Hubert van Humbeeck

Het Europees parlement botst weer op de grenzen van zijn macht.

Op 27 oktober stemt het Europees parlement over de nieuwe Europese Commissie. Op 29 oktober wordt het nieuwe verdrag van de Unie ondertekend. Op 1 november treedt de Europese Commissie van de Portugees José Manuel Barroso daadwerkelijk aan. Na de uitbreiding met tien nieuwe leden op 1 mei begint Europa dan echt aan een nieuw hoofdstuk in zijn bestaan.

Het is daar niet klaar voor. Om te beginnen groeit het besef in de oude kernlanden maar langzaam dat de Unie op 1 mei radicaal van gedaante is veranderd. Het Europa van de 25 spiegelt zich aan het Angelsaksische voorbeeld. Het verwacht van de Unie alsnog niet meer dan dat ze een vrijhandelszone zou zijn. De advocaten van het Europese sociale model, tot voor kort de trots van de organisatie, zijn nu in de minderheid. De retoriek over verdieping van de samenwerking, waarover in het verleden zoveel inkt is gevloeid, trekt plotseling veel minder toehoorders.

Voor zover ze dat nog niet wisten, leerden de nieuwe lidstaten tijdens de hoorzittingen met de kandidaat-commissarissen in het parlement dat de Europese Unie een politieke organisatie is, die volstrekt eigen regels hanteert. Alle grote woorden ten spijt werkt het Europees parlement bijvoorbeeld nog altijd niet zoals dat van een deel van de klassieke trias politica kan worden verwacht.

Neem nu de discussie over de Italiaan Rocco Buttiglione, die vice-voorzitter van de Commissie moet worden, bevoegd voor Justitie, Vrijheid en Veiligheid. Een zeer katholieke man, die enkele uiterst onvriendelijke uitspraken deed over homoseksualiteit en ongehuwde moeders. Een meerderheid in het parlement vindt hem daarom ongeschikt om commissaris te worden, maar dat wil niet zeggen dat Buttiglione wordt vervangen. Over die bevoegdheid beschikt het parlement namelijk niet: het kan alleen over de gehele Commissie stemmen, en het lijkt weinig waarschijnlijk dat het Barroso en zijn hele ploeg naar huis stuurt.

Als Barroso het parlement wil tegemoetkomen, probeert hij de bevoegdheden van Buttiglione aan te passen. Maar dat is, politiek gesproken, niet mogelijk zonder het akkoord van de eigenzinnige Italiaanse premier Silvio Berlusconi – die Buttiglione de baan in Brussel bezorgde. Alle pronk en praal ten spijt, kan het Europees parlement zo nog altijd nauwelijks meer dan rommelen in de marge. De echte bazen blijven de staatshoofden en regeringsleiders, die Barroso in juli op de troon zetten. Daar verandert ook de nieuwe grondwet in wezen niets aan.

Hubert van Humbeeck

De retoriek over verdieping van de samenwerking trekt plots veel minder toehoorders.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content