Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

Het golfseizoen is toe aan zijn jaarlijks hoogfeest : de British Open. En dan nog wel op de Old Course van Saint-Andrews, de grond waar de golfsport eeuwen geleden aanving.

WIE VERSLAAT Fred Couples ? Dat was de profetische voorbeschouwing in dit blad aan de vooravond van de Masters. Het antwoord luidde, in volgorde : Ben Crenshaw, Davis Love III, Jay Haas, Greg Norman, David Frost, Steve Elkington, Scott Hoch, Phil Mickelson en Curtis Strange.

Nochtans, tot halfweg de finale-ronde was Couples nog altijd in strijd voor de overwinning. En het scheelde op de achtste, een par 5, niet veel of Fred liet een albatross optekenen, drie onder par ! Dat is zelfs voor professionals een zelden voorkomende stunt. De bal raakte al bij het tweede shot de rand van de hole, millimeters ernaast. Met een eagle, twee onder par, kwam Couples ook nog schitterend naar voren in de tabel. Maar zoals zovele golfers vóór hem, werd ook Fred verslagen door Amen Corner, de legendarische drie holes in een hoek van de Augusta National Golf Club, waar al menig speler zelfmoord zo niet gepleegd, dan toch sterk overwogen heeft. Het gaat om de elfde, de twaalfde en de dertiende. White Dogwood, Golden Bell en Azalea geheten. Couples miste er drie eenvoudig lijkende putts, maar als de greens van Amen Corner kurkdroog liggen, is geen enkele putt eenvoudig. Couples eindigde uiteindelijk tiende. Een heel eind achter winnaar Ben Crenshaw, 43 al, die met kollega-veteraan Greg Norman en met Davis Love een mooie strijd uitvocht.

Norman verspeelde de zege op de zeventiende, één van de simpelste van de hele baan. En Davis Love ging op de verraderlijke achttiende onderuit, met het slechtste tee-shot dat daar in de zestigjarige geschiedenis van Augusta ooit is vertoond. Bijna driehonderd meter uit de goede richting, op het naast de A-baan gelegen oefenterrein van de klubleden. Wie ooit het omgekeerde zou presteren, werd voor eeuwig de toegang tot Augusta ontzegd. Love kon zich tussen een biezonder talrijke massa picknickende landgenoten gaan opstellen voor zijn tweede shot, een vernederende ervaring.

Crenshaw pakte op de aartsmoeilijke zestiende en op de zeventiende de twee birdies, één onder par, die hem de overwinning opleverden. Hierna barstte hij in tranen uit tegen de stevige borst van Carl Jackson, de zwarte caddie met wie hij sinds twintig jaar alleen op Augusta werkt. Nadien huilde Crenshaw verder uit tegen de borst van zijn blonde vrouw Julie, iets wat de meeste golfers in zijn geval ook zouden gedaan hebben.

De Masters winnen maakt emoties los. Crenshaw was de week voordien getroffen door het overlijden van zijn negentigjarige coach Harvey Penick, en hij is een nogal gevoelig type. Bovendien krijgt de winnaar, behalve twaalf miljoen frank, een groen jasje. En daar is het de meeste golfers om te doen. Crenshaw had er al eentje veroverd in 1984, maar dat was langzaamaan versleten. Vandaar zijn blijdschap.

SEVE.

De Europeanen waren nergens op de Masters. Iets wat wij in dit Ryder-Cupjaar helaas meermaals hebben moeten vaststellen. Nick Faldo was nooit in strijd voor de zege en ook titelverdediger José-Maria Olazabal volgde op grote afstand. De Spanjaard heeft deze winter zijn grote teen laten inkorten, waarna die niet langer zijn grote teen is, en ondervond daarvan nogal wat moeilijkheden bij het stappen. En er wordt wat afgemarcheerd tijdens een toernooi. Op Augusta zo’n vierentwintig kilometer in vier dagen tijd. Olazabal werd wegens zijn operatie vooraf al geen rol van betekenis toegeschreven, en dat werd definitief bevestigd tijdens de trainingen. Als het daar al niet lukt, vergeet het dan maar. Toen verslaggevers hem vroegen wat er scheelde, antwoordde de Spanjaard : “In de eerste plaats de korte ballen. ” Toen iemand aandrong en vroeg wat nog, was het antwoord : “De lange ballen. “

