In het noordwesten van Sudan bedreigen Arabische milities honderdduizenden mensen. Is daar een genocide aan de gang?

Terwijl de regering van president Omar al-Bashir er eindelijk in slaagde een einde te maken aan de meer dan 20 jaar durende burgeroorlog in Sudan, haalde een nieuw conflict het nieuws. De Arabische herdersvolkeren waren begonnen de toch al schrale gronden van hun Afrikaanse landgenoten in te nemen. De boeren in de regio Darfur kwamen in opstand en de regering stuurde Arabische milities, de zogenaamde Janjaweed, op hen af. Zij konden ongehinderd plunderen, branden, roven en verkrachten. De zwarte dorpelingen uit Darfur sloegen op de vlucht. Humanitaire organisaties luidden de alarmbel. Te meer daar de regering in Khartoem niets deed om de milities onder controle te houden. Ze verhinderde zelfs dat de nodige hulp ter plaatse kon komen.

De noodkreten van de organisaties en de beelden uit Darfur wierpen uiteindelijk vruchten af. VN-secretaris-generaal Kofi Annan reisde af naar Sudan en slaagde erin een afspraak te maken voor onderhandelingen, op 15 juli in de Ethiopische hoofdstad Addis Abeba. De vertegenwoordigers van Darfur willen daar echter niet aan deelnemen voor de Sudanese regering de Arabische milities ontwapent.

Ook de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell reisde naar Sudan. Amerika wil dat Khartoem een einde maakt aan ‘de ramp en de catastrofe in Darfur’. Ging het hier niet om een genocide, de stelselmatige en opzettelijke uitroeiing van een etnische groep? ‘We kunnen het juiste woord later bepalen’, antwoordde Powell.

En hij heeft gelijk. Als het in Darfur om volkerenmoord gaat, zijn de lidstaten van de Verenigde Naties volgens het Genocideverdrag van 1948 verplicht in te grijpen en VN-soldaten ter plaatse te sturen. Dat zou de relaties tussen de VS en Sudan echter verzuren. Ooit was Sudan immers een veilige schuilplaats voor Osama Bin Laden, maar de laatste maanden werden Khartoem en Washington vrienden. Die prille vriendschap op het spel zetten, staat gelijk aan een opgave van de hoop op de bezetting van een strategisch bruggenhoofd in de Hoorn van Afrika.

Annan en Powell slaagden erin Khartoem te laten instemmen met een aantal maatregelen: de Organisatie van Afrikaanse Eenheid stuurt bijkomende militaire waarnemers naar Darfur, al-Bashir beloofde om alle humanitaire hulp doorgang te verlenen en de Janjaweed te controleren. Maar de humanitaire organisaties zijn sceptisch: Khartoem heeft al zoveel beloofd, maar wil of kan niets veranderen aan de toestand in Darfur.

Het is onmogelijk die toestand onder woorden te brengen: etnische zuivering, gedwongen deportatie van een bevolkingsgroep, genocide. Nu een half miljoen mensen rechtstreeks met de hongerdood worden bedreigd, wordt het tijd het juiste woord te kiezen.

M.V.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content