Twee petten

© National

Het stuntelige optreden van Vlaams minister Bart Somers (Open VLD) in het fusiedossier Mechelen- Boortmeerbeek heeft misschien één voordeel: dat er alsnog een debat komt in het Vlaams Parlement over de gemeentefusies en de invulling van de taken van de gemeentes, provincies en regio’s. Dat is hoognodig, want er zit vandaag geen logica in en de mening van de bevolking wordt genegeerd. Nochtans voelen de kiezers zich het dichtst betrokken bij de politiek op lokaal niveau. De gemeentefusies verdienen dan ook beter dan de vaudeville die we vandaag meemaken, met Somers in de hoofdrol.

Een glunderende burgemeester Somers kondigde op 19 april de fusie aan tussen Mechelen en Boortmeerbeek. Meteen dacht hij een van zijn grootste problemen als burgervader te hebben opgelost. Tijdens zijn bewind stapelde Mechelen de schulden op. In 2020 bedroeg de totale schuld bijna 295 miljoen euro, of 3400 euro per inwoner. Dat is de hoogste schuldgraad van alle Vlaamse centrumsteden. Dankzij de fusie zou Somers 50 miljoen euro van de Vlaamse overheid ontvangen, waarmee hij die schuld kon afbouwen. Bovendien zou zijn fusiegemeente meer dan 100.000 inwoners tellen, wat hem jaarlijks nog meer geld uit het Gemeentefonds zou opleveren, ook al gefinancierd door Vlaanderen. Kortom, de financiële put die Somers sinds 2001 in Mechelen had gegraven, zou met Vlaams geld worden gevuld.

De blamage voor Bart Somers met het mislukte fusieproject komt boven op de onfrisse affaire rond Sihame El Kaouakibi.

Dat was buiten de inwoners van Boortmeerbeek gerekend, die zich koud gepakt voelden en fel protesteerden tegen de fusie. En omdat burgemeester Karin Derua (Open VLD) niemand iets had verteld van de fusieplannen stapten twee Open VLD- schepenen en één Open VLD-gemeenteraadslid uit de partij. Voorts waren de Open VLD-burgemeesters van Haacht en Keerbergen – twee buurgemeentes waarmee Boortmeerbeek één politiezone vormt – ook al niet te spreken over de escapades van partijgenoten Somers en Derua. Zo ontstond er flinke ruzie binnen Open VLD. Uiteindelijk werd de fusie afgelopen zondag afgeblazen.

Dat alles overstijgt het lokale niveau, want Somers is niet alleen titulair burgemeester van Mechelen, maar ook Vlaams viceminister- president en minister van Binnenlands Bestuur. Hij draagt dus twee petjes, waarbij op zijn minst de schijn van zelfbediening werd gewekt. Somers werd door de Vlaamse ombudsman op de vingers getikt omdat hij het e-mailadres en de persdienst waarover hij beschikt als minister, gebruikt heeft voor lokale, Mechelse aangelegenheden. Dat mag niet. Jan Jambon (N-VA) liet het allemaal passeren, maar had iemand anders verwacht van de zwakste minister-president ooit?

De blamage voor Somers met het mislukte fusieproject komt boven op de onfrisse affaire rond Sihame El Kaouakibi. Zij werd begin 2019 door een blozende Somers als colijsttrekker bij de Open VLD voorgesteld en verkozen in het Vlaams Parlement. Ze kwam al snel in opspraak door financiële malversaties met subsidies voor haar jongerenproject Let’s Go Urban. El Kaouakibi leverde daarop haar partijkaart in en zit al een jaar als onafhankelijke in het Vlaams Parlement. Sinds oktober 2020 is ze met ziekteverlof, waardoor haar vergoeding terugviel op 60 procent, nog steeds goed voor zo’n 3500 euro netto per maand. Ook die miskleun kleeft aan Somers.

Het opportunisme van Somers, die twintig jaar geleden als minister-president de Olympische Spelen naar Vlaanderen wilde halen, ontploft nu twee keer kort na elkaar in zijn gezicht. Niet alleen hij,ook de Open VLD leed daarbij schade. En die partij heeft het zo al moeilijk. In de jongste peiling zakte ze zelfs onder de psychologische grens van 10 procent. Het geklungel van Somers zorgt voor geruzie en achterklap binnen zijn partij. En dat is traditioneel al een van de sterke kanten van de Vlaamse liberalen, om het zacht uit te drukken.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content