Zowel bij het ro theater in Rotterdam als bij de KVS in Brussel staat ‘Macbeth’ op het programma: van kinderspel tot opera, van soberheid tot extravagantie.

Macbeth is stout geweest, daarom zit hij in de hoek, met scheefgezakte kop. Drie kleine meisjes in mantelpakjes en een meisje verkleed als jongetje spelen het wrede spel na van de tiran die moord na moord begaat omwille van de macht. Zijn kasteel is met uitvergrote legoblokken gebouwd. Herman Gilis begeleidt de kinderen als een coach naast het podium. Ze charmeren ook als ze stuntelen. De tekst van Jan Decorte, Bloetwollefduivel, bestaat uit afgekapte zinnetjes die zo uit de spreektaal zijn genomen. Kappen en afkappen zijn trefwoorden in dit stuk. De kinderen zeggen de meest lugubere dingen alsof het alledaagse praat is. Ze verwijten en treiteren elkaar zoals het in elk kinderspel gebeurt. Het is het begin van Macbeth Macbeth, een groots opgezette en gedurfde tweedelige evocatie van Shakespeares drama bij het ro theater in Rotterdam. Twee producties op dezelfde avond in twee ruimtes in hetzelfde gebouw. Je moet er twee avonden voor over hebben, maar je maakt wel wat mee.

Decortes tekst wordt in drie versies opgevoerd. Na de kinderen komen, in een regie van Guy Cassiers, de volwassenen. Fania Sorel en Jacqueline Blom zijn wijven met weinig respect voor elkaar en voor het leven. Samen met Herman Gilis die Macbeth speelt, zijn ze felle figuren uit een stripverhaal. Het legokasteel ligt plat en eromheen staat nu een veel grotere burcht met kartonnen muren. Het publiek wordt via steigers naar binnen geloodst en krijgt Schotse whisky aangeboden. Beneden zie je de drie zangers en het Blindman-saxofoonkwartet voor de uitvoering van de derde versie: een opera op muziek van Walter Hus. Opera als opperste kunstvorm voor een gegeven over het laagste in de mens. Het is een beperkte opera, maar van een geweldige intensiteit. Voor Hus is deze compositie de tweede van drie op teksten van Decorte. Verleden jaar ging in Limelight in Kortrijk Meneer, de zot en ’tkint in première en als derde werk komt nog Titus Andonderonikustmijnklote (naar Titus Andronicus van Shakespeare).

Ook nu weer blijkt hoe de korte maar geladen teksten van Decorte bijzonder geschikt zijn voor muziektheater. De staccato’s uit de tekst, het repetitieve in het verhaal, het bloedstollende van de handeling krijgen in de muziek, door het zeer selectieve instrumentarium en het rijke palet van de solisten (Johanne Saunnier, Magali Schoentjes, Michael Lukonin), een bijzondere klank die meer onthult dan de gesproken tekst in de voorafgaande ensceneringen. In zijn geheel is deze drievoudige Macbethinterpretatie experimenteel én controversieel en ze werkt maar wanneer men zich van elke literaire of overgeleverde artistieke voorkennis ontdoet.

Dit project staat dan ook lijnrecht tegenover de voorstelling die als tweede deel van Macbeth Macbeth in een regie van Alize Zandwijk wordt gebracht en die meer is dan alleen maar een aangrijpende voorstelling. Ook Zandwijk boort dieper in die put van boosheid die elke mens in zich heeft. Haar middelen zijn even sterk vervreemdend als die van Cassiers, Gilis of Hus. Maar de accenten liggen totaal anders. Waar de anderen spelletjes spelen met de verbeelding van personages en toeschouwers, bekijkt Zandwijk de hele situatie vrij nuchter en vanuit de kracht van Shakespeares zwartste drama. Boosheid die het licht niet mag zien, krijgt een steeds terugkerend teken in het gebruik van zwart. Zwarte pakken en veel zwarte handen in die voorstelling en op het einde een Macbeth die zijn gezicht pikzwart smeert.

