag simpelweg buiten het voorstellingsvermogen van de leidende sociaaldemocraten en vakbondsleiders van die tijd. Daarbij speelde ongetwijfeld de herinnering mee aan de repressie onder Otto von Bismarck aan het eind van de negentiende eeuw. De sociaaldemocratie had die repressie met glans overleefd, en dat zou ook wel het geval zijn nu de nieuwe kanselier Hitler iets soortgelijks in zijn schild voerde.

De architect van de regering onder Hitler was de vicekanselier, Franz von Papen. Die was ervan overtuigd dat de coalitiepartners al binnen de twee maanden Hitler in een hoekje zouden dringen. Leed Von Papen misschien aan politiek-strategische blindheid?

ULLRICH: Von Papen overschatte zijn machtspositie. Op basis van zijn goeie relaties met rijkspresident Von Hindenburg geloofde hij dat hij Hitler in de tang kon nemen. Maar al na enkele weken was Hitler erin geslaagd om het vertrouwen van Von Hindenburg te winnen en Von Papen uit de gratie van Von Hindenburg te werken. Hitler had een feilloos instinct voor de zwakte van zijn tegenstanders. Bovendien kwamen de extrapolitieke gebeurtenissen Hitler al heel snel te hulp. Eind februari 1933 was er de brand in de Reichstag, die Hitler onmiddellijk gebruikte om fundamentele grondrechten af te schaffen.

Opvallend: in uw bijdrage laat u de naam Donald Trump niet één keer vallen. Toch is het onmogelijk om uw tekst te lezen zonder te denken aan wat er vandaag over de Amerikaanse president wordt gezegd en geschreven.

ULLRICH: De bijdrage in Die Zeit is uiteraard met de actualiteit in het achterhoofd geschreven, en bewust met de bedoeling om zijn naam niet expliciet te noemen. Het stuk wil een waarschuwing zijn. Want het zou een kapitale fout zijn om de nieuwe man in de VS te onderschatten. De eerste beleidsdaden van Trump laten zien dat hij de maatregelen die hij in de aanloop naar de verkiezingen heeft aangekondigd ook echt zal uitvoeren. Dat hij, zoals vaak geschreven is, gematigder zou worden eens hij president is, daarvan is tot dusver niets te merken.

Deel één van mijn Hitlerbiografie dook in de aanloop naar de verkiezingen even op in de Amerikaanse bestsellerlijsten. Dat succes dank ik aan het feit dat enkele Amerikaanse commentatoren (onder meer in The New York Times, nvdr.) niet aan de verleiding konden weerstaan om in Trump een soort pendant van Hitler te herkennen.

Is een vergelijking volgens u te rechtvaardigen?

ULLRICH: Trump met Hitler vergelijken vind ik om verschillende redenen problematisch. Zeker, ze hebben enkele eigenschappen gemeen. Ik denk aan het egocentrisme, de neiging om waarheid en leugen door elkaar te haspelen, het ressentiment tegen de elite, en de belofte om de eigen natie weer in de oude glorie te herstellen. Maar er zijn ook verschillen, en die zijn wezenlijker. Trump is democratisch verkozen, terwijl Hitler door rijkspresident Von Hindenburg werd benoemd. In een democratische verkiezing had Hitler nooit een meerderheid kunnen vormen. Een belangrijk verschil lijkt me ook dat Trump, anders dan Hitler, geen gesloten wereldbeschouwing heeft. Het komt mij voor dat hij politiek bedrijft als een zakenman, en niet als een fanatieke ideoloog. En dan is er nog de Amerikaanse grondwet, die steunt op een beproefd systeem van checks and balances. Het blijft wel afwachten in hoeverre de Amerikaanse instellingen grenzen zullen stellen aan de macht van de Amerikaanse president. Verder heb ik ook de stellige indruk dat de burgerbewegingen als tegenkracht in de VS veel sterker staan dan in het Duitsland van 1933.

ULLRICH: Al voor 1933 waren de directies van de Duitse grootindustrie minstens voor een deel gewonnen voor het kanselierschap van Hitler. Na 1933 volgden ook de ‘supermanagers’, die eerder nog reserves hadden tegenover het nationaalsocialisme. Het vooruitzicht van de vernietiging van de vakbonden en de gedwongen herbewapening van Duitsland was zo aantrekkelijk dat alle bedenkingen over de Hitlerdictatuur wegsmolten als sneeuw voor de zon. Als ik vandaag zie hoe de supermanagers het Witte Huis binnenstormen en hun lot aan dat van Trump verbinden, verwacht ik vanuit die hoek niet de minste oppositie tegen de autoritaire machtswellust van de Amerikaanse president.

Door JEROEN DE PRETER

‘Het zou een kapitale fout zijn om de nieuwe president te onderschatten.’ Volker Ullrich

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content