De Ieperse Heerweg in Torhout. In nummer 56 staan koffie en zelfgebakken appeltaart klaar. Er wordt gekeuveld over vroegere tijden. Hoe de kinderen vrij rondliepen en van de ene tuin in de andere gingen spelen. Nu heeft ieder tuintje zijn omheining. Het woordje vroeger zal nog vaak vallen.

Maurits Braem ging tot zijn achttiende naar de vakschool en leerde er hout bewerken. Hij kan daar nog altijd lyrisch over praten. Hij haakt een deurtje los van een zelfgemaakt meubel en wijst naar de vlammetjes in het hout. ?Eikenhout, dat is de fleur van je stiel.”

De eerste zes jaar van zijn beroepsloopbaan werkte hij in een schrijnwerkerij. Daarna twintig jaar in een meubelmakerij, waarvan de laatste helft als meestergast. Hij heeft niet zo’n beste herinneringen aan die tijd. ?Als je in de fabriek werkt, ben je een luis. Geen respect, geen arbeidsvreugde. Zelfs als meestergast voelde ik me niet goed in mijn vel.”

Behalve stielkennis werd van een meestergast ook psychologisch inzicht verwacht. Je moest een beetje op je woorden letten. ?Het waren andere tijden. Er was veel werk. Als je iets verkeerds zei tegen iemand, dan ging die gewoon ergens anders werken. Nu zouden de mensen álles doen om te kunnen blijven.”

Een paar maanden voor hij met pensioen ging, kreeg Maurits een hartstilstand. Op Pasen, nadat hij in de mis was rondgegaan met de schaal hij is voorzitter van de kerkfabriek werd hij onwel. Op vrijdag had hij nog gevoetbald. ?Ik heb mijn hele leven gevoetbald maar ik was vierenzestig en dacht dat ik nog altijd de beste was. Ik heb me mischien wat geforceerd.”

Inmiddels is hij terug de oude. Als hij de krant heeft gelezen en het kruiswoordraadsel opgelost, verdwijnt Maurits gewoonlijk in de tuin. ?Daar is altijd werk. Er moet een nieuwe steel op de spade of er moeten duiven worden gepluimd.” Tussendoor komt hij eens binnen voor een kop koffie of een kom soep. Of hij brengt een bezoekje aan zijn vrouw die aan het werk is in haar naaikamer. ?Als de een kan naaien en de ander timmeren, dan weten ze je wel te vinden !” Maar ze doen het graag : klusjes bij buren of familie, een zandbak of een schommel voor de kleinkinderen. Maurits amuseert zich kostelijk. ?Ik was heel graag op mijn werk, maar ik mis het niet. Als je gezond bent en als man en vrouw goed overeenkomen, is het eigenlijk voortdurend vakantie.”

Ze zijn nu eenenveertig jaar getrouwd. ?Als het thuis goed gaat, gaat er veel goed.” Af en toe moet zijn vrouw naar een vergadering van het Katholiek Vormingswerk voor Landelijke Vrouwen. Wanneer Maurits die avond een heel mooie aflevering van ?Wittekerke” heeft gezien, vindt hij het zo jammer dat zijn vrouw het programma heeft moeten missen dat hij eigenlijk nog liever had gehad dat het géén mooie aflevering was geweest. ?Echt waar. Eigenlijk ben ik een trunte, nogal romantisch. Als ik in het bos bij het kasteel van Wijnendale ga wandelen, word ik nostalgisch. Het is net alsof ik in die tijd van het kasteel leef. Nee, nee, een prins voel ik me dan niet. Eerder een sukkelaar. Alsof ik iets mis. Alsof er iets niet klopt.”

J. BL.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content