Terwijl hij dat stond uit te leggen, lukte zijn maat Severiano Ballesteros een ongelooflijk shot op de korte zestiende hole, de Redbund. Net vóór de green ligt een verraderlijk meertje. Ballesteros joeg de bal laag over de grond het meertje in waar hij drie keer op het wateroppervlak botste en vandaar op de green wipte, minder dan een meter van het gat. De verslaggevers renden naar de telefoon. Het is het laatste wat we van Ballesteros gehoord hebben. Op de US Open, vorige maand op Shinnecock Hills in New York, geraakte hij niet eens voorbij de halfway-cut. Op Shinnecock Hills liggen dan ook geen meertjes, alleen bunkers.

De Spanjaard was gehinderd door een rugblessure, maar het is vooral het hoofd dat Ballesteros begint te hinderen. In het begin van dit jaar ging hij in Californië een schoenendoos vol foto’s van zijn slechte swing in de woestijn stoppen, biddend tot de hemel dat die swing samen met de foto’s mocht begraven worden. Stel u voor. Van Ballesteros is de uitspraak : “Ik wou dat de fairways veel smaller waren. Dan zou iedereen vanuit de rough moeten spelen, niet alleen ik. ” Hij heeft dit seizoen al twee caddies ontslagen, het teken bij uitstek dat het de verkeerde kant opgaat. Eén van de beroemdste caddies was Ironman Avery, die met Arnold Palmer werkte. Avery definieerde hun verhouding als volgt : “Arnold en ik, wij kunnen niet zonder elkaar. Ik geef hem de club en hij slaat de bal erin. ” Als het dus de schuld van de caddie wordt, is het erg gesteld met de golfer. En dat geldt ook voor Ballesteros.

Sinds de British Open in ’88 heeft hij geen major meer gewonnen. En de jongste drie seizoenen bleef het aantal toernooizeges beperkt tot twee. Dat is weinig. Ballesteros is tenslotte pas 38, te jong voor de senior tour. Waarover Bob Hope ooit zei : “Ik wist eigenlijk niet hoe lang sommige van die seniors al meegaan. Gisteren zag ik er nog eentje zijn scorecard aftekenen met een ganzeveer. ” Ouder worden is voor veel golfspelers een drama : de fairways worden langer, de holes smaller. Er is maar één voordeel : de kans dat je score overeenstemt met je leeftijd stijgt.

US OPEN.

Ben Crenshaw verging het na zijn zege ook niet meer zo goed. In de US Open eindigde hij zeventien (17 !) boven par, dat is voor een Masters-winnaar noch min noch meer een blammage. Veel valt er over dat tweede major-toernooi niet te vertellen. Alleen dat het weer vier dagen slecht was en dat de felle wind het betere golf onmogelijk maakte. Corey Pavin won en Gary Halberg sloeg tijdens de derde ronde op de zevende een hole-in-one. Dat is lang geen unicum alleen al in de US Open deden hem dat 26 spelers voor maar het blijft toch een opmerkelijke stunt. Twee maanden later nog overtroffen door ene Graham Salmon, die in de British Open voor blinden een hole-in-one sloeg. Over honderd twintig meter !

De strijd om de overwinning in de US Open ging tussen Pavin, zijn landgenoot Tom Lehman en de Australiër Greg Norman. Lehman haalde in de tweede ronde het uitgebreide golf-rariteitenboek toen hij op de vijfde hole even in het struikgewas dook om een natuurlijke behoefte te doen, en even later zijn bal op precies dezelfde plaats in de struiken zag verdwijnen.

Norman begon goed, maar kwam in de derde en vierde ronde gedurende 32 opeenvolgende holes niet één keer aan een birdie : zo kan je natuurlijk nooit winnen. Norman heeft een uniek rekord achter zijn naam staan : hij is de enige speler in de geschiedenis die in alle vier de majors een playoff speelde. Hij verloor ze alle vier. En hij heeft nog een ander merkwaardig rekord : de Saturday Grand Slam. In 1986 stond hij namelijk in alle vier de majors aan de leiding na de derde ronde, maar hij won enkel de British Open op Turnberry. Waarna één van zijn vrienden, een lijnpiloot op British Airways, met een Concorde over de golfbaan kwam scheren. De luchtverplaatsing zorgde voor heel wat schade maar dat nam iedereen er graag bij.

Norman is trouwens aan een schitterend seizoen bezig. Ook in deze US Open zat een playoff er tot op het einde nog in, maar Corey Pavin had een moment van genade op de laatste hole, een verraderlijke par vier van meer dan vierhonderd meter, waar hij met een gedurfd tweede shot de bal vlak bij de vlag sloeg. Toen hij vanop grote afstand zag waar het balletje terecht was gekomen, zonk hij op de knieën en bad tot de Heer. Of tot coach David Leadbetter, maar dat is in golf hetzelfde. Pavin houdt van enig teater, hij is dan ook van kop tot teen een Amerikaan. In de Ryder Cup wekte hij ooit schandaal bij de puristen door een zonneklep te dragen met in grote letters “Operation Desert Storm” op. Dat getuigde van een Amerikaanse en dus weinig goede smaak.

Na het gebed stapte Pavin als door wolkjes gedragen naar de green, kreeg daar een ovatie van het talrijke publiek, en sloeg de bal er vanop twee meter naast. Zoiets gebeurt in de US Open wel vaker. Het belette Pavin niet zijn eerste major-title op zak te steken. Geld had hij al : zijn carrière-verdiensten werden begin dit seizoen op zes miljoen dollar afgerond.

WIND.

Na Masters en US Open is de British Open de derde in het rijtje van vier majors, en het belooft een toptoernooi te worden. In de eindtabel krijgen veertien ex-winnaars automatisch een plaats, samen met de beste 66 op de wereldranglijst. Michael Bonnalack, sekretaris van de Royal and Ancient en dus samen met de paus en de Amerikaanse president één van de machtigste mannen ter wereld maakt zich sterk dat van die 66 er 65 zullen zijn. De enige die ontbreekt, is de Amerikaan Bruce Lietzke die zo goed als nooit buiten de States aantreedt. Dat maakt van deze Open Championship het sterkst bezette toernooi uit de geschiedenis. Niemand laat de kans liggen om in Saint-Andrews te spelen.

De Old Course is immers heilige grond. Volgens Britse golfers is er in heel het Verenigd Koninkrijk maar één nòg heiligere plaats : Westminster Abbey. Elke hole op de Old Course heeft zijn eigen geschiedenis. De zeventiende, deRoad Hole, is bijvoorbeeld universeel gevreesd. Ben Crenshaw legde de vinger ooit op de wonde toen hij verklaarde : “De Road Hole is de moeilijkste par-four in de wereld. Voornamelijk omdat het een par-five is. ” Golfbaanarchitekt Peter Thompson was er al even dicht bij met zijn opmerking : “De Road Hole is de beruchtste hole ter wereld. Indien een architekt heden ten dage een dergelijke hole zou aanleggen, werd hij wegens inkompetentie op staande voet ontslagen. “

De andere zeventien zijn niet veel makkelijker. De Amerikaan Tom Kite verloor ooit zijn zelfbeheersing op de dertiende en vloekte na afloop : “Er zijn wel een miljoen manieren om die dertiende te spelen, en geen enkele is de goede. “

