Na de ?Zapatisten-opstand” van januari 1994 werden en worden in Mexico gesprekken georganiseerd tussen de regering en vertegenwoordigers van de indianenbevolking.

TIENTALLEN JAREN LANG was Chiapas een ?vergeten regio” in Mexico. Maar de ?Zapatisten” maakten de zuidelijke, bergachtige, staat bekend : arm, met een hoog percentage indianenbevolking die in hoofdzaak van landbouw leeft, maar met enorme voorraden aardgas en olie in de ondergrond. Het gebied kwam van de ene dag op de andere in het middelpunt van de Mexicaanse en internationale belangstelling toen er, rond nieuwjaar 1994, groepen gemaskerde indianen op paarden met oude geweren en de slogan ?Ya basta !” op het toneel verschenen. Militair gezien, maakten ze geen kans tegen het moderne Mexicaanse leger met zijn tanks en helikopters maar politiek speelde het lopende klimaat in Mexico in hun voordeel.

Het machtsmonopolie van de PRI (de Institutionele Revolutionaire partij), die sinds mensenheugenis alle macht heeft in Mexico, was de afgelopen jaren sterk verzwakt. In oppositiepartijen, vakbonden, pers en een waaier van sociale organisaties, klonk de kritiek op regering en beleid steeds luider. In de algemene oppositie neemt de beweging die opkomt voor de rechten van de indianen, namelijk een bijzondere plaats in.

In Mexico leven 56 verschillende inheemse bevolkingsgroepen. Dat is een klein restant van de oorspronkelijke inheemse bevolking. De meerderheid van de Mexicanen zijn mestiezen, van gemengde Spaanse en indiaanse afkomst. Die zijn gericht op het Westen, met zijn vrije-markteconomie en zijn individualisme. De indianen, daarentegen, hebben hun wortels in heel andere tradities. Dat zegt ook de Belgische historicus Jan De Vos, die al twintig jaar in Mexico woont en de geschiedenis van de indianen in Chiapas bestudeert : ?Hoewel de indianen na vijfhonderd jaar kolonisatie een deel van hun oorspronkelijke identiteit verloren hebben en zij zich zeer sterk hebben aangepast, hebben zij nog diepe wortels in hun Mayaverleden. Zo is de natuur voor hen nog altijd Moeder Aarde, die moet gerespecteerd worden. Ze zijn veel minder individualistisch, en hebben een systeem van gezagsdragers die voor de tijd van een jaar een taak van de gemeenschap op zich krijgen. Dat alles maakt dat hun levensbeschouwing heel erg verschilt van het Mexicaanse nationale project.”

De sociale achterstand, de marginalisering en de armoede in Chiapas veroorzaakten een groeiend protest van de indiaanse boeren tegen de regering in Mexico-stad én tegen de plaatselijke machthebbers. Jarenlang werkte een groep toekomstige verzetsstrijders in het oerwoud aan politieke opvoeding in de indianendorpen van het Lacandonische woud. Opnieuw groeide daar de idee dat alleen gewapende strijd iets zou kunnen veranderen. In moeilijke omstandigheden trainde de groep zich tot een nieuwe guerrilla-eenheid, die langzamerhand het vertrouwen en de steun won van veel indianendorpen in de streek. Zo ontstond het EZLN, het Zapatistisch Leger voor Nationale Bevrijding.

UITBRAAK.

Op 1 januari 1994 brak de guerrilla dan uit het oerwoud, naar de steden van Chiapas. Vijf stadhuizen werden door de rebellen bezet. Bij gevechten met het leger vielen ongeveer honderdvijftig doden. Twaalf dagen later kondigde de toenmalige president Carlos Salinas een wapenstilstand af. Op dat ogenblik was de gemaskerde guerrillaleider Marcos, die zich ?el subcomandante” noemde, de onderbevelhebber, al uitgegroeid tot een levende mythe. Die Marcos was eigenlijk een mesties uit de stad, maar was door de indianen opgenomen als één van de hunnen.

De indiaanse eisen konden nu nog moeilijk genegeerd worden. De regering en de Zapatisten begonnen een dialoog over de problemen in de regio, en van de indianenbevolking in het hele land. Dat was in februari. Samuel Ruiz, de bisschop van San Cristobal, trad op als bemiddelaar in het conflict. De atmosfeer was gespannen, maar de verwachtingen lagen hoog. Honderden Mexicanen indianen en mestiezen waren vrijwilliger om ?vredesgordels” te vormen rond de gebouwen waar de gesprekken plaats vonden. Dag en nacht wisselden ze elkaar af om een permanente civiele aanwezigheid te verzekeren. De onderhandelingsrondes volgden elkaar bijna maandelijks op, maar er werd weinig vooruitgang geboekt. Herhaaldelijk werd gevreesd dat de dialoog afgebroken zou worden.

