Marc Santens ontvangt op de kanselarij van Luxemburg, overigens zijn gewone bureau op Santens in Oudenaarde. De Luxemburgse consul in Oost-Vlaanderen als voorzitter aanspreken, kan nooit fout zijn. Voorzitter van de eigen familiale textielgroep, van de raad van bestuur van de Kredietbank en ere-voorzitter van de meest verscheiden werkgeversverenigingen, het Vlaams Economisch Verbond inbegrepen. ?Meewerken aan het beleid van het land is belangrijk.” Glimlacht Santens niettemin : ?Als ik meer tijd in mijn bedrijf dan in de werkgeversorganisaties had gestoken, zou ik nu een grotere onderneming hebben.”
Dat buitenshuis optreden, is een familietrek. Vader Maurice was burgemeester, senator, nationaal voorzitter van het NCMV en liet dus in 1950, wegens groot gebrek aan tijd, de bedrijfsleiding over aan zijn zoon. De toen nog bescheiden fabriek met 120 mensen is nu de Europese nummer één in badstoffen met over de drie miljard frank omzet, 1.600 werknemers en zelfs 2.300 met de vestigingen in de Verenigde Staten en Ierland erbij.
De textielgroep is een honderd procent Vlaams familiebedrijf. Maar Marc Santens is geen doctrinair verankeraar. ?Verankering is een beetje tegen de geest van Europa, waarin op termijn alles zich vermengt.” Vier families verdelen keurig de taken onder mekaar, zelfs het burgemeesterschap van Oudenaarde, dat Lieven Santens nu bezet.
Het is voor Belgisch doen uitzonderlijk, de industrieel Marc Santens zit de raad van bestuur van de Kredietbank voor. Het begon als een hobby, een beetje over het muurtje kijken. ?Banken zijn heel anders dan een familiaal bedrijf, het lijken wel militaire organisaties.” Is het moderne bankbedrijf geen ingewikkelde business ? Santens bekent er nog altijd weinig van te begrijpen. Maar de bankvoorzitter is geen financieel technieker, wel verbindingsman tussen het zeer autonome directiecomité en de aandeelhouders, die in een bank wettelijk weinig te vertellen krijgen.
?Natuurlijk is de loonkost te hoog, dertig tot veertig procent hoger dan bij onze naaste buur Frankrijk. Daar moet iets aan gebeuren. Maar het patronaat is mee verantwoordelijk, het heeft tot over zijn oren toegevingen gedaan.” Al met al vindt Santens dat er van de kant van de werknemers een behoorlijk klimaat heerst. Managers als Etienne Schouppe en Pierre Godfroid lijken hem wel de solidariteit onder de arbeiders te onderschatten. De vakbonden zijn zeer sterk, maar dat heeft ook een voordeel : de werkgevers hebben een gesprekspartner.
De boodschap nu is niet gemakkelijk. ?We leefden in een cultuur van groeien, aanwerven, consumeren en nu plots moet de ceintuur toe. Dat is een heel andere boodschap.” De textielgroep beleeft dat heel concreet, sedert twee jaar groeit het bedrijf niet meer. ?De mensen kopen niet meer. Kleding nog, daar lopen ze mee op straat, en tapijten, die liggen in de living. Maar onze badhanddoeken lijden sterk onder de consumptiecrisis.”
Marc Santens verwacht veel van Europa. Vlaanderen staat klaar met zijn modern georganiseerde bedrijven, maar de overheid moet wel iets doen aan de loonkost in de eerste plaats. ?Een beetje meer optimisme zou de economie geen kwaad doen.” Hoewel, op korte termijn kan de werkgelegenheid niet verbeteren. Het geld wordt goedkoper en de loonkosten duurder, de ondernemingen investeren dus in rationaliseringen, minder arbeid.
Met een nieuwe generatie-Santens gaat het er nu voor Marc Santens wat rustiger aan toe, twaalf uur per dag in plaats van zestien. ?Altijd de eerste op het bedrijf.”
G.D.S.