‘VERTROUW ONS, WIJ ZIJN DE GOOD GUYS’

X-47B is de naam van een van de nieuwste drones: een spacey vorm en de mogelijkheid om niet alleen op terroristen te jagen, maar ook om andere vliegtuigen uit de lucht te schieten. © IMAGE GLOBE

De Amerikaanse regering stelt in het geheim regels op voor het gebruik van drones om terroristen uit te schakelen. Probleem is dat die regels de technologie nauwelijks kunnen volgen.

Vorige maand begon de Amerikaanse zeemacht met het testen van de X-47B, een onbemand gevechtsvliegtuig. Het toestel ziet eruit als een ufo: het heeft het silhouet van een Stealth-jager, maar waar normaal de cockpit zou zitten, zit een vervaarlijk uitziende inlaat.

De drone wordt nu voor het eerst getest op een vliegdekschip. Dat brengt zo zijn eigen uitdagingen met zich , want het vluchtdek van de USS Harry S. Truman, de schuit die het prototype meenam, is niet groot, vooral niet als er nog andere vliegtuigen op heen en weer manoeuvreren. Het personeel aan dek loodst het toestel dan ook met een afstandsbediening naar de juiste plek. Is het eenmaal van het dek af gekatapulteerd, dan neemt een andere piloot over vanachter een computer.

Deze drone ziet eruit als een tuig uit een scifi-film. Dit is niet de bekende Predator, die weliswaar een onheilspellende naam heeft, maar lijkt op een veredeld zweefvliegtuig. Bij de X-47B komen onwillekeurig de Cylons uit Battlestar Galactica voor de geest. De X-47B zal bovendien niet alleen op terroristen kunnen jagen, maar ook andere vliegtuigen uit de lucht schieten. Hij staat symbool voor de nieuwe evoluties in het onbemande militaire vliegwezen.

3200 doden

Het gebruik van drones voor zogenaamde targeted killings – het gericht uitschakelen van terreurverdachten – heeft onder VS-president Barack Obama een hoge vlucht genomen. Ook George W. Bush liquideerde terroristen met onbemande vliegtuigen, maar de regering-Obama heeft er in landen als Pakistan en Jemen een haast dagelijkse praktijk van gemaakt.

Hoeveel mensen er sinds 9/11 door Amerikaanse drones zijn gedood, is niet duidelijk. De Amerikaanse overheid houdt vol dat de doelwitten met grote zorg worden uitgekozen. Volgens nationaal veiligheidsadviseur John Brennan zijn burgerslachtoffers ‘buitengewoon zeldzaam’. Een studie van New York University (NYU) en Stanford University in New Jersey geeft een ander beeld. Zij tellen 2500 tot 3200 doden. 500 tot 900 van hen zouden burgers zijn, van hen een kleine tweehonderd kinderen.

‘Het appeal van drones is duidelijk’, zegt Hina Shamsi, directeur Nationale Veiligheid bij de Amerikaanse burgerrechtenvereniging ACLU en voorheen adviseur van de speciale VN-rapporteur voor extrajudiciële executies. ‘Men gebruikt ze in omstandigheden waarin men geen bemande vliegtuigen zou gebruiken. Op manieren die de limieten van de wet ver overschrijden.’

Anders gesteld: de politieke prijs voor het gebruik van drones is een koopje. Verlies een drone boven een ander land en dat is brute pech. Maar verlies daar een straaljager met piloot, of erger: een special forces-eenheid die dezelfde opdracht uitvoert, en dat ziet er meteen al veel meer uit al een oorlogsdaad.

Drones verlagen de drempel voor dodelijk geweld aanzienlijk, bevestigt Tom Ginsburg, professor internationaal recht op de University of Chicago. ‘Ze minimaliseren het risico voor de aanvallende macht.’

Bovendien blijft het niet bij de doden. Er vallen uiteraard ook gewonden: tot nog toe een kleine 1500 volgens het Stanford/NYU-rapport. Mensen die in gebieden wonen waar drones opereren, melden bovendien dat ze letterlijk gek worden van het geluid van de drones die 24 uur per dag onzichtbaar hoog boven hun hoofden cirkelen. De wetenschap dat je een potentieel doelwit bent, zou vaak tot depressies leiden.

