‘Onze F16’s hebben meer ogen op de grond nodig’

Belgische F-16’s bombarderen in Irak stellingen van de Islamitische Staat. Volgens defensiespecialist Peter Wijninga moet het Westen samenwerken met het Vrije Syrische Leger om de bewegingen van de IS precies in kaart te brengen.

De Amerikaanse inlichtingendiensten hebben de opkomst van de IS behoorlijk onderschat. Beschikken zij, nu de luchtoorlog tegen de terreurgroep op gang komt, wel over voldoende informatie over de situatie op het terrein om de IS efficiënt te kunnen bestrijden? Peter Wijninga, strategisch analist van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies: ‘De VS weten redelijk goed waar de IS zit, dankzij inlichtingen van de partners op de grond in dat gebied, namelijk de Koerdische strijders, het Iraaks leger en het Vrije Syrische Leger van de oppositie. Kun je daar honderd procent op vertrouwen? Natuurlijk is het mogelijk dat zij coördinaten van andere tegenstanders doorgeven, in de hoop dat je ook die even mee bombardeert. Daarom zijn er nog meer westerse mensen nodig die op de grond de nauwkeurigheid van die info controleren. Gelukkig hebben we nu ook westerse observatiemiddelen ter plaatse. Daarom voeren de Belgische en Nederlandse F16’s momenteel verkenningsvluchten uit. Ze controleren onze bronnen op de grond, en leren op wie we kunnen vertrouwen. Zo bouwen ze een netwerk op.

De bolwerken van IS gedetailleerd in kaart brengen, daar moeten we nog aan beginnen?

PETER WIJNINGA: De VS zijn er al mee bezig, de West-Europese landen komen zoals gewoonlijk wat later. Maar inderdaad, we kennen nog niet genoeg doelen van IS, en we zullen de info ook voortdurend moeten updaten. Wellicht zien we de komende weken een sterke toename van de operaties, ook van de Belgen en de Nederlanders. De IS zal op de bombardementen reageren door in kleinere formaties op te treden en zich over een groter gebied te verspreiden. Waardoor het voor de terreurgroep moeilijker zal worden om nieuwe steden in te nemen, want dat moet je met veel mensen tegelijk doen. Aan die herpositionering van de IS zal onze missie zich dan weer moeten aanpassen. En nog een stap verder is dan: anticiperen op hun acties.

Weet de Syrische president Bashar Assad het best waar de IS zit? En wordt samenwerking daardoor onvermijdelijk?

WIJNINGA: Die optie wil het Westen toch het liefst vermijden. Of Assad beter dan het Vrije Syrische Leger weet waar de IS zit, is nog maar de vraag. Hij beschikt wel als enige over de combinatie van een luchtmacht en grondtroepen om de inlichtingen op elkaar af te stemmen. Als het Vrije Syrische Leger goed samenwerkt met de Amerikaanse luchtmacht en hun bondgenoten, kun je ook die combinatie krijgen. Dat is heel belangrijk om de IS succesvol te kunnen bestrijden.

Thomas Verbeke

‘De West-Europese landen komen zoals gewoonlijk wat later. We kennen nog niet genoeg doelwitten.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content