Botsingen en schokken in Bagdad, ze zijn als het ware tot in onze steden voelbaar. Vorige week ondervond ons land hoe het conflict in het Midden-Oosten de verhouding tussen verschillende Antwerpse bevolkingsgroepen beïnvloedt: Noord-Afrikaanse jongeren staken een joodse jongen neer in Wilrijk.

Volgens het laatste jaarverslag van het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding zijn de gewelddaden tegen Belgische joden – sinds de start van de tweede intifada in september 2000 – toegenomen. De website www.antisemitisme.be, een mede-initiatief van het Coördinatie Comité van de Joodse Gemeenschap in Antwerpen, toont duidelijk aan dat er een link is tussen antisemitische acties in Vlaanderen en militaire acties in het Midden-Oosten.

De belegering van het hoofdkwartier van Yasser Arafat door Israëlische troepen en de inval van Amerikaanse strijdkrachten in Irak leidden telkens tot een toename van antisemitische geweldplegingen. Respectievelijk ging het om 25 incidenten in maart 2002 en 6 voorvallen in maart 2003.

Een ander fenomeen, islamofobie, stoelt volgens het Centrum voor Gelijkheid van Kansen eveneens op de internationale actualiteit. Sinds de aanslagen van 11 september in New York zijn moslims geregeld het onderwerp van allerlei vormen van racistisch geweld. Het Centrum bespeurde in de aanloop naar de verkiezingscampagne van mei 2003 een sterke toename van islamofobische propaganda.

Van de 779 racismeklachten in 2003 had 8 procent betrekking op godsdienst, 44 procent op herkomst en 12 procent op de nationaliteit. Cijfers over racisme en discriminatie specifiek gericht tegen moslims zijn niet terug te vinden in de jaarverslagen van het Centrum. Het blijft echter niet beperkt tot propagandistische aanzetten tot racisme. Islamofoben schuwen beledigingen, bedreigingen en geweld niet.

De moord op een Marokkaans koppel in Schaarbeek na de desastreuze verkiezingsuitslag van Le Pen in Frankrijk en verscheidene aanvallen op moskeeën illustreren dat.

Toch is de internationale politiek geen excuus. Alle vormen van racisme zijn verwerpelijk en moeten krachtdadig veroordeeld worden. Mensen discrimineren op basis van hun afkomst, religie of huidskleur is een misdaad. Eigen frustraties mogen niet afgeschoven worden op anderen.

Een minderheidsgroep letterlijk en figuurlijk beladen met alle zonden van Israël, is verkeerd.

De joden uit Antwerpen zijn niet verantwoordelijk voor de Israëlische raids op Palestijnse dorpen en de moslims uit Brussel niet voor de terroristische aanslagen in Madrid en Bali. Een bloederige oorlog ‘daar’ mag het samenleven ‘hier’ niet onmogelijk maken.

Wie tegen allerlei vormen van discriminatie en onrecht strijdt, kan het zich niet veroorloven om zelf te discrimineren en anderen onrecht aan te doen. Daarom is de educatie van jongeren zo belangrijk. Hoeveel islamitische en joodse jongeren weten dat de Marokkaanse koning Mohamed V weigerde om joden uit te leveren aan de nazi’s?

Dat de eerste Marokkaanse ambassadeur in de Nederlanden in 1610, Samual Palache, een jood was? Hoeveel jongeren weten nog dat in Marokko al eeuwenlang moslims en joden samen de Mimouna vieren? Mimouna, een jaarlijkse herdenkingsdag voor Jozef Maimon, de vader van de bekende geleerde Maimonides. Hij verbleef vijf jaar in Fes en had als arts veel gedaan voor joden en moslims.

Mimouna betekent voor Marokkaanse joden in Marokko en Israël nog steeds het feest van de verbroedering.

Een volk dat zijn verleden niet meer kent, is verloren.

De auteur is filosoof en lector aan de EHSAL-campus sociale hogeschool en schreef ‘De smaak van ongelijkheid’.

Tarik Fraihi

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content