De ontwikkelingen in de onbemande luchtvaart gaan ondertussen hard. Aan de ene kant heb je toestellen als de X-47B: sneller, duurder en gemener. Aan de andere kant worden drones steeds meer gedemocratiseerd. Links en rechts duiken kleinere, goedkopere modellen op die simpelweg met de hand of met een simpele katapult gelanceerd kunnen worden en bestuurd door een individuele soldaat. Drones zijn geen futuristische technologie meer, maar alledaags wapentuig dat ook voor meer bescheiden legers binnen handbereik ligt.

‘De Amerikaanse drone-technologie is nog steeds veruit de beste’, zegt Ginsburg. ‘Maar er zijn nu een paar tientallen landen die drones gebruiken, en zelfs een slechte technologie kan effectief zijn als je ze op grote schaal inzet. Ik begrijp bijvoorbeeld dat de Chinezen hele zwermen drones ontwikkelen om Amerikaanse oorlogsschepen aan te vallen. Ze kosten honderdduizend dollar per stuk in plaats van tien miljoen, zoals de onze. Je bouwt er een hoop en dan overweldig je de vijand puur op basis van het getal. Lanceer er honderd en er zijn er altijd wel een paar die erdoor komen. Het punt is: de technologie evolueert veel sneller dan de regelgeving. Dat geeft aan dat we goed moeten nadenken over die regels.’

‘Niet anders dan een pistool’

De Amerikaanse regering is dezer dagen doende om nieuwe regels op te stellen voor het gebruik van drones bij targeted killings. Dat weten we op basis van anonieme onthullingen in de Amerikaanse pers, want officieel is het niet.

‘Daar wordt niks over vrijgegeven, dus we hebben er geen idee van wat er in die regels zal staan’, zegt Ginsburg. ‘Je weet niet wie het doelwit kan worden van een drone-aanval en aan welke voorwaarden er daarvoor voldaan zal moeten worden. Het wordt nochtans hoog tijd dat we dat wel weten, want bij de doelwitten zijn nu ook Amerikaanse staatsburgers.’

Ginsburg heeft het over de in San Diego geboren radicale islamitische geestelijke Anwar Al-Awlaki. Die werd in 2011 gedood bij een drone-aanval in Jemen. Al-Awlaki werd ervan verdacht betrokken te zijn bij een reeks aanslagen. Daaronder: de schietpartij van de legerpsycholoog Nidal Malik Hasan in 2009 op de basis Fort Hood in Texas, waarbij dertien mensen omkwamen; de mislukte aanslag van underwear bomber Umar Farouk Abdulmutallab, die op Kerstdag 2009 probeerde om een verkeersvliegtuig op te blazen met een bom in zijn onderbroek, en de mislukte aanslag met een bomauto op Times Square in New York in 2010 van de Pakistaanse Amerikaan Faisal Shahzad.

Maar Al-Awlaki was een Amerikaans staatsburger. En dus, zo vinden burgerrechtenorganisaties als de ACLU en een flink deel van de Amerikaanse linkerzijde, had hij moeten genieten van de bescherming van de Amerikaanse grondwet, die terechtstellingen zonder vorm van proces verbiedt.

Toch vindt Hina Shamsi aparte regels voor drones overbodig: ‘De regels voor het gebruik van dodelijk geweld bestáán al. Het internationale recht zet strenge limieten op de omstandigheden waaronder een land dodelijk geweld kan gebruiken. Dat is alleen toegelaten als antwoord op een specifieke, concrete en onmiddellijke dreiging. Maar dat zijn niet de regels die de regering-Obama hanteert. Die claimt dat ze de autoriteit heeft om mensen tot vijand van de staat te verklaren en hen vervolgens te doden, waar ze zich ook bevinden. Dat is een zeer verontrustend en gevaarlijk gegeven.’

‘Een drone is in principe niet anders dan een pistool’, zegt Ginsburg. ‘Een wapen op zich is niet legaal of illegaal. Het gaat erom wat je ermee doet. De enige manier waarop je onder het internationale recht een wapen mag gebruiken om iemand in een ander land te doden, is als je verwikkeld bent in een oorlog. Dat geldt duidelijk voor sommige mensen die aangevallen zijn met drones, maar niet voor anderen. Het probleem is dat we het gewoon niet weten. De regering heeft geen transparant proces dat toelaat te begrijpen hoe de doelwitten worden uitgekozen, en daarom weten we evenmin of ze oorlogsdaden stelden tegen de VS.’