Golf op zich is al buitengewoon moeilijk, als er een forse wind staat, is het dat nog des te meer. En waaien kan het op Saint-Andrews, zelfs midden in de zomer. De vlakbijgelegen zee zorgt daar wel voor. Echte golfliefhebbers hopen stiekem op storm, zoals wielerliefhebbers bidden om hondeweer in Parijs-Roubaix. Eerder dit seizoen zijn trouwens al twee toernooien van het Europese PGA-circuit stilgelegd omdat het werkelijk buitenissig hard waaide. Dat gebeurde in Portugal en in Figueras, de woonplaats van Salvador Dali. Net toen de Zweed Joakim Haeggman daar een rekordrondje van 66 had laten noteren, kwam de transmontaanse wind als een tornado opzetten. Alle anderen hadden daarna minimaal tien strokes meer nodig. Opstuivend zand en gras belemmerden het zicht en de spelers waren nauwelijks nog bij machte om een tikje te geven met hun putter zonder dat die uitwaaierde. U begrijpt wat er met de drives gebeurde. Op de eerste negen holes vloog de bal vanop de tee de green voorbij, terwijl op de laatste negen soms drie shots nodig waren om tweehonderd meter te overbruggen. De wedstrijddirektie greep in en onderbrak de kompetitie. Waarna de betere golfers de toeschouwers trakteerden op een demonstratie achterwaarts golfen : met de wedge, waarmee je normaal gezien een bal uit de bunker omhoog slaat, werd nu tegen de wind in gemept zodat de bal eerst vijftig meter vooruit vloog, om daarna tien meter achter de speler neer te komen. Surrealistisch golf, of zoals de toernooidirekteur stelde : “Salvador had het geapprecieerd. “

HONOURABLE.

Meer dan de moeilijkheidsgraad van het parcours, is het uiteraard de geschiedenis die Saint-Andrews een aureool geeft dat zelfs Wembley in het voetbal niet heeft. Een baan als de Old Course bestaat nergens. In 1754 werd hier de Royal and Ancient Golf Club gesticht, de stamvader van alles wat vandaag in het golf bestaat. Nochtans moet het begin van de golfsport nog eeuwen vroeger gesitueerd worden. Wanneer precies weet niemand, er wordt nog altijd over geruzied door oudheidkundigen. De oudste golfklub is wellicht de Royal Blackheath Golf Club in Londen. Zij dateert van voor 1600, hoewel er geen exacte dokumenten van bestaan.

Dat is wel het geval met de Honourable Company of Edinburgh Golfers, opgericht in 1744, tien jaar vroeger dus dan de R and A. De Honourable Company bestaat nog altijd. Ze huisde eerst in Leith, nadien in Musselburgh en vandaag de dag op Muirfield, allemaal in Schotland. Toch is het de R and A die de voortrekkersrol op zich heeft genomen. De R and A waakt over de korrekte toepassing van het reglement in het Gemenebest en is sinds 1919 officieel organizator van de British Open. Veel van haar reputatie dankt de R and A aan het feit dat de oorspronkelijke Old Course nog altijd intakt is. Dat er nu naar achttien holes wordt gespeeld, is een erfenis van Saint Andrews. En de 41 basiswetten van het o zo belangrijke reglement eveneens. Die 41 waren een uitbreiding van de dertien die de Honourable Company had opgesteld.

De British Open moet ergens rond 1860 zijn eerste editie hebben beleefd. Dat leidt men af uit het feit dat de R and A in 1960 uitriep dat het de honderdste British Open was, maar helemaal zeker is het niet omdat er voordien al gelijkaardige toernooien plaats hadden.

De eerste twaalf Opens vonden plaats op de baan van Prestwick in Schotland. Waarover gezegd wordt dat je de greens er pas ziet liggen als je erop staat, wat betekent : acht slagen na de tee. Daarna werd afgewisseld met Saint-Andrews en Musselburgh. In 1892 kwam Muirfield aan de beurt en later mondjesmaat ook andere banen in Schotland of Engeland. Er is zelfs één keer in Ierland gespeeld, in 1951 op Portrush.

De Old Course bestond aanvankelijk uit elf holes die elk vanuit twee richtingen werden aangespeeld. Een rondje was toen nog tweeëntwintig holes. Kort daarna, we hebben het dan over 1764, werd dat teruggebracht tot de achttien die we nu kennen.