STILLE GETUIGEN

De bijeenkomst van de heksen en hun voorspellingen, waarmee Shakespeare zijn stuk opent, en waarvoor gewoonlijk wanstaltige vrouwen de mist worden ingejaagd, wordt hier gereduceerd tot een gemimeerd spel van een moederfiguur met twee kleine meisjes en nauwelijks een insinuatie: ‘goor is gaaf en gaaf is goor’. Als stille getuigen die de doden komen ophalen, vormen ze een stukje rode draad in de voorstelling. Net als Guus Dam die alle kleine rollen op zich neemt en als een man van alle tijden in zijn gehavende jas een even machteloze getuige is. Een eerste link naar Bloetwollefduivel is precies het gebruik van zwarte pakken, onder meer voor de vocalisten in de operaversie, terwijl Marc De Corte, ook al in het zwart, in beide producties in verschillende functies te zien is. Een tweede link wordt gelegd helemaal op het einde van de beide voorstellingen wanneer het publiek van Bloetwollefduivel figureert als oprukkend bos van Birnam.

In de optie van Zandwijk is de scène nagenoeg leeg op een stapeltje stoelen en een paar tafeltjes na. En in een hoek een soort bad dat ook bed is. Zandwijk vertrekt van de vertaling van Hugo Claus. Ze brengt enige coupures aan en houdt alles zo sober mogelijk. Steven Van Watermeulen staat als Macbeth in alles centraal, zodat ook de rol van lady Macbeth (Catherine ten Bruggencate) tot het essentiële is beperkt, zonder de actrice de kansen tot groots spel te ontnemen. De grote gevoelens die men in de voorstellingen van dit stuk gewoonlijk te verteren krijgt, worden hier door de vertolkers op een zeer subtiele maar niet minder aanvaardbare manier verwerkt. Macbeth en lady Macbeth zijn tijdloze modellen, monumentaal soms, maar van een haast doorzichtige duidelijkheid, want klaarheid in de vervreemding staat in alles en bij iedereen voorop.

Een belangrijk gegeven in dit stuk is de kinderloosheid van de Macbeths. Aan wie ligt het? Merkwaardig is dat in dit stuk geen enkele scène te vinden is met enige amoureuze toenadering tussen Macbeth en zijn vrouw of enige verwijzing naar geslachtelijk verkeer. De ambities en het geweld die in Macbeth de bovenhand halen, hebben geen seksuele of familiale weerslag. Een kind kan de carrière in de weg staan. Daarom dient zelfs de kroost van de anderen zo vlug mogelijk uitgeschakeld.

Meer nog dan Macbeth zelf geeft lady Macbeth blijk van een louter zakelijke en vooral egoïstische ingesteldheid. Zij is het die de grenzeloze ambitie van haar man volgens weloverwogen agendapunten ordent. Zij wil delen in de roem die haar man te beurt zal vallen. Macbeth is haar trots, maar ook de man die ze vooral als een ‘echte’, als een machtige man wil zien. Slappeling, noch twijfelaar. Op elke beslissing moet ook onmiddellijk een daad volgen. Zelf heeft ze ook bloed aan de handen en dat gevoel raakt ze niet kwijt. Ze weet dat zij en haar man verkeerd bezig zijn en veinst vooral tegenover haar man dat ze onaantastbaar zijn in het besef dat het onheil niet meer ongedaan kan worden gemaakt. Vandaar haar zelfmoord. Zandwijk laat haar de snippers opeten van de eerste brief die ze van Macbeth kreeg, waarin hij zijn onstuitbare opkomst aankondigt en waardoor zij in haar trots tot overmoed geprikkeld werd.