‘Wij zijn de good guys’

Nieuwe regels, dus. Maar wat hoort daarin te staan? ‘De Israëli’s hebben een interessante benadering’, zegt Ginsburg. ‘Zij worden al decennia geconfronteerd met terreuraanslagen en ze doen al even lang aan targeted killings. Het Israëlische Hooggerechtshof heeft regels opgesteld die aangeven wanneer dat ‘oké’ is. Het komt erop neer dat je eerst moet aantonen dat een targeted killing noodzakelijk is. Er mag geen alternatief mogelijk zijn. Dat wil zeggen: je kunt het doelwit niet arresteren en op een normale manier berechten. Vervolgens moet je aantonen dat er geen buitenproportioneel geweld gebruikt wordt. Je moet ervoor zorgen dat er zo weinig mogelijk burgerslachtoffers vallen. De bewijslast ligt ook bij de aanvaller om aan te tonen dat het doelwit wel degelijk actief betrokken was bij de vijandelijkheden.’

Dat was bijvoorbeeld de vraag in het geval van Al-Awlaki. Die publiceerde volop geschriften waarin hij geweld aanmoedigde, maar of hij ook daadwerkelijk meewerkte aan aanslagen, is nooit publiek bewezen. Ginsburg: ‘Als er een onmiddellijke dreiging van een aanslag is, mag je een drone inzetten. Maar bij veel van de doelwitten is dat niet duidelijk. Dat is dus een grijze zone. Je mag niet zomaar een publicist van jihadi-literatuur afmaken, hij moet een onmiddellijke hand hebben in terreurdaden.’

De VS interpreteren het recht op zelfverdediging verkeerd, stelt Shamsi. ‘In het VN-handvest gaat het bij het gebruik van dodelijk geweld uit zelfverdediging over de vraag of je al dan niet de soevereiniteit van een ander land mag schenden, niet over de vraag of je een bepaalde persoon mag liquideren. De regels die daarvoor gelden, vind je in de mensenrechten of, als je in oorlog bent, in het oorlogsrecht. Het probleem is dat de VS zich op het oorlogsrecht beroepen in situaties waarin ze zich niet in een erkend gewapend conflict bevinden, zoals tegen allerlei vage handlangers van Al-Qaeda. Die autoriteit wordt gebruikt tegen mensen van wie men niet kan aantonen dat ze een imminente dreiging vormen voor de Verenigde Staten.’

Ginsburg: ‘Volgens mij zou het een stap vooruit zijn als we op zijn minst wisten welke agentschappen betrokken zijn bij de targeted killings, hoeveel mensen er op de doelwittenlijst staan en hoeveel stappen er doorlopen moeten worden vooraleer er tot actie wordt overgegaan. Maar dat weten we dus niet. Au fond zegt de regering gewoon: ‘Vertrouw ons maar, wij zijn de good guys.”

Nieuwe regels zouden niet alleen goed zijn voor eigen Amerikaans gebruik. Ze zouden meteen ook de basis kunnen vormen van een internationale standaard, zegt Ginsburg. ‘Er zijn nu een paar tientallen landen die deze technologie hebben. Onze regels zouden hen richting kunnen geven. Dan is het goed om de eerste te zijn, want dan weeg je beslissing het zwaarst door.’

Dat is een redenering die Shamsi wel kan volgen: ‘De regels die de VS vandaag voor zichzelf opstellen, kunnen morgen ook gebruikt worden door landen die historisch minder respect hebben voor mensenlevens en het internationale recht. De VS scheppen nu een zeer gevaarlijk precedent. Als wij niet willen dat landen als Iran, Rusland en China in de toekomst unilateraal mensen tot staatsvijand uitroepen en ze dan overal ter wereld opjagen en doden, moeten we die autoriteit nu ook niet voor onszelf claimen.’

Frankenstein

Volgens perslekken wilde Obama de nieuwe regels in eerste instantie nog voor januari voltooien om een juridisch kader klaar te hebben voor de volgende president. Nu hij zélf de volgende president wordt, is er geen haast bij. Ondertussen wordt alweer gespeculeerd over het volgende stadium in de evolutie van de onbemande militaire luchtvaart: autonome drones.

