Het laatste academiejaar als rector, maar niet zijn laatste jaar aan de universiteit. Een gesprek met Andreas De Leenheer.

ANDREAS DE LEENHEER: Op 1 oktober 2001 ben ik hier rector geworden en sindsdien is er van vrije tijd nog weinig sprake geweest. Die krijg ik volgend jaar hopelijk wel. Dan wil ik opnieuw piano gaan spelen op een hoog niveau, al vrees ik dat de motoriek dat niet meer zal toelaten. Daarnaast wil ik natuurkunde of wiskunde studeren. Dat is een zeer breed domein waarvan de abstracte schoonheid mij echt aantrekt. Ik ben gefascineerd door vraagstukken. Het geeft me echt wel een kick wanneer dat ik de oplossing vind na dagen tobben en proberen.

Vorig jaar lanceerde u het debat rond studeren in het buitenland. Daar kreeg u toen heel wat reactie op.

DE LEENHEER: Al onze universiteiten krijgen een onvoldoende voor internationalisering. Toen het Erasmusprogramma tien jaar geleden tot stand kwam, gaf dat een enorme impuls aan onze Vlaamse studenten. Nu stel ik een stagnatie vast. Studenten willen nu ook liever naar Amerika, Nieuw-Zeeland of Japan om een stuk van de wereld te ontdekken. Ik begrijp dat volkomen, maar het is niet te verantwoorden: we hebben genoeg kwaliteitsvolle universiteiten in Europa.

Daarnaast bestaat de neiging te denken dat bij ons het niveau het hoogst is en dat bij ons de professoren de beste zijn. En dus is het niet nodig om naar het buitenland te gaan. Dat is navelstaarderij. Het kan gebeuren dat je aan een andere universiteit op een iets zwakker niveau les krijgt, maar de confrontatie met een andere cultuur en omgeving is onvoorstelbaar geestverruimend. Jonge studenten moeten die kans grijpen.

Dit is uw laatste jaar als rector. Welke kwaliteiten moet uw opvolger hebben?

DE LEENHEER: Dat is moeilijk te zeggen. Iedere professor zal hier iets anders op antwoorden. Een rector moet een krachtige persoonlijkheid hebben en het charisma om bij de verschillende universitaire geledingen een draagvlak te creëren. Binnen een conflictmodel met andere universiteiten moet een rector de eigen universiteit uitdragen. Hij of zij moet kunnen lesgeven en moet alle academische kanalen doorzwommen hebben. Het is ook belangrijk dat hij onze universiteit op de Europese kaart zet.

Is deze job bepalend geweest in uw leven?

DE LEENHEER: Nee, ik heb gewoon een kans gekregen. Ik ben ook acht jaar decaan geweest. Toen vond ik dat ik de brug moest vormen tussen een oudere en een nieuwere generatie. In de VS had ik het model gezien met jonge krachten die heel bruisend en dynamisch de faculteiten op een hoger niveau brachten. Ik wilde dat bij ons ook introduceren.

Het mandaat van rector is mij toevertrouwd, ik heb dat nooit willen personifiëren, maar ik zag wel de kans om de omgeving te wijzigen. Als rector ben je natuurlijk numero uno en kun je nog wat meer verwezenlijken. Ik hoop, en ik begin meer en meer te denken, dat ik dat heb kunnen doen. We zijn op de goede weg en dat geeft me veel hoop voor de toekomst. De universiteit zal steeds sterker worden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content