Rik Van Cauwelaert
Rik Van Cauwelaert Rik Van Cauwelaert is directeur van Knack.

Met Paul Vanden Boeynants verdwijnt de laatste politieke dinosaurus. ‘ ’t Was ne linkador, ne pei mè vossekluute‘, zuchten ze in de Brusselse volkscafés – en dat geldt daar als een compliment.

Wijlen André Cools zei ooit tegen Paul Vanden Boeynants: ‘ Mon vieux, typen als wij sterven niet in hun bed.’ Cools hield woord. Vanden Boeynants overleed op dinsdag 9 januari in zijn ziekenhuisbed in Aalst. Hij was 81.

Op 6 december onderging Vanden Boeynants in het Aalsterse Onze-Lieve-Vrouw-ziekenhuis een zware hartoperatie. Een longcomplicatie werd hem fataal. Meteen verdween de laatste dinosaurus van de Belgische politiek.

Over Vanden Boeynants doen veel verhalen de ronde, en ze zijn – bijna allemaal – waar. Toen hij zich in 1988 opmaakte voor een comeback in de Brusselse politiek, geloofde geen kat in zijn kansen. Twee jaar eerder had een Brusselse correctionele rechtbank hem veroordeeld. Rechter Carlos Amores y Martinez Amore noemde hem ‘een onverbeterlijke fraudeur’.

VDB incasseerde de klap, duizelde even en herstelde zich. Twee jaar nadien stond hij in Brussel op een unitaire PSC-CVP-lijst. Blijkbaar namen de Brusselaars hem zijn aanvaring met de belastingen niet kwalijk. Au contraire zelfs, want wat later zat hij, samen met zijn partij PSC-CVP, mee aan de knoppen van het Brusselse bestuur. VDB was terug, in Brussel, daar waar zijn politieke loopbaan begon.

Paul Emile François Henri Vanden Boeynants werd op 22 mei 1919 geboren in Vorst, toen een groene randgemeente van Brussel. Zijn ouders waren van Mechelen naar Brussel verhuisd om er een slagerij over te nemen. De kleine Vanden Boeynants trok naar het chique Collège Saint-Michel van de jezuïeten. Halfweg de Latijn-Griekse humaniora stapte hij over naar de Antwerpse slagersschool. Daarna volgden de legerdienst, de Achttiendaagse veldtocht en tot 1941 krijgsgevangenschap in het kamp van Heilsberg.

Na zijn terugkeer trouwde hij met Lucienne Deurinck, dochter van een vleeshandelaar. Zij zou de hele carrière van haar man, tot haar dood enkele jaren geleden, discreet op de achtergrond blijven. Snel daarna doopt Vanden Boeynants de zaak van zijn vader om tot de Entente des Patrons Bouchers et Charcutiers, het latere Dacor, de basis van zijn zakelijk patrimonium.

Tijdens de koningskwestie belandde Vanden Boeynants in de politiek. Want hij was de man achter het blad Vrai, dat geleid werd door de belgicistische historicus Jo Gérard. Vrai ijverde voor de terugkeer van Leopold III op de Belgische troon. Heel zijn loopbaan door zou Vanden Boeynants een fervent verdediger van altaar en troon blijven, fel gekant tegen alles wat naar socialisme en zeker communisme zweemde. Zijn optreden rendeerde. Op 26 juni 1949 werd hij op de PSC-lijst verkozen als Kamerlid voor Brussel. Hij bleef het onafgebroken tot 2 september 1985.

SCHEPEN VAN FEESTEN

In 1958 al trok hij de aandacht van Gaston Eyskens die hem als minister van Middenstand opnam in zijn regering. Het departement zou hem zijn grote populariteit bezorgen. Bij de verkiezingen van 1961 behaalde hij net geen 60.000 stemmen.

Dat jaar koos Vanden Boeynants voor het voorzitterschap van de unitaire christen-democraten. Na de val van de regering van Pierre Harmel in februari 1966 stuurde de koning hem de wei in als formateur. Hij zette liberalen en socialisten rond de tafel. Maar de socialisten wantrouwden hem: ‘ Oui au CVP, non à Vanden Boeynants‘, zei Leo Collard.

Op 19 maart 1966 schoot de rooms-blauwe regering onder leiding van Vanden Boeynants en van vice-premier Willy De Clercq uit de startblokken. Ze zou voorrang verlenen aan de financiële en economische problemen. Communautaire kwesties gingen voor minstens twee jaar de koelkast in. Pensioenen, kindergeld, studiebeurzen en werkloosheidsuitkeringen schoten omhoog. Het statuut van de zelfstandigen en de gezondheidszorg kregen voorrang. Maar tegelijk verslechterde de economische toestand en kwam het tot communautaire spanningen.

De weigering van mei 1966 van de Belgische bisschoppen om de Leuvense universiteit te splitsen, zette in Vlaanderen kwaad bloed. De CVP werd onrustig. Kamerlid Jan Verroken opende het vuur met zijn wetsvoorstel dat de eentaligheid van het onderwijs naar het hoger onderwijs uitbreidde. De CVP kantelde. Op 21 februari 1968 viel de regering Vanden Boeynants-De Clercq. Vanden Boeynants begreep niet wat hem overkwam.