De Old Course ligt aan de rand van de zee en wordt gekenmerkt door een buitengewoon grillige struktuur. Veel aan het oog onttrokken natuurlijke bunkers en veel struikgewas. En een lastige ondergrond, al is die door een aangepast afwateringssysteem in de loop der eeuwen wel wat beter bespeelbaar geworden. Dat ze op elke golfbaan te pas en te onpas zandputten leggen, dankt u dus aan het feit dat die bunkers er op Saint-Andrews nu eenmaal uit zichzelf lagen. Had er een waterval gelopen, dan was er nu op elke golfbaan een waterval.

REGLEMENT.

De Royal and Ancient is, zoals in Amerika de United States Golf Association, de hoogste instantie in de “Europese” golfwereld. De R and A waakt met een onverzettelijke strengheid over de toepassing van de regels en de geest van het spel. Het lijkt niet meer van deze wereld, en precies daarom moet iedere golf- en sportliefhebber er met hart en ziel voor ijveren om het te bewaren : het enige officieel orgaan dat rigoureus zijn reglement respekteert en toepast.

In golf wordt niet gelachen met de regels. En iedereen is gelijk. Het is nog maar een jaar geleden dat Nick Faldo, toen ’s werelds nummer één, gediskwalificeerd werd in de Alfred Dunhill Masters in Bali een toernooi dat hij ongetwijfeld had gewonnen omdat hij in een bunker een steentje had opzij gegooid. Verboden door het reglement : Faldo gediskwalificeerd en twee miljoen frank kwijt. Plus dat sommige critici meteen beweerden dat er aan de rest van zijn suksessen ook wel een reukje zou hangen. Faldo verontschuldigde zich in alle toonaarden maar de twijfel bleef. En het betrof hier dan nog een voor interpretatie vatbaar reglementsartikel, dat in Europa anders wordt toegepast dan in Amerika.

Er zijn in het verleden spelers geweest die hun bal in het struikgewas zagen terechtkomen en er met de voet een klein tikje tegen gaven. Levenslange schorsing. Zonder pardon. Geen beroep mogelijk, en zo hoort het ook. Golf is een sport die met een bepaalde morele ingesteldheid moet worden gespeeld. Kent u nog een discipline waar de spelers hun eigen score invullen ? Er is geen enkele reden om mensen te dulden die die ingesteldheid niet hebben of haar geweld aan doen. Er is niemand mee gebaat dat golf zo diep zou wegzakken als voetbal.

Toch zijn er spelers, en vaak van goede reputatie, die proberen het reglement in hun voordeel om te buigen. Er zijn vele voorbeelden, maar het sterkste dateert van nauwelijks een jaar geleden, toen de jonge Zuidafrikaan Ernie Els de US Open won. Hij deed dat in een playoff met drie. Na vier rondjes op de buitengewoon lastige Oakmont Country Club in Pennsylvania stonden Els, de Schot Colin Montgomerie en de Amerikaan Loren Roberts gelijk. Een playoff, en in de US Open is dat via het sudden-death-systeem, moest de winnaar aanwijzen. Twee holes verder was het afgelopen : Els won de eerste major in zijn carrière, een hoogtepunt van een ook nadien nog zeer geslaagd seizoen. Maar de Amerikanen waren over zijn overwinning allerminst te spreken. Meer nog : ze eisten dat Els zijn titel zou teruggeven wegens bedrog, of toch minstens een verkeerde toepassing van het reglement.

Het gebeurde op de allereerste hole, waar Els al in de struiken terecht was gekomen. Hij had maar één mogelijkheid : het balletje zijdelings weer op de fairway proberen te slaan en vandaar verder spelen. Maar toen kreeg hij een fantastische ingeving. Aan de rand van de green zag hij namelijk een op een kraan gemonteerde TV-camera rondzwaaien. Els riep de scheidsrechter, beweerde dat hij door die camera niet in staat was geweest om van waar hij stond in rechte lijn de pin te zien en eiste om de bal met een free-drop op de fairway te laten vallen. De scheidsrechter gaf Ernie ten onrechte gelijk waarna hij in vier slagen de eerste hole afwerkte. Zonder die free-drop hadden Roberts of Montgomerie de US Open gewonnen.