Het ‘Air Force Unmanned Aerial System (UAS) Flight Plan 2009-2047’, een document van de Amerikaanse luchtmacht, geeft aan waar het naartoe gaat. Drones zullen steeds meer zelf doen. Dat begint met autonoom landen en opstijgen, van koers veranderen en taxiën. Op termijn ziet de VS-luchtmacht ook ‘zwermtechnologie’ opduiken. Een bemand gevechtsvliegtuig zou dan omringd worden door meerdere onbemande toestellen. Die sporen op eigen houtje dreigingen en vijanden op en fungeren als ‘muilezels’ die extra wapens meedragen, die de piloot met een druk op de knop kan lanceren. Die piloot heet dan overigens de swarm commander (zwermcommandant), een term die uit een scifi-film lijkt te komen.

De volgende stap zijn drones die helemaal alleen opereren, zelf hun doelwitten vinden en beslissen of ze al dan niet schieten. Daarbij kun je moeilijk níét spontaan denken aan ‘The Terminator, waarin de machines zich met fatale gevolgen tegen de mensheid keren. Maar, meer realistisch: wat als zo’n autonome drone per vergissing een hospitaal bombardeert in plaats van een Al-Qaedakamp, of een brave huismoeder en haar kinderen in plaats van een gevreesde terrorist? Als je weet hoe vaak computers crashen, mag je zulke dingen nooit uitsluiten.

Voor morgen is dat alles niet, maar helemaal sciencefiction is het evenmin. Daarom ondertekende de Amerikaanse viceminister van Defensie Ashton Carter afgelopen november richtlijnen die ‘fouten met autonome of semiautonome wapensystemen die kunnen leiden tot onbedoelde aanvallen’ moeten minimaliseren. Het Pentagon garandeert eveneens dat het altijd een mens zal zijn die het laatste woord heeft in de beslissing om iemand uit te schakelen.

Toch zouden autonome drones te verkiezen zijn boven die met een piloot die vaak duizenden kilometers verderop achter een computerscherm zit, stelt Ronald Arkin, een professor in de ethiek en de robotica op de Georgia Tech-universiteit in Atlanta. Op voorwaarde dat de technologie het op een dag toelaat. Arkin, die een interview met Knack weigerde, werkt aan een elektronisch geweten voor autonome wapensystemen. Dat moet beslissen wanneer een drone wel of niet schiet.

Volgens Arkin kunnen ethiek en oorlogsrecht meteen mee op de harddrive. Bovendien raakt een drone nooit moe of afgeleid en denkt hij in het heetst van de strijd niet eerst aan zijn eigen hachje of zijn volgende promotie. Allemaal voordelen tegenover de modellen die een menselijke operator nodig hebben, vindt Arkin.

‘Ik ben geen voorstander van autonome dodelijke systemen’, zei hij aan de Chronicle of Higher Education. ‘Maar als ze hun intrede doen op het slagveld, wat volgens mij onvermijdelijk is, wil ik wel dat dat op een gecontroleerde en doordachte manier gebeurt. Ik ben niet zoals mijn critici, die hun armen in de lucht gooien en ‘Frankenstein, Frankenstein!’ beginnen te gillen. Iemand moet de verantwoordelijkheid nemen en ervoor zorgen dat die systemen behoorlijk werken.’

‘Ik denk niet dat we op het punt staan dat zoiets technisch mogelijk is’, zegt Hina Shamsi. ‘Maar of het nu technisch mogelijk is of niet: een mens moet altijd de wettelijke eindverantwoordelijkheid dragen voor de beslissing om andere mensen te doden.’

Met een autonome drone die op hol slaat, zou het niet anders zijn dan met een loslopende hond, zegt Ginsburg: als die iemand bijt, is de eigenaar ook verantwoordelijk. ‘Iemand heeft die drone geprogrammeerd. Met een autonome drone is het misschien moeilijker om aan te tonen dat de eigenaar wist welke opdracht het toestel precies uitvoerde, maar ultiem draagt er altijd een regering de verantwoordelijkheid.’

DOOR TOM VANDYCK

Verlies een drone boven een ander land en dat is brute pech. Maar verlies daar een straaljager met piloot, of erger: een special forces-eenheid die dezelfde opdracht uitvoert, en dat ziet er meteen al veel meer uit als een oorlogsdaad.

‘Als wij niet willen dat landen als Iran, Rusland en China in de toekomst unilateraal mensen tot staatsvijand uitroepen en ze dan overal ter wereld opjagen en doden, moeten we die autoriteit nu ook niet voor onszelf claimen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content