Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

Het Forum: plein in Rome, tussen Capitool en Palatijn, waar burgers samenkwamen om publieke zaken te bespreken en recht te doen.

Mijnheer Ruys, de Volksunie heeft zich neergelegd bij het onderwijsakkoord, en het debat over de financieringswet is uitgesteld tot 2001.

Manu Ruys: Dit was een episode in het verhaal van een aanslepende communautaire impasse, waarbij Wallonië niet wil praten en Vlaanderen geen confrontatie durft aan te gaan. In het begin van de jaren negentig is er met de grondwetsherziening een nieuw België ontstaan, opgedeeld in gewesten en gemeenschappen. Niemand is daar gelukkig mee. Velen willen evolueren naar twee echte deelstaten. Dus moet de fiscale autonomie geregeld worden, en de splitsing van op zijn minst een gedeelte van de sociale zekerheid. Maar deze en andere communautaire dossiers blijven zich opstapelen. De francofonie denkt dat de huidige toestand voordelig is voor Wallonië. Mijns inziens ten onrechte, en dat beweren ook drie UCL-professoren, die het in een recente studie hebben over de perverse effecten van intergewestelijke solidariteit. En de Vlamingen hebben door toe te geven in de onderwijskwestie, de hefboom om een nieuw communautair gesprek te forceren uit handen gegeven. Ook de Volksunie, die heeft gekozen voor het behoud van haar ministerposten, die onder meer de kans bieden om partijgetrouwen te benoemen en in de machtsnetwerken in te schakelen.

Heeft de komende voorzittersverkiezing meegespeeld?

Ruys: Ik denk het niet. Men wekt de indruk dat die verkiezing gaat tussen progressieve en rechtsradicale nationalisten. Maar er is tussen Vankrunkelsven en Bourgeois inhoudelijk nauwelijks verschil. Net als Bourgeois heeft ook Vankrunkelsven zich uitgesproken voor een onafhankelijk Vlaanderen in Europa. En net als Vankrunkelsven is ook Bourgeois geen rechtse rakker, want hij laat zich inspireren door ondervoorzitter Eric Defoort, die met Maurits Coppieters en Norbert De Batselier heeft meegewerkt aan Het Sienjaal. De echte tegenstelling tussen de twee kandidaat-voorzitters, kristalliseert zich rond de figuur van Bert Anciaux. Binnen de VU is men voor of tegen de Anciaux’, die een bepaalde denk- en benaderingswijze symboliseren. Sommigen zijn daar ronduit allergisch voor, en zij scharen zich rond Geert Bourgeois. De uitslag van de voorzittersverkiezing wordt een uitspraak voor of tegen Anciaux.

Kan een partij zich een aanhangsel als ID21 veroorloven?

Ruys: De Volksunie is met Frans Van der Elst en Wim Jorissen begonnen als een klassieke nationalistische partij. Maar vrij snel zijn er progressieve ideeën binnengekomen via Coppieters, Nelly Maes, en anderen. Die tendens heeft in de VU altijd bestaan, het aantrekken van ID21 is dus niet zo onnatuurlijk. Het bood de progressieven in de partij de kans om hun fractie te doen aangroeien. Bert Anciaux heeft die kans met beide handen gegrepen. Hij is geen klassieke nationalist, heeft wel een Vlaamse reflex, maar wil vooral de jongeren voor zich innemen, en dat kan niet met de verouderde terminologie van de Vlaamse beweging. Zowel Anciaux, als ID21, als de VU, hebben met deze alliantie hun voordeel gedaan bij de verkiezingen, maar het uitzicht van de VU is er wel fel door veranderd. Echte rechtsradicalen vind je er niet meer, die zijn overgestapt naar het Blok. Dat verklaart ook waarom de VU zo gemakkelijk heeft toegegeven in de onderwijskwestie.

Ter compensatie engageert de Vlaamse regering zich om tegen eind 2001 meer fiscale autonomie af te dwingen.

Ruys: Er is jarenlang gesteld dat de financieringswet in ’99 moest herzien worden en dat bij die gelegenheid nieuwe stappen in de staatshervorming zouden volgen. Dat proces ligt nu stil, en het dreigement van de Vlaamse regering maakt weinig indruk. Over een jaar zal de toestand er heel anders uitzien, want in oktober zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Die zouden kunnen uitdraaien op een serieuze nederlaag voor de Vlamingen, zowel in Brussel als in de Brusselse rand, en in dat geval is het klimaat niet ideaal voor harde Vlaamse eisen. En wie weet of het land in die periode geen troonopvolging beleeft. Ik denk dat Guy Verhofstadt van elke kans gebruik zal maken om de discussie over een verdere staatshervorming af te wimpelen. Tot tevredenheid van alle meerderheidspartijen, die intussen profiteren van de machtsuitoefening. De oppositie van de CVP is zwak, omdat die partij zelf nooit iets ondernomen heeft op dit terrein. Jean-Luc Dehaene huiverde voor communautaire confrontaties, en Luc Van den Brande kreeg geen steun.