In februari 1995 werd de identiteit van Marcos onthuld, en het Mexicaanse regeringsleger trok het oerwoud in met als legitimatie een aanhoudingsbevel voor de subcomandante en andere Zapatistische kopstukken. Uit angst voor de vliegtuigen en de militairen trokken hele dorpsgemeenschappen de bergen in. Tot op heden is de conflictzone bezaaid met militaire kampen die het leven van de dorpelingen ontregelen. Verscheidene van de in februari vorig jaar gearresteerde vermeende Zapatisten zijn nog altijd opgesloten. Organisaties in heel Mexico klagen die situatie aan en beschuldigen de regering ervan die gevangenen als een troef te gebruiken bij de onderhandelingen. Dit jaar herdacht men de eerste verjaardag van de ?invasie”. Het recente optreden van het Mexicaanse leger en van politie-eenheden tegen indianen die in Tabasco actie voerden tegen Pemex (het Mexicaanse parastatale aardolieconcern), maakte de herinnering aan die wapenfeiten des te levendiger.

SYMPATHIE.

In heel Mexico heeft de Zapatistische roep om ?justicia, libertad y democracia” recht, vrijheid en democratie , een golf van sympathie losgeweekt. Bij manifestaties in Mexico-stad betuigden duizenden mensen mestiezen en indianen hun steun aan de indiaanse rebellen. Begin januari 1996 richtte het EZLN, het Zapatistisch bevrijdingsleger, een oproep aan de civiele organisaties in heel Mexico, voor de vorming van een ?Zapatistisch Nationaal Bevrijdingsfront” (FZLN : Frente Zapatista de Liberación Nacional). Dat FZLN zou een civiele en pacifistische, indiaanse en democratische, Mexicaanse en nationale organisatie worden, die ijvert voor de democratisering van Mexico langs niet-politieke weg. Daarmee sluit het aan bij een tendens die in Mexico nogal algemeen leeft, vooral in linkse oppositiekringen, en die de politieke partijen ongeloofwaardig vindt en daarom de sociale organisaties de hoofdrol wil toeschuiven in het democratiseringsproces van het land. Anderen zijn echter niet zo geestdriftig over die evolutie. Zo betoogde commentator José Woldenberg in de linkse oppositiekrant La Jornada dat de politieke partijen zeker tot op heden onmisbaar blijven. ?Als de linkse krachten in Mexico het politieke veld afwijzen, plegen ze zelfmoord,” besloot hij.

Na maandenlang aanslepende onderhandelingen werd in september vorig jaar toch eindelijk een eerste akkoord bereikt over de agenda, de reikwijdte en de procedure van de onderhandelingen. De echte gesprekken konden nu beginnen. Het thema van de eerste ronde was ?Indiaanse rechten en cultuur”. In oktober werden in San Cristobal en in San Andres Larrainzar zes werkgroepen opgestart rond verschillende thema’s : autonomie, rechtspraak, participatie aan het politieke leven, de situatie van de vrouw, de toegang tot de communicatiemedia, en indiaanse cultuur. Honderden sprekers en adviseurs van beide partijen zetten hun standpunten uiteen op conferenties. Op 18 januari van dit jaar werd uiteindelijk een minimumakkoord voorgesteld. Dat pact moet de basis worden voor een nieuwe relatie tussen de Mexicaanse staat en de indiaanse volkeren, waarbij de politieke participatie van die laatsten vergroot wordt, en hun rechten ingeschreven worden in de grondwet. De indianen zouden een autonomiestatuut krijgen binnen de Mexicaanse staat.

Ook de bevordering van de indiaanse cultuur wordt vooropgesteld. In Chiapas zal een herindeling van de gemeenten uitgewerkt worden, en moet de mogelijkheid ingelast worden om de gemeentelijke overheden te laten verkiezen volgens traditionele indiaanse gebruiken, zoals dat nu al in Oaxaca het geval is. Comandante Tacho van het EZLN legde de resultaten van die lange onderhandelingen voor aan tienduizenden indiaanse mannen en vrouwen, en rapporteerde dat 96 procent voorstander van de akkoorden was. De Zapatistische delegatie en de regeringsonderhandelaars tekenden op 14 februari de akkoorden ?in privé-sfeer” zoals ze dat noemden : de Zapatisten wilden niet poseren voor een foto met de officiële delegatie. Zei Comandante David : ?Het is een klein akkoord. Laten we ons niet wijsmaken dat we hiermee de vrede al getekend hebben. (…) Zolang de militairen en de vliegtuigen aanwezig zijn, blijft de vrede onmogelijk.”

Verschillende doorslaggevende kwesties, zoals het probleem van de landhervorming en de verdeling van de grond, zijn in de besprekingen nog niet aangeraakt. Die moeten aan bod komen in de nieuwe onderhandelingsronde, die op dinsdag 5 maart van start ging. Ze zullen daar allicht nog voor spanning in de discussies zorgen.

Barbara van Hoestenberghe

Comandante David geeft uitleg bij de onderhandelingen van midden februari : Het is een klein akkoord.

Bisschop Samuel Ruiz en een aantal leden van de vredescommissie praten met de pers : ook een conflict tussen civiele en politieke krachten.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content