In ‘Hier woonde een ongekroonde koningin’ (Knack nr. 18) zegt Jeroen Brouwers over de collectieve dichtbundel Op hoop van liefde op bladzijde 103: ‘Met deze lyriek, te vroeg uit de oven, debuteerde ze in de heuse literatuur, althans in wat zij en de zes anderen zich bij heuse literatuur voorstelden. Geen van hun namen zijn vooralsnog in de letteren beklijfd, al heeft Lucrèce Van Hecke het tenminste nog tot de publicatie van twee dichtbundels gebracht.’ Eén der medeauteurs van Op hoop van liefde, Rudy Meganck, bracht reeds voordien de bundels Orchis (1969), gedenkboek voor de studenten van de Normaalschool Gent (1968-1969), Atrium Mortis (1974) en Ecce Homo (1982) uit. Ikzelf gaf onder mijn pseudoniem Frank Zonderland in 1987 in eigen beheer de dichtbundel Zodiac-Suite uit, kwatrijnen geïllustreerd met tekeningen van kunstenares Johanna Gevaert. Verder publiceerde Nicole Ledégen in 1994 bij ‘De Dilbeekse Cahiers’ de bundel Toen de vogelverschrikker sprak. In 2003 ten slotte debuteerde de erevoorzitter van Littera en de Schrijversakademie, Antoon Van den Broecke, met de bundel Belegen sereniteit. Verder gaf Littera, als opvolger van de Schrijversakademie Gent, ook reeds diverse collectieve bundels poëzie en korte verhalen uit, waaronder Het huiszielenproject (1999)’ en Ja dokter, nee dokter (2004), met publicaties van onder meer Rudy Meganck, Inge Demoen, Nicole Ledégen, Antoon Van den Broecke en mijzelf. Mij dunkt dat dit allerminst illustere onbekenden zijn in het literaire wereldje.

Op bladzijde 103-104 schrijft de heer Brouwers: ‘Hoe onmogelijk en onverdraaglijk ze ook was, niet te negeren viel het feit dat de vereniging kon blijven draaien dankzij door Lucrèce aangedragen financiën, waarmee de huur van het gezelligheidslokaal en sommige initiatieven werden betaald.’ De financiële rol van Lucrèce Van Hecke is hier schromelijk overdreven. Het enige dat hierover te vertellen valt, is het feit dat Lucrèce Van Hecke een lokaal huurde van de vzw Elckerlyc aan het Gewad 15 te Gent en dat zij op haar beurt dat lokaal onderverhuurde aan de vzw Schrijversakademie. Dit lokaal werd toen verhuurd aan 60.000 BEF of 1487,36 euro per jaar. Als compensatie kreeg Lucrèce 50 procent van de niet uit subsidies voortspruitende inkomsten van de vzw uitgekeerd, zodat zij op het einde van het boekjaar 1992 reeds 53.800 BEF of 1333,67 euro terugbetaald kreeg. Uit de boekhouding van die tijd blijkt overduidelijk dat alle initiatieven door het bestuur goedgekeurd door de vzw zelf werden gedragen. Wanneer Lucrèce echter initiatieven wou doorvoeren waar niet het gehele bestuur achter stond, spreekt het vanzelf dat ze daarvoor haar eigen middelen moest aanspreken.

Roland Vermeulen, Sas van Gent/Terneuzen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content