Surfers lopen steeds groter risico op verslaving

Jelle Henneman
Jelle Henneman Freelancejournalist

Het internetgebruik van steeds meer mensen vertoont tekenen van verslaving. Dat blijkt uit een enquête van Test-Aankoop. ‘Net omdat het sociaal aanvaard is, wordt compulsief surfgedrag zelden herkend.’

Meer dan vier op de tien mensen blijft geregeld langer online dan ze van plan waren. Een op de tien laat zelfs regelmatig slaap voor het internet. Eenzelfde percentage spendeert gemiddeld niet minder dan vier uur per dag online – in zijn vrije tijd. Een enquête van Test-Aankoop toont aan dat, hoewel echte internetverslavingen nog uitzonderlijk zijn, heel wat mensen tekenen van compulsief gedrag vertonen.

‘De symptomen van problematisch internetgebruik zijn zeer gelijkend aan die van andere verslavingen’, zegt Rozane De Cock van het Instituut voor Mediastudies van de KU Leuven. ‘Wij onderscheiden verschillende criteria die excessief van normaal surfgedrag onderscheiden. Zo gaan mensen hun andere taken – zoals werk, huishouden of studie – verwaarlozen omdat ze online willen blijven. Ze krijgen door hun internetgebruik ook conflicten met anderen, zoals ouders en partners. En ze laten hun slaappatroon beïnvloeden door het net. Dat zijn waarschuwingssignalen.’

Risicogroep

Onderzoek van de KUL wees uit dat zulk problematisch gebruik bij 5,5 procent van de volwassenen voorkwam, en bij 9,5 procent van de jongeren. Maar de risicogroep die een verslaving kan ontwikkelen is veel groter, net omdat zo goed als iedereen stilaan heel wat uren op het internet vertoeft. Gemiddeld twee uur per dag in de vrije tijd, stelt Test-Aankoop. Bij mannen is dat nog meer, net als bij jongeren. ‘Het is heel moeilijk om tijd op het internet af te bakenen’, bevestigt De Cock. ‘Zeker bij risicogevallen. Je moet namelijk voor heel wat taken, zoals voor het werk, op het internet zijn. Wie stopt met roken doet een cold turkey, maar met internet gaat dat niet. Bovendien is surfen sociaal aanvaard. Niemand kijkt op van iemand die op sociale netwerken actief is. Zo beperken voor veel ouders de risico’s van het internet zich tot wie hun kinderen daar tegenkomen of wat ze er zien. Terwijl ook het gebruik op zich problematisch kan zijn.’

Tussen 18 en 34

‘Het duurt vaak lang voor hulpverleners doorhebben dat er misschien ook een probleem is met het internetgebruik van mensen. Ik zeg “ook”, omdat er een sterke band is tussen internetverslaving en andere problemen, zoals depressie. Die problemen worden eerst herkend, zodat internetverslaving onder de radar blijft’, zegt De Cock.

Test-Aankoop verbindt al die factoren tot een risicoprofiel van de dwangmatige internetgebruiker: een man tussen 18 en 34 met een ongezonde levensstijl die zijn tijd op het net vooral spendeert aan games, sociale media, gokken en pornografie. ‘Misschien is de reden waarom je het internet gebruikt belangrijker dan hoeveel je online bent’, besluit De Cock. ‘Mensen gebruiken games om te tonen dat ze kunnen presteren, of sociale media om zich populair te voelen. Daarom vormen ook perfectionisten een risicogroep. Kortom: als je het net ziet als een compensatiemiddel voor een gemis in het echte leven, wordt het gevaarlijk.’

Jelle Henneman

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content