De algemene verkiezingen in Palestina staan als symbool voor veranderingen die toch komen, ook voor wie er niet in gelooft.

WANNEER zaterdag 20 januari algemene verkiezingen plaatsvinden in de Bezette Gebieden van de Westbank en de Gaza-strook gebieden die voortaan meer en meer gewoon ?Palestina” zullen beginnen heten , zal dat in feite het einde inluiden van een zeer belangrijke faze in het vredesproces voor het Midden-Oosten. Het is moeilijk te zien wat precies de meest sensationele stap is geweest in deze faze : de uitvoering van ?Oslo II”, met de overdracht van de steden van de Westelijke Jordaanoever aan de Palestijnse autoriteit (PNA) en de terugtrekking daaruit van het Israëlische leger ; of het blote feit zelf dat de Israëli’s en de Palestijnen over zo’n moeilijke, ingewikkelde en schrijnende materie, tegen alle waarschijnlijkheid in toch tot een akkoord zijn kunnen komen. Hoe dan ook, dat akkoord wordt sinds een goede maand uitgevoerd, en de akkoorden van Oslo waar een jaar geleden haast niemand nog in geloofde, beginnen hun vruchten af te werpen.

Dat moest ook wel : vanaf de komende maand mei moeten in teorie de besprekingen beginnen over de definitieve status van de ?Gebieden”. Dat is niet alleen de laatste onderhandelingsronde die in Oslo voorzien werd, het belooft ook de moeilijkste te worden, aangezien alle hete hangijzers, om toch maar vooruitgang te kunnen boeken, naar die eindfaze geschoven werden. De onafhankelijkheid van de staat Palestina dus, een jaar geleden nog totaal onbespreekbaar voor de meeste Israëli’s, en de vorm waarin die gegoten moet worden (want dat de Palestijnse staat er komt, wordt nu toch stilaan voor iedereen duidelijk). Maar ook de bestemming van Jeruzalem, waar beide kampen even principieel aan vasthouden als hoofdstad voor hun staat, de terugkeer van talloze Palestijnse vluchtelingen die over de halve wereld in diaspora leven en die tot nu in geen enkele ?Oslo”-tekst voorkomen, en dan nog bij wijze van voorbeeld, het uiteindelijke lot van de joodse nederzettingen in de Gaza-strook en de Westbank, die voor de hele regeling een permanente en explosieve bedreiging vormen.

SLEUTEL.

In het geheel van het Palestijns-Israëlische vredesproces vormen de Palestijnse verkiezingen van 20 januari een waar sleutelmoment. Op het program staat de verkiezing van 87 raadsleden voor de autonomieraad (uit 670 kandidaten), en die van de voorzitter van het Palestijnse executief de regeringsleider of ?president” dus , tussen Yasser Arafat en de 72 jaar oude feministe Samiha Khalil, die tegen de Oslo-akkoorden campagne voert. Van de 670 kandidaten voor de Raad zijn er zo’n drie kwart ?onafhankelijken”. Daarbij waren er wel enigen die voor de islamistische groep Hamas opkwamen, en die zich, toen duidelijk werd dat Hamas de verkiezingen toch ging boycotten, teruggetrokken hebben. Driehonderd waarnemers zijn ter plekke gestuurd door de Europese Unie (die zowat de hele oefening in demokratie financiert), en tweehonderd andere door andere landen en internationale instellingen. Ondanks al voornoemde onafhankelijke kandidaten, kan het moeilijk anders dan dat de partij van Yasser Arafat, de historische chef van de PLO, met een grote meerderheid moet winnen, aangezien de oppositie zelfs niet opkomt.

Er zijn, tegen de ?nationalistische” groep van de oude PLO van Arafat, die nu eigenlijk ook het kader van de autonomie geleverd heeft en van het embryonale staatsapparaat in grote lijnen twee oppositiekrachten. Dat is enerzijds de islamistisch, ?fundamentalistische” vleugel van de groepen Hamas en Islamitische Djihad, die vooral sinds de ?stenen-opstand”, de Intifada, sterk geworden zijn. Die groep weigert de akkoorden van Oslo en het hele aan gang zijnde vredesproces omdat ze niet van de ?twee-statenoplossing” wil weten. Zij wil geen verdeling van de grond, zij heeft de herovering van heel Palestina met inbegrip van wat tegenwoordig de staat Israël is uitdrukkelijk in haar programma geschreven staan.

