We moeten het durven zeggen zoals het is : toen die slampampers van de VN Willy Claes eindelijk de kans gaven om de Bosnische kwestie volgens zijn metodes op te lossen dat wil zeggen : met bruut geweld was het gauw gebeurd. En dan duiken er nadien nog kwaadwilligen op die durven beweren dat het dank zij de Amerikanen is, dank zij onderhandelaar Richard Holbrooke, dat de Serviërs zo vlug zijn bijgedraaid. Er zijn toch mensen die niet het minste respekt voor de waarheid hebben.
Willy Claes, hoe geplaagd hij ook mocht zijn door een tiental uitgekomen en een twintigtal niet-uitgekomen schandalen uit het verleden, pleitte al maanden aan een stuk om er in Bosnië eens goed in te roefelen, zoals militairen dat zo beeldrijk kunnen omschrijven. Telkens volgde het njet van de veiligheidsraad. En Boutros-Ghali maar de wereld rondreizen. “Ik heb me van een raad nooit iets aangetrokken, ” maakte Claes zich in die dagen behoorlijk boos. “Ja toch, één keer. Van die van Jacobs en De Langhe, om een voorkeur voor een Italiaans helikoptermerk uit te spreken. Ik heb er zelfs nog een lichte voorkeur van gemaakt, en bezie wat voor mizerie het heeft opgeleverd. Bij mij moeten ze met geen raad komen aanzetten. Geen gemeenteraad, geen partijraad, geen ministerraad, geen Navo-raad en geen kameraad. Ik zeg : goede raad is duur, en slechte raad is nog duurder. Weg ermee. “
Maar de VN-sekretaris een zwakke figuur die nauwelijks boven de tafelrand uitkomt, wat tegen de onverschrokkenatletische karkas van Claes nogal belachelijk afstak slaagde er nooit in om zijn veiligheidsraad in het gelid te doen lopen. Waardoor de Navo niet mocht optreden en kostbare tijd verloren ging. De eerste dag dat Claes groen licht kreeg, wisten de Serviërs niet wat ze zagen. Een tapijt van bommen, granaten, splintermijnen en kruisraketten. Dra gevolgd door immense zwermen venijnige insekten die voor een jeukepidemie zorgden, en een vreemd kleurtje in het leidingwater dat bij onderzoek salpeterzuur bleek te bevatten. Plus een aanval met pepergas. Voedsel- en kledingdepots vlogen de lucht in. Hospitalen werden in ruïnes herschapen, bruggen doormidden gesneden. Mobiele raketinstallaties vielen in gruis uiteen en enkele ortodoxe kerken werden vakkundig een torentje kleiner gemaakt.
Karadzic, Mladic, Milosevic… ze konden niet rap genoeg aan de onderhandelingstafel zitten en het op Kroaten en Moslims veroverde gebied werd onmiddellijk en met verontschuldigingen teruggegeven. Achter zijn statige bureau op het vliegdekschip Theodore Roosevelt leunde Claes tevreden achterover. Geheel gerustgesteld over de efficiëntie van het wapen- en rakettenarsenaal dat hij ter beschikking had.
Het sterkste staaltje van de allernieuwste technologie werd hem gedemonstreerd door een Griekse admiraal die beweerde dat hij met behulp van de radar en één interkontinentale scud-raket, van in de Adriatische Zee een precisiebombardement kon uitvoeren op om het even welk schip in de Stille Zuidzee. “Ik schiet hun motor kapot zonder dat ze er iets van merken, ” beweerde de admiraal terwijl Claes, die dat wel eens wou zien, op de radar een kleine stip aanwees : de Kaunitoni ! Weinige tellen later lagen Vera Dua en Marc Van Peel in elkaars armen op de bodem van de zee.
Claes besloot dit sensationele militaire geheim voor zichzelf te bewaren, gooide de admiraal overboord en voelde zich met recht en reden heerser over de wereldzeeën. Iets waarvan hij altijd gedroomd had. Tot een speciale kamerkommissie hem verzocht uitleg te komen geven over de aankoop van zesenveertig gammele helikopters in ’t jaar ’88. Claes, die er voor persoonlijk gebruik vanop zijn eigen budget net vierduizend driehonderd had bij besteld, verstak niet dat hij gebelgd was door dit onfatsoenlijke verzoek van een kleine en volstrekt onbeduidende lidstaat, maar besloot het nuttige aan het onaangename te paren en er een dagje uit van te maken in een omgeving waar hij ooit nog had gewerkt : de Wetstraat.
WIJ KENNEN ALLEN het vervolg. Eén week later moest hij ontslag nemen uit de Navo en werden vriend en vijand ’s avonds in Ter Zake aan het woord gelaten. Dat werd ei zo na een heiligverklaring. Zelfs diegenen die nog geen 24 uur vroeger de poten onder zijn stoel hadden weggestemd, kwamen de grote leiderskwaliteiten van Willy Claes prijzen. Wie vroeger al eens een faveurtje van hem had gehad, loofde zich het vuur uit de sloffen. En omdat zij beseften dat al te veel vleierij een omgekeerd effekt kon hebben, haastten zij zich allemaal om toch ook een slecht punt van de aflijvige te vermelden. Helaas allemaal een ander.
Zo kregen wij te horen dat Claes een formidabele dossierkennis bezat, hoewel hij ook wel eens zijn driftbuien had. Een ander bracht in herinnering wat voor een harde werker Claes was geweest, hoewel hij natuurlijk ook biezonder veeleisend was voor zijn medewerkers. Een derde had het over de uitzonderlijke nauwgezetheid van de ex-minister, hoewel hij er niet voor terugschrok om in het openbaar onze ambassadeur in Pakistan van een stuitende mediokriteit te beschuldigen.
Na nog tien van die vleiers konden wij volgend redelijk nauwkeurig beeld van de sekretaris-generaal samenstellen : een ongemanierde en op uiterlijk vertoon verslingerde driftkikker met een ziekelijke profileringsdrang, die altijd koppig zijn eigen zin deed, naar niemand wou luisteren, met een mateloze arrogantie elke afwijkende mening de grond inboorde, geen enkele persoonlijke ambitie te dol vond, en allerminst vies was van materieel voordeel voor zichzelf of zijn partij-afdeling.
Claes zat het, helemaal alleen in zijn villa in het Terkamerenbos, met stijgende ontzetting aan te horen en besloot dat het niet van je vrienden is dat je het moet hebben. En zeggen dat hij eerst van plan was geweest om met een Canadese gevechtstank het parlement binnen te rollen, de loop op het halfrond volksvertegenwoordigers te richten en door de luidspreker bovenop de geschutskoepel te vragen of er iemand iets op hem had aan te merken. Zonde dat hij het niet gedaan had.
Ontmoedigd slofte hij naar de kelder waar hij, spoedig weer met zijn gebruikelijke entoesiasme, verder werkte aan wat hij eerst beschouwd had als een bezigheid voor zijn oude dag, maar wat nu best kon dienen voor een goede les aan dit apenland : de WILLY II. Een M-45 raket met een TN-75 kernkop van tweehonderd tachtig kiloton. Terwijl Claes een deuntje uit de Walkure floot, ging hij op een gedetailleerde Navo-stafkaart op zoek naar de koördinaten van het stadhuis van Leuven.
Koen Meulenaere