Heeft de costa nog nut?

Ruys: Weinig. Verhofstadt heeft van bij het begin de nadruk gelegd op een Belgische modelstaat, en hij staat binnen de meerderheid niet alleen. Ook niet aan Vlaamse kant, want VLD en SP hebben er alle belang bij dat deze regering uit de moeilijkheden blijft. Het streven naar een confederaal model, werd aan Vlaamse kant gestimuleerd door Van den Brande, en aan Waalse door Collignon en Van Cauwenberghe. Maar die zijn, bijna geruisloos, verdwenen en vervangen door mensen die de confederale gedachte veel minder of helemaal niet genegen zijn. Dewael aan Vlaamse kant, Di Rupo en Onkelinx aan Waalse. Dat is een terugkeer naar een Belgische visie op de toekomst. Vankrunkelsven is verzwakt, en Philippe Moureaux is een Brusselaar, geen Wallingant. Wie zal de costa dan nog animeren?

Vreemd is dat er een storm is ontstaan over 2,4 miljard, terwijl niemand meer spreekt over het totaal van de transfers, waarmee 180 miljard gemoeid is. Ook als de solidariteitsmechanismen niet in vraag worden gesteld, moet er toch minstens controle zijn op de aanwending ervan. En die is in Wallonië zeer ondoorzichtig. Maar daarover zal dus niet gepraat worden, want de Vlamingen staan nergens meer.

Is uw indruk over de regering Verhofstadt dezelfde als in september, bij de eerste aflevering van Het Forum?

Ruys: Er wordt goed gewerkt door vaklui als Vandenbroucke en Van den Bossche, en ondanks een haperende start ook door de groene ministers Aelvoet en Dua. Verhofstadt zelf kiest voor een pragmatische aanpak, heeft de communautaire dossiers handig opgesloten in de impasse van de costa, en profiteert van gunstige omstandigheden zoals de economische groei, en het prinselijk huwelijk dat een milder politiek klimaat heeft doen ontstaan. Maar Verhofstadt is zeker geen Dehaene. De vorige regering wàs Dehaene. Met de steun van Tobback en Herman Van Rompuy was die zo sterk, dat hij zowel het federale als het Vlaamse parlement, en de Vlaamse regering kon minachten. Verhofstadt wil zich gedragen als een primus inter pares, maar ik vraag me af of hij niet veeleer een secundus inter pares is. Want meer en meer blaast de PRL, met Louis Michel en Didier Reynders, de hoogste noot. Hoewel die partij niet vooruitgegaan is bij de verkiezingen.

Verhofstadt heeft al een paar steken laten vallen. Soms door gebrekkige communicatie, hoezeer hij het daarin ook beter wil doen dan zijn voorgangers. Illustratief was de uitschuiver met zijn rapport aan de Europese Commissie, waarin hij stelt dat de vorige regering correct heeft gehandeld bij de aanpak van de dioxinecrisis, terwijl hij voor de parlementaire onderzoekscommissie het tegenovergestelde heeft beweerd. Uiteraard is een juridisch verweer iets anders dan een politieke beoordeling, maar dat moet de premier dan wel duidelijk uitleggen aan de publieke opinie. Verhofstadt wekt te veel de indruk dat hij in de knoop ligt met de waarheid, zoals over het al dan niet bestaan van een geheim akkoord over de 2,4 miljard.

Hoe beoordeelt u de nieuwe voorzitters van VLD, SP en CVP?

Ruys: Ze zijn alledrie geconfronteerd met de vraag: met welk profiel gaat de partij de komende eeuw in? Karel De Gucht zit op fluweel. De VLD staat sterk, heeft twee premiers en een kamervoorzitter, en hijzelf is met een grote meerderheid tot voorzitter gekozen. Hij is koel en beheerst, heeft de georganiseerde vrijzinnigheid achter zich, maar is geen rabiaat antiklerikaal. En hij hanteert een gematigde maar vrij besliste en klare Vlaamse toon.

