Na zijn studie woonde hij vier maanden in Tientsin, een stad met elf miljoen inwoners in de Volksrepubliek China. Geen toeval. ?Als student al droomde ik van internationaal management.” In de praktijk via de Flanders Gourmet Food Fair, die in samenwerking met de Vlaamse Dienst voor Buitenlandse Handel specifiek Vlaamse voedingsproducten in de Verenigde Staten wil promoten. In theorie via zijn scriptie over joint ventures met Hongarije.
Een van zijn promotoren een zakenman stuurde hem op stage naar China. Daar verkocht hij zogenaamde sandwichpanelen, waarmee zowel huizen als grote complexen kunnen worden geassembleerd. De nieuwe luchthaven van Peking, het Chinese paviljoen in Sevilla. Dat soort snelbouw biedt grote mogelijkheden in een land als China.
Een ervaring die telde. Een andere cultuur, een andere taