Eén op 25 jongens maken een of andere vorm van seksueel misbruik mee. Vele slachtoffers veranderen later in daders.

HET GESPREK HEEFT plaats op zijn kantoor, in het weekend. Dirk houdt de gordijnen en de deuren dicht. Hij is een robuuste veertiger met golvend, al grijzend haar en draagt een geruit hemd. Hij spreekt rustig en weloverwogen. Maar af en toe stokt zijn verhaal. “Ik ben seksueel misbruikt geweest vanaf mijn tiende tot mijn zestiende. De ene broer kwam altijd in de week op mijn kamer. De andere zat op internaat. Die kwam in het weekend. “

Dirk vormt geen uitzondering. Volgens verschillende studies maakt 1 op 25 jongens een vorm van seksueel misbruik mee. Anders dan bij Dirk, valt de dader in de meeste gevallen buiten de familiekring te vinden : een buurman, jeugdleider, leraar, geestelijke, oudere buurjongen of onbekende. De gemiddelde leeftijd waarop het misbruik begint, ligt op 7,5 jaar, dat is twee jaar jonger dan bij meisjes. De gevolgen echter zijn voor beide seksen gelijkaardig. Kinderen die aangerand worden, verliezen doorgaans een stuk basisassertiviteit, wat hun kwetsbaarheid vergroot. Op volwassen leeftijd hebben ze vaak af te rekenen met relationele of seksuele problemen, of lopen rond met psychosomatische klachten. Bij een niet onaanzienlijk deel misbruikte jongens slaat de machteloosheid, die ze op jonge leeftijd ervaren hebben, later om in een of andere vorm van machtsmisbruik. Dan krijgt een zwakkere van hen de vernedering te verduren, die ze zelf hebben moeten verbijten, en is de cirkel rond.

Dirk herinnert zich hoe het begon. “Een van mijn broers had bij de buurman peren gejat. Vader moest weten wie de schuldige was. De schuld werd in mijn schoenen gewreven. Ik kreeg een pak slaag en werd naar boven gestuurd. Ik lag op bed, onder een deken. Ik hoorde mijn broer, die met mij een kamer deelde, naar boven komen. Op datzelfde moment ging ergens een sirene af. Ik pakte daar een schrik van en begon te sidderen en te wenen. Peter is bij mij komen liggen. Hij begon tegen mij te praten en aan mij te frullen. Zo is het begonnen.

Ik kom uit een groot, streng katoliek gezin. Er zaten bij ons meer paterkes en nonnekes aan tafel dan andere mensen. Gevoelens mochten niet uitgesproken worden, zeker geen negatieve. Wenen mocht niet. Dan kreeg je slaag. Wij zijn allemaal met onze ellebogen gaan maneuvreren om psychisch de kop boven water te houden. Wie heel verlegen was, of gemakkelijk schrik had, moest de duimen leggen.

Ik vocht met mijn broers maar moest altijd het onderspit delven. Na zo’n gevechten gebeurde het vaak. Of ’s avonds, als Peter boven kwam. Ik lag dan al onder de dekens, te wachten op wat zeker komen zou. Hij kwam de kamer binnen en ging naast mij liggen. Wat ik gedwongen werd te doen, daar walg ik nu nog van. Ik deed het of liet het gebeuren zonder er bij te zijn. Ik draaide mijn hoofd weg en was ergens anders. Ik voelde er niets bij. “

DISSOCIATIE.

Mark Luyten, terapeut bij het Centrum voor Geboorteregeling en Seksuele Opvoeding in Aalst, is vertrouwd met zo’n getuigenissen. Hij krijgt veel slachtoffers van incest over de vloer. “Mentaal weg zijn in benarde situaties, is iets wat veel slachtoffers van seksueel geweld kennen. Het is een overlevingsstrategie : om de pijn niet te voelen doe je jezelf verdwijnen. Je draait mentaal een knop om. Dissociatie is de terapeutische term. Ik hoor dat niet zelden in verhalen van mannen die getrouwd zijn met een vrouw die misbruikt werd. Als kind was het een truuk om weg te zijn als de dader begon te strelen of kussen. Bij volwassen vrouwen kan de streling van hun man, hoe zacht en liefdevol ook, het oude mekanisme weer in gang doen schieten. Dan vertelt die man : ze ligt daar maar naar het plafond te kijken. En als het gedaan is, geeft ze mij een kus, draait zich om en valt in slaap. “

Dirk vervolgt : “Toen ik zestien was, dacht ik : ik kan niet meer, nu ga ik erover beginnen. Ik zocht de godsdienstleraar op, met wie ik een goede verstandhouding had. Ik vertelde dat ik thuis meer slaag dan eten kreeg en dit en dat niet mocht. Maar over het wezenlijke durfde ik niet praten. Kort daarna zijn mijn stoppen doorgeslagen. Ik kreeg een krisis, draaide weg en voelde niets meer tot mij doordringen. Ik registreerde nog wel wat er in mijn omgeving gebeurde, maar kon niet reageren. Ik kwam in een ziekenhuis terecht. Nadien hield het misbruik op. Ik denk dat het kwam omdat mijn broers een lief hadden. Ik had ook voor het eerst een eigen kamer en zorgde er angstvallig voor dat de deur ’s avonds op slot was.