Stefaan De Clerck heeft meer problemen, in een partij die op zoek is naar zichzelf, waar linker- en rechtervleugel verschillend denken, en waar sommigen blijven flirten met het idee om de ‘C’ te laten vallen, of om ze een plaats op te schuiven door als ‘Vlaamse Christen Democraten’ verder te gaan. De gemeenteraadsverkiezingen van volgend jaar zijn van kolossaal belang voor de CVP.

Patrick Janssens wekte als onverwachte nieuwkomer hoge verwachtingen op, maar heeft het moeilijk. Ik weet niet of hij voldoende gesteund wordt. Bij zijn televisieoptredens straalt hij geen dossierkennis uit. En bij zijn pogingen om de plaatselijke afdelingen te dynamiseren, is hij gehandicapt doordat hij geen rassocialist genre Jef Sleeckx is. Hij moet bovendien een nieuwe invulling aan het begrip socialisme geven. Wordt dat het socialisme van Schröder, die nadrukkelijk voor het centrum kiest? Dat van Blair, dat dichtbij Verhofstadt staat? Dat van Jospin? De opdracht voor Janssens is loodzwaar. En net nu hij een studiedienst als het Sevi goed zou kunnen gebruiken, wordt die afgeslankt. Want de SP ziet zijn toelage verminderen, en moet binnenkort de Agustafactuur betalen. Reden te meer om rond Janssens een stevige politieke denktank te creëren.

Louis Michel wil het buitenlands beleid weer op Centraal-Afrika concentreren.

Ruys: Michel is de sterke man in de regering, en wil zowel zichzelf als België profileren. Hij kiest daarvoor Centraal-Afrika, de enige kwestie waarvoor de grote landen België te hulp roepen, ook al weten wij zelf dat onze terreinkennis meer dan gedateerd is. Wat Michel daarmee hoopt te bereiken is minder duidelijk. Wij hebben Zaïre losgelaten begin jaren negentig, na de zware incidenten op de campus van Lubumbashi. Iedereen was opgelucht dat we ervan af waren. Maar hoe erg het toen ook was, onder Mobutu was er nog een staat. Kabila heeft geen staat en geen bestuur. En de helft van het grondgebied wordt bezet door buurlanden als Angola, Zimbabwe, en Oeganda. Kabila houdt stand omdat hij de diamant van de Kasai heeft, en sterk staat in Katanga. Maar hij kan de hertekening van de grenzen niet verhinderen. Wat moeten wij gaan zoeken in dat zieke en door aids aangetaste land? Hulp verlenen via de NGO’s is nobel, maar waarom zouden wij ons buitenlands beleid erop concentreren? Het parlement moet Michel daarover scherp ondervragen.

Michel heeft ook de aanzet gegeven tot het oprichten van een parlementaire onderzoekscommissie naar de moord op Patrice Lumumba.

Ruys: Ik begrijp niet waarom. Toch niet om Kabila, die indertijd als een Lumumbist werd beschouwd, te plezieren mag ik hopen. Ik heb Lumumba goed gekend. Hij was niet tegen de Belgen, maar wilde dat de samenwerking eerlijk verliep. En dat was niet het geval. België wilde in 1960 wel van politiek Congo af, maar niet van het lucratieve economische Congo, dat het stevig in handen hield. Tot Mobutu daar vijf jaar later een eind aan maakte.

Lumumba had drie soorten vijanden: Congolezen, Belgen en Amerikanen. In eigen land waren dat de christen-democraten rond Ileo, en vooral de Katangezen rond Tsjombe en Munongo, die zich wilden afscheiden. De Belgen vreesden dat Lumumba hun bedrijven zou nationaliseren. En de Amerikanen keerden zich tegen hem, omdat hij bij de niet-gebonden landen wou aansluiten, en zij Congo beschouwden als deel van het Atlantische kamp. De CIA besliste, België keurde het goed, en gaf de Katangezen de gelegenheid het beulswerk op te knappen. Want de regering wist goed dat voor een Afrikaan, een ‘vijand’ iemand was die geliquideerd moest worden. Het is dus deze driedelige coalitie, die schuldig is aan de moord op Lumumba. Een parlementaire onderzoekscommissie heeft geen zin, als ze niet in de archieven van de CIA kan gaan snuffelen. En zelfs als dat kon, welke politieke gevolgen wil men daar dan veertig jaar later aan verbinden? Dat hele idee is zinloos en dwaas. Ik zou graag weten met welke bedoeling het gelanceerd is.

MANU RUYS

Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content