AMUSEREN EN UITLEVEN

Zo sober en vervreemdend, zo verregaand in de verbeelding men in Rotterdam te werk gaat, zo extravagant en impulsief, zo wijdlopend en luidruchtig voert men Macbeth uit bij de KVS in Brussel. Ook hier wordt vertrokken van de vertaling van Claus, maar de interpretatie die Ola Mafaalani (33) er in haar regie aan geeft, is een combinatie van onmiddellijke herkenbaarheid en verregaande vervreemding. Hier is het kasteel een grote bar, een plaats om uitbundig te feesten en te fuiven. Aan de ene kant de discjockey (Rakesh Thielemans), aan de andere kant de sopraan Daniela Bernouilli, die niet alleen naar Verdi’s opera Macbeth verwijst, maar ook als heksenorakel fungeert. Koning Duncan (Wim Willaert) is ook na te zijn vermoord een doorzakkende drinker, Macbeth (Steve Geerts) en Banquo (Pepijn Caudron) zijn onafscheidelijke zware jongens, vrienden voor het leven. Kortom, de vloer wordt bevolkt door mensen die zich vooral willen amuseren en uitleven. En daar zit de kneep van Mafaalani, die uit Syrië via Duitsland in Amsterdam is terechtgekomen. Ze is hier bekend onder meer door haar Ajax-regie. Ze durft de meest uiteenlopende disciplines naast elkaar te zetten en gaat improviserend te werk. Wat ze vandaag in de voorstelling verandert, kan ze morgen weer ongedaan maken.

Met deze Macbeth is ze blijkbaar vertrokken vanuit de idee dat koningsdrama’s in de eerste plaats mensendrama’s zijn. De paleizen van vroeger zijn tot exclusieve bars omgebouwde villa’s geworden en achter alle feestelijk versierde façades en vrolijke gezichten gaan andere bedoelingen schuil. De dagelijkse realiteit wordt hier symbolisch aangewend. Een omgekeerde benadering als het ware: het dagelijks herkenbare verwijst naar het eeuwige drama van en in de mens, zoals het door een schrijver werd vastgelegd.

Mafaalani geeft in Macbeth ruimte aan bruisend temperament. Er wordt geregeld tussen het publiek gespeeld. Geerts en Caudron zijn entertainers, handig met de microfoon, slordig in hun spreken, maar met een uitgesproken lichaamstaal. Er worden drankjes geserveerd en men wil dat het publiek op tijd en stond applaudisseert. Helemaal op het einde (zo was het toch op de première) wordt het publiek zelfs uitgenodigd tomaten te gooien naar de maffiafiguur die Macbeth inmiddels geworden is. Dergelijke probeersels leiden ook tot leemten en verlies van spanning.

Naarmate de voorstelling een tragischer wending neemt en het ijs van de cocktails smelt in de grote blokken boven het speelvlak als een bestendig teken van vergankelijkheid, wordt de vloer natter en gladder en stijgt ook de emotionele spanning. Bepaald aangrijpend is de lady Macbeth van Simone Milsdochter, die door Macbeth als een speelpop wordt behandeld en die zich vanuit haar isolement tracht te zuiveren van medeplichtigheid met een schoonmaakproduct. Extravagantie belet niet dat lady Macduff (Katelijne Verbeke, een zuiders type in Schotse rok) haar gevoel de vrije loop laat als haar kind wordt gedood. Ronald de Bruin vormt als Macduff door zijn sterke zegging en présence het gehele stuk door een prachtig tegenwicht.

‘Macbeth Macbeth’ door het ro theater, Rotterdam, tot 28 april, van woensdag tot zaterdag om 20 u., zondag 22/04 matinee om 14 u.30. Reserveren: http://www.rotheater.nl/ of tel.: 00-31-10/404 70 70.

‘Macbeth’ door KVS in de Bottelarij, tot 5 mei. Reserveren: tickets@kvs.be of http://www.kvs.be of tel.: 02-412 70 70.

Roger Arteel

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content