De daaropvolgende verkiezingen stonden helemaal in het teken van de vervlaamsing van Leuven. Jaren voordien waren medewerkers van Vanden Boeynants in de Verenigde Staten om daar de nieuwste campagnetechnieken te bestuderen. Met goed gevolg. Met meer dan 116.000 voorkeurstemmen trok VDB in triomf door Brussel.

Toch liet hij de vorming van een nieuwe regering aan Gaston Eyskens. Hij trok zich terug op zijn Brusselse territorium dat hij als geen ander kende. Hij werd schepen van Handel, Openbare Werken en Feesten. En het werd een feest, voor hemzelf en zijn vrienden.

Brussel veranderde in een gigantische bouwplaats. De helft van het Brusselse Noordkwartier ging plat. Uit de bouwputten verrezen torens van staal en glas: het Manhattanproject met het World Trade Center van zijn vriend en vastgoedmogol Charly de Pauw. In het WTC-bestuur zaten vooraanstaande politici als de liberaal Willy De Clercq, de christen-democraat Jos De Saeger en de socialist Henri Simonet die het nut van zo’n Manhattanproject aankaartten bij de politieke overheid. En ze deden dat, graag zelfs. Maar in Brussel werd geroddeld over de manier waarop VDB zijn politieke en zakelijke belangen door elkaar weefde.

In 1971 stapte VDB opnieuw in de nationale politiek, als minister van Defensie, in de tweede regering van Gaston Eyskens en André Cools. Negen jaar lang, tot januari 1980, zou hij Landsverdediging bezetten. Even, van 20 oktober tot 18 december 1978, na de val van Tindemans II, werd VDB opnieuw premier. Maar ook die opdracht combineerde hij met Defensie.

EEN FATALE AMBITIE

VDB’s verblijf op Defensie was de periode van de grote legeraankopen: F 16-jachtvliegtuigen, tanks, pantservoertuigen en raketten. In een mum van tijd zag het Belgisch leger er fonkelnieuw uit. Alweer vlogen beschuldigingen over belangenvermenging over en weer. Maar VDB leek wel onkwetsbaar. Hoewel.

Toen hij in 1982 bij de gemeenteraadsverkiezingen vier keer meer stemmen kreeg dan de PS-burgemeester Hervé Brouhon, sloot VDB een akkoord met de socialisten. Hij zou in 1985 de sjerp van Brouhon overnemen, zodat hij in 1988 als burgemeester naar de kiezers kon. Een fatale keuze.

Zijn ambitie ontstemde immers de liberalen die sedert 1840 onafgebroken Brussel regeerden. Kanonnen kwamen in stelling voor een campagne die finaal haar beslag kreeg voor rechter Amores, een gewezen provincieraadslid van de PRL en ooit liberaal schepen in Elsene.

De veroordeling tot drie jaar cel met uitstel en 620.000 frank boete wegens valsheid in geschrifte en fiscale fraude zetten evenwel geen domper op de politieke ardeur van VDB. Twee jaar later stond hij er weer.

Zijn veroordeling was voor z’n politieke medestanders geen bezwaar om hem de burgemeesterszetel te gunnen. Alleen SP-minister Louis Tobback van Binnenlandse Zaken dacht daar anders over. En zo moest VDB zijn Brussel overlaten aan zijn partijgenoot en politieke ‘ tonneklinker‘ Michel Demaret.

In januari 1989 dan was er de mysterieuze ontvoering van VDB door de bende van Patrick Haemers. Er kwam 60 miljoen losgeld aan te pas om hem vrij te krijgen. Deze op zich dramatische affaire kreeg plots iets hilarisch met VDB’s persconferentie na zijn vrijlating – een hoogtepunt van politiek entertainment. Brusselse spuiters namen zelfs een New beat-plaat op met de gesamplede klankband van die persconferentie. VDB, als goede middenstander, deelde in de auteursrechten.

Na die woelige episode ging het Brusselse establishment hem allengs uit de weg. Hij was niet meer van deze tijd en werd een blok aan het been. Zijn alliantie met de onlangs overleden Demaret werd gênant. De media voerden hem steeds vaker op als een Brusselse karikatuur. En VDB stapte gewillig in die rol, nu eens voor de parlementaire onderzoekscommissies dan weer tijdens het proces van Patrick Haemers. Trop was nooit te veel voor hem. Op een beschuldiging of verdachtmaking min of meer kwam het voor hem niet aan. Als investigative reporters zijn naam verbonden met de Bende van Nijvel, met drugstrafieken, met extreem-rechtse complotten, met pedofiele netwerken, haalde hij de schouders op. Niets kon nog zijn rust verstoren in Knokke, waar hij zich na de dood van z’n vrouw terugtrok samen met zijn vriendin Viviane Baro. Nu en dan ontving hij, gewillig als steeds, een tv-ploeg op zoek naar pittige quotes.

Afgelopen zaterdag werd Paul Vanden Boeynants ten grave gedragen, en met hem VDB. Even was het stil op de place du jeu de balle.

Rik van Cauwelaert

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content