Begin dit seizoen deed Els dat stuntje nog eens over op de South-African Open in Johannesburg, waar deze keer aan de zijkant een scorebord in de weg stond. De Zuidafrikaanse referees bedachten ter plekke een unieke oplossing : “Sla de bal maar en als je het scorebord raakt, krijg je een free-drop. ” Maar aangezien het een toernooi van de European Tour betrof, kon Els met het reglement in de hand bewijzen dat hij meteen een vrije bal mocht hebben. Nadien verklaarde hij : “Geen enkele professionele golfer is zo slecht dat hij dat scorebord zou raken. Ik had al één van de journalisten moeten vragen om in mijn plaats te slaan. ” Ook deze free-drop leidde Els naar de overwinning, waarmee hij 219.000 rand op zak stak, een kleine twee miljoen frank.

Afgezien van deze, door echte golfliefhebbers niet gesmaakte, spitsvondigheden valt er niet te tornen aan het reglement. Tenzij er hogere belangen in het spel zouden zijn, maar in golf zijn er zelden hogere belangen. Toch worden deze week, uitgerekend op Saint-Andrews, de regels voor één keer laten we zeggen : versoepeld. En dat om de deelname mogelijk te maken van de legendarische Amerikaanse veteraan Arnold Palmer, 66 ondertussen en sinds vorig jaar eigenlijk gestopt met toptoernooien. Palmer, die het grote geld niet alleen in het golfcircuit introduceerde maar ook in zijn eigen zak, is zich met veel plezier gaan bezig houden met het uittekenen en het bouwen van golfterreinen over de hele wereld.

Zijn inschrijving is symbolisch. Het is 35 jaar geleden dat Europa kennismaakte met deze maestro, die in 1960 op Saint-Andrews voor het eerst deelnam aan de British Open. Palmer won de British twee keer maar op Saint-Andrews zelf, zowat de mooiste overwinning in golf, is het hem niet gelukt.

De regels bepalen dat ex-winnaars een wild-card krijgen, op voorwaarde dat ze nog geen 65 jaar zijn, maar voor Palmer wordt een uitzondering gemaakt. Het respekt voor oude kampioenen blijft in golf verheugend groot. De Masters van dit jaar werden met een rondje van negen holes ingespeeld door Gene Sarazen, 93 jaar alsjeblief, één van de beste spelers uit de golfhistorie. Met Jack Nicklaus, Ben Hogan en Gary Player één van de gouden vier die er in slaagden om, zij het in verschillende seizoenen, alle vier de majors te winnen. Augusta vierde dit jaar met veel luister de zestigste verjaardag van één van de meest legendarische strokes in het golf : de albatross op de vijftiende hole waarmee Sarazen een play-off afdwong en uiteindelijk de editie 1935 van de Masters zou winnen. Vanop tweehonderd meter binnen, met een houten-vier ! Daar mogen ze ook vandaag nog allemaal een puntje aan zuigen. Het sterkste was nog dat zijn caddie hem met hand en tand had proberen te overtuigen om een houten drie te nemen. “U geraakt met een vier nooit over dat meertje, mister Gene, ” bleef hij maar jammeren. Die caddie heette Stovepipe en werd na het toernooi wegens niet bewezen diensten in zijn eigen naam opgesloten.

Koen Meulenaere

Corey Pavin, winnaar van de US Open, zonk op de knieën en bad tot de Heer.

Er valt niet te tornen aan de reglementen van de Royal and Ancient. Behalve voor Arnold Palmer.

Ben Crenshaw won de Masters. Hij speelde zijn groene jasje kwijt aan zijn vrouw Julie, en daarna zijn vrouw Julie aan Jose-Maria Olazabal.

Nick Faldo kende weinig sukses in de Amerikaanse tour. De British Open is zijn kans op revanche.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content