Negatieve intrest op zichtrekeningen benadert het niveau van woekerrente.

VERONDERSTEL : u zit tijdelijk in het rood. Gaat u dan geld lenen bij vrienden ? Klopt u aan bij woekeraars ? Verkoopt u uw goedrentende kasbons ? Overvalt u het plaatselijk postkantoor ? Of laat u gewoon uw zichtrekening even onder nul staan ? Alle oplossingen zijn bij wijze van spreken goed de overval kost u hooguit een paar dagen gemeenschapsdienst behalve de rode zichtrekening. Zelfs lenen van de financiers uit de kleine krantenadvertenties, want dat blijkt goedkoper dan de rode zichtrekening bij uw vertrouwde huisbankier.

Terwijl de intrest op korte termijn amper drie procent bedraagt en op lange termijn nauwelijks de vijf procent overstijgt, rekenen de grote Belgische banken tussen 1,3 en 1,8 percent per maand aan als zogenaamde debetrente. Het lijken geen onoverkomelijke percentages, maar de reële kosten bedragen daarmee op jaarbasis echter 16,8 à 23,9 procent. Als u dus een half jaar 40.000 frank in het rood staat, moet u later om die negatieve intresten uit te gommen tussen de vijf (bij een debetrente van 1,3 procent) en acht jaar (1,8 procent) onafgebroken op 40.000 frank plus staan. Daarmee is een negatieve zichtrekening met straatlengten het duurst denkbare krediet. Alle grote Belgische banken doen er daarom zeer besmuikt over. Uit rekeninguittreksels blijkt alvast niet hoeveel reële rente klanten aangesmeerd krijgen. Enkel het kleinere Argenta afficheert manmoedig op elk bankuittreksels zowel krediet- (3 procent per jaar) als debetrente (16,25 procent).

OP DE STOEP.

De debetrente is wettelijk geregeld via een Koninklijk Besluit (van 4 augustus 1992), dat regelmatig herzien zou moeten worden. Het legt de maximale renten (zie kadertje) vast voor de verschillende categorieën binnen deze vorm van kort consumentenkrediet : negatieve saldi van meer of minder dan 50.000 frank, van onbepaalde of bepaalde duur en met voor buitenstaanders de volslagen onbegrijpelijke particulariteit dat kredieten die gedekt worden door een bankkaart van de ontlener, stukken duurder zijn dan die zonder bankkaart. De Belgische kredietverschaffers blijven onder de opgelegde maxima, maar toch gaapt er een peperdure kloof tussen deze tarieven en de huidige marktrente.

Volgens een woordvoerder van het Gemeentekrediet (debetrente 19,6 procent per jaar voor een bedrag onder de 50.000 frank) kost rood op een zichtrekening zoveel omdat kort en bondig ?het geen leningen zijn, wel faciliteiten.” Een collega van de Generale Bank (16,7 procent) slaagt er na vier dagen blijkbaar niet in om het waarom van dat renteverschil uit te vissen. Eric Fauconnier van de BBL (17 procent) heeft wel een verklaring. ?Veel klanten vragen andere, soepelere en goedkopere vormen van krediet, maar wie op zijn zichtrekening onder nul gaat, betaalt inderdaad relatief veel. Wij verdienen daar geen schatten aan, omdat zo’n tekort enorm veel kosten met zich meebrengt. Hoezo ? Het zijn onvoorspelbare kredieten met kleine bedragen die elke dag variëren en dus intensief opgevolgd moeten worden. Bij een hypothecair krediet stel je één keer een dossier op, spreek je afbetalingen af en dat is het dan.”

Die uitleg wordt echter onmiddellijk betwist door een kleine Antwerpse makelaar, gespecialiseerd in zogenaamde snelkredieten. ?Dure administratie ? Ik leen uit tegen 7,5 tot 9,7 procent, meestal ook kleine bedragen, heb geen informatica die me desnoods uur per uur de debetrenten berekent en verdien toch mijn brood. Hoe kan dat dan ?” Ook Robert Geurts, adviseur consumentenbescherming op het kabinet van Economische Zaken heeft moeite met de dure debetintresten. ?De interbancaire rente ligt net iets boven de drie percent. Wij begrijpen dus niet goed waarom deze kredieten zo duur moeten blijven.”

De overheid heeft alvast een middel om de debetrenten naar beneden te halen : artikel 21 van de wet op het consumentenkrediet. Het bepaalt dat de maxima van het bewuste KB minstens om de zes maanden herzien moeten worden. Waarom dat het afgelopen jaar bij een constant en spectaculair dalende rente dan niet gebeurde ? Het antwoord blijkt even simpel als verbijsterend. Geurts : ?Ach, misschien zijn we een beetje lui. De minister (PS’er Elio Di Rupo) zou wellicht sneller moeten reageren, maar hoe gaat dat ? Bij een dalende rente dringt niemand aan op een herziening, ook de consumenten laten zich dan niet horen. Maar bij een stijgende rente, ja, dan staan de banken hier en masse op de stoep om de tarieven te verhogen.”

De adviseur belooft wel beterschap, want ?we onderhandelen nu met de banken om de percentages drastisch naar beneden te schroeven. Binnen twee weken moet een akkoord getekend zijn en vanaf april wordt dit krediet goedkoper.”

J.G.

Dure kredieten ? Reactie van Ekonomische Zaken : Misschien zijn we een beetje lui.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content