Anderzijds is er de radikale politieke vleugel waar vooral het PFLP de woordvoerder van is, maar die ook andere, kleinere groepen en persoonlijkheden omvat. Dat is de groep die vindt dat de Oslo-akkoorden lang niet ver genoeg gaan, dat Arafat zijn zaak slecht onderhandeld heeft, zodat hij nu op het einde van het proces, in plaats van met een staat, met niet meer dan een aantal ?Bantoestans” achterblijft, waar de Israëli’s nog altijd de dominerende faktor zullen blijven. Anders dan de islamistische oppositie, ontwikkelt deze groep een rationele politieke argumentatie kopstukken erin, die ver van het FPLP (van oudgediende radikaal Georges Habache) blijven, zijn de Amerikaans-Palestijnse professor Edward Said en zijn kollega Abu Lughod aan de Birzeit-universiteit, en tal van andere invloedrijke Palestijnse intellektuelen.

Toch hebben zij met de islamisten gemeen dat hun verwerping van de akkoorden gegrondvest is op geloof in casu dan, ongeloof : ?Oslo” was van in het begin een proces waar veel geloof voor nodig was dat het kon werken, dat de Israëli’s het land wilden teruggeven voor vrede en hun kolonizatie stopzetten, dat de Palestijnen het land wilden afstaan voor vrede en het terrorisme afzweren. Het was gemakkelijker daar niet in te geloven dan wel, en met het verstrijken van de tijd, het getreuzel van de regering onder de onlangs vermoorde premier Yitzak Rabin, het geëmmer van Arafat die zijn zaken niet georganizeerd kreeg, en de Palestijnse bevolking die veel beloofd had gekregen (en geestdriftig was geweest) maar niets zag afkomen (die het zelfs slechter ging dan voorheen omdat Israël de grenzen met de Gebieden steeds langer afsloot), cynisch en gedesilluzioneerd werd. Het vredesproces leek vast te zitten in z’n eigen kontradikties. De Palestijnen zagen de Israëlische nederzettingen alleen maar groeien (vooral in het zo explosieve Jeruzalem), de Israëli’s kregen steeds vaker, leek het wel, bomaanslagen van Hamas-zelfmoordkommando’s te verwerken en Yasser Arafat zag van het beloofde Internationale geld voor zijn instellingen slechts aalmoezen komen.

VERSNELLING.

Het moest tot midden vorig jaar duren eer de zaak weer vlot kwam. Maar dan ging het ineens heel snel. De ondertekening van het akkoord was het teken, de Israëlische ontruiming van de steden, Jenin, Ramallah, Tulkarm, Bethlehem… was een eerste, spectaculaire stap in een nieuwe realiteit. De verkiezingen voor de Autonome Raad zijn de tweede stap. De Palestijnen hebben te weinig tijd gekregen door boven beschreven getreuzel om écht in hun autonomie, hun onafhankelijkheid, hun vrede te leren geloven, en daar de praktische konsekwenties uit te trekken. Het gevolg daarvan is dat ze Arafat en zijn Fatah-groep de verkiezingen eigenlijk cadeau hebben gedaan, in die zin dat ze hem bij het organizeren van zijn overwinning geen strobreed in de weg hebben gelegd. Hooguit een dissident als Bassem Eid, mensenrechten-aktivist en dwarsligger, en misschien enkele van zijn medestanders, hebben de Arafat-machine kunnen irriteren.

De Europese Unie heeft zich verplicht gevoeld, een paar weken geleden, officieel bij Arafat te protesteren tegen de waarneembare gang van zaken. Maar bij ontstentenis van een oppositie die aan de verkiezingen meedoet, die een programma geformuleerd heeft en een alternatief en die dus iets te zeggen heeft, kan de uitslag niet anders dan van tevoren vastliggen. Dat is dan niet eens de schuld van Arafat en zijn getrouwen.

Later… Als de Palestijnen ondervinden dat het zowel de Israëli’s als de PNA ernst is met die onafhankelijkheid, als ze de ekonomische kansen krijgen waar ze nu al lang niet meer op zitten te wachten, zullen ze misschien andere verkiezingen organizeren. Dan zal de strijd gaan tussen de islamisten, die van geen onafhankelijke staten en van geen politiek willen weten en terugwillen naar de zeden uit de tijd van de Profeet, en tussen de clans, de grote families die over alle partijen en strekkingen heen het openbare leven denken te kunnen blijven bepalen, en tussen de modernisten, de progressieven, de demokraten, die de toekomst vertegenwoordigen maar die momenteel alles nog moeten uitvinden. En die grotendeels in de boycot voerende leke-oppositie zitten, al was het maar uit protest tegen de autoritaire trekken van Yasser Arafat. Dié verkiezingen, zeg maar, zal Yasser Arafat niet meer cadeau krijgen. Wat zaterdag 20 januari gebeurt, is een rituele stap, een symbool in het vredesproces. Niet minder, maar ook niet méér.

Sus van Elzen

Arafat wordt ontvangen in Tulkarm : ineens bevrijd gebied.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content