Niet lang daarna ging ik werken en wonen in een instelling voor mentaal gehandicapten. Op een bepaald moment werd ik daar ziek. Ik had een oorontsteking, voelde me duizelig toen ik opstond. Een halve maand heeft dat geduurd, soms ging ik volledig buiten westen.

Mijn kollega kwam mij dikwijls opzoeken in mijn kamer in de instelling. Die opvoeder was een homofiel, wat ik niet wist. Als ik een krisis had, kwam hij me zogezegd verzorgen. Ik was tijdens een van aanvallen net voldoende bij bewustzijn om te registreren hoe hij me uitkleedde en masturbeerde. Wat ik nu vertel, heeft me nog meer getekend dan het misbruik van mijn broers. Ik was een grote, sterke kerel en had toch geen verweer. Op een of andere manier had die man me in zijn macht. Andere kollega’s keken al met een scheef oog naar ons. Zij dachten dat wij een relatie hadden. Ik wist niet hoe ik die band moest doorknippen. Op een bepaald moment installeerde die kollega zijn bed op mijn kamer. Dat was genoeg om mij weer een krisis te bezorgen. Toen ik bij mijn positieven kwam, lag hij naakt op mij. “

BASISVERTROUWEN.

Dat slachtoffers van seksueel misbruik zoals Dirk vaak herhaaldelijk en in volledig andere omstandigheden ten prooi vallen aan seksueel misbruik, berust niet op toevalligheden. “Een keer dat je een stuk basisassertiviteit verloren hebt, ben je extra kwetsbaar”, weet Mark Luyten uit zijn praktijkervaring. “Plegers van seksuele delikten voelen feilloos wie ze aankunnen en wie niet. Deze morgen vertelde een exhibitionist mij : Ik laat de vrouwen voorbijgaan van wie ik overtuigd ben dat ze mijn nummerplaat zullen noteren en mij aangeven. Ik haal er alleen de vrouwen uit van wie ik weet dat ze zullen kijken, schrikken en weglopen. Die stralen dat gewoon uit.

Slachtoffers van seksueel misbruik vertellen mij vaak : ’t is of ik iets ben kwijt geraakt. Hun basisvertrouwen in het leven is voor een stuk gekraakt. En dat maakt mensen die misbruikt werden juist vatbaar voor herhaling. Terapie beoogt die assertiviteit opnieuw te ontwikkelen. “

Maar hoe zit het dan met een kind dat voor de eerste keer misbruikt wordt ? Wat maakt het ene kind kwetsbaarder dan het andere ? Mark Luyten : “Er zijn verschillende manieren waarop een kind gekraakt kan worden. Seksueel misbruik is een manier, en daarin speelt het vaak grote leeftijdsverschil tussen kind en dader natuurlijk een rol. Maar je kunt, bijvoorbeeld, ook in een zodanig autoritair klimaat opgroeien dat er geen sprake is van assertiviteit, alleen maar van volgzaamheid. “

Danny is, net als Dirk, opgegroeid in een omgeving die de minste overtreding van de regels bestrafte. Er een andere mening op na houden was al genoeg om klappen te krijgen. Zijn moeder overleed bij zijn geboorte. Volgens Danny heeft zijn vader hem dat altijd kwalijk genomen. Tot zijn 21ste groeide hij op in instellingen. “In de eerste instelling waar ik van mijn derde tot mijn twaalfde zat werd ik niet seksueel misbruikt, maar wel op andere manieren mishandeld. Het seksueel misbruik begon in de tweede instelling. Daar was een begeleider die alle jongens op de zaal misbruikte. Afzuigen, hem masturberen, penetreren niet, nee. Niemand durfde daar tegen in te gaan, want er waren altijd konsekwenties als je dat deed. De oudere jongens misbruikten de jongere gastjes op dezelfde manier. Die kerels vonden dat normaal gedrag.

Toen ik achttien was, kreeg ik een zenuwinzinking. Daarna ben ik met terapie begonnen. Pas toen is al die smerigheid er uit gekomen. Ik heb zwarte sneeuw gezien, en nu nog heb ik soms nachtmerries. Ik heb verschillende keren geprobeerd me van kant te maken. Niet alleen vanwege dat misbruik, denk ik. Dat ik door mijn vader niet aanvaard werd, dat heeft even goed zwaar gewogen. Ik heb drugs gebruikt, heb escorteservice gedaan, voor mannen en voor vrouwen. Nu heb ik het voor de mannen, ik heb nu een vaste vriend, daar ben ik heel gelukkig mee. Soms vraag ik hem om mij pijn te doen, mij te martelen. Met een riem, bijvoorbeeld. Hij schrok daar eerst van, en wilde dat niet doen. Hij begrijpt nu wel dat het iets met mijn verleden te maken heeft. “

HOMOSEKSUEEL.

Dirk is getrouwd en heeft drie kinderen, maar tot voor kort twijfelde hij aan zijn seksuele geaardheid. Nog geregeld duiken homo-erotische droombeelden op. “Bijna alle mannelijke slachtoffers kennen een periode dat ze twijfelen aan hun seksuele geaardheid, ” vertelt Mark Luyten. “Niet zelden gaan ze ook experimenteren met homo-erotische relaties. Nu, sommigen van hen zullen ook wel echt homoseksueel van aanleg zijn. Anderen zou je pseudo-homoseksuelen kunnen noemen. Zoals een van mijn kliënten zei : eigenlijk ben ik niet homoseksueel maar ik zoek ze toch wel op. Die man werd als knaap verschillende keren verkracht door zijn oom. Hij werd naar mij verwezen op grond van de uitspraak : Ik weet niet hoelang ik mij zal kunnen inhouden naar mijn stiefkinderen toe. Als de drang bij hem opsteekt, gaat hij naar een park dat bekend staat als verzamelplaats voor pedofielen. Dan kiest hij daar een vent uit. Maar hij domineert die homo-erotische kontakten ter kompensatie van wat hem als kind is overkomen. “

“Als jongens misbruikt worden door een vrouw wat bij een kleine minderheid het geval is , dan is de verwarring vaak even groot. Als jonge snaak door een volwassen vrouw verleid worden en met haar de liefde bedrijven, wordt nochtans als een summum opgevoerd in adolescentenverhalen. Dat brengt zo’n jongens extra in de war. Omdat ze er geen deugd aan beleefden, denken ze dat er iets verkeerds met ze is, dat ze niet voor de vrouwen zijn. “

Voor Dirk was trouwen geen happy end. “Seksualiteit was voor mij een groot probleem. Vrijen is in de loop der jaren steeds minder geworden. Soms wendde ik moeheid, buikpijn of hoofdpijn voor. Toch zien mijn vrouw en ik elkaar heel graag. Maar we hebben wel zwarte periodes meegemaakt. Als ik kwaad werd, kroop mijn vrouw altijd in een hoekje, iets wat me enorm ergerde tot ik besefte dat ik, net als mijn vader, een diktator aan het worden was. Op een keer verkocht ik ons oudste kindje toen nog geen twee jaar een enorme oplawaai. Ik schrok er zelf van. Mijn vrouw schoot in paniek. Ik ben vloekend naar buiten gelopen. Foert, ik ben weg en rijd mezelf kapot, dacht ik. Drie uur later ben ik bij een vriend tot mezelf gekomen. Die heeft toen gezegd : je zoontje heeft de oplawaai geïnkasseerd die je aan je vader en broers wilde verkopen. Als je je nog eens in een hoek geduwd voelt, dan moet je, net als vandaag, maken dat je de deur uit bent voor je ongelukken begaat. “

“Bij vrouwen vertaalt de onmacht die ze als kind hebben meegemaakt, zich makkelijker naar verdriet, bij mannen naar agressie, ” vertelt Mark Luyten. “Dan doet er zich een rolomkering voor. Vanuit mijn onmacht ga ik mij opeens heel machtig gedragen en zelf de meppen uitdelen. Als dit fenomeen zich een aantal keren heeft voorgedaan, dan wordt het een gedragsstijl. Het gaat dan deel uitmaken van mijn persoonlijkheid dat ik machtig omga met andere mensen. Ongeveer 75 procent van plegers van seksueel geweld zijn zelf vroeger slachtoffer geweest. Dit onderstreept het belang van preventie en van het vroegtijdig opvangen van slachtoffers. Niet alleen omdat er iets wezenlijks kapotgemaakt is en het kind in zijn menselijke waardigheid hersteld moet worden, maar ook om te voorkomen dat slachtoffers later daders worden. Preventie zou al in de kleuterklas of in de eerste jaren van de lagere school moeten gebeuren. “

Ria Goris

VOLGENDE WEEK : Hulpverlening bij seksueel misbruik van kinderen

Slachtoffers van seksueel misbruik zijn extra kwetsbaar voor nieuw seksueel misbruik.

Mannelijke slachtoffers van seksueel misbruik kennen een periode waarin ze twijfelen aan hun seksuele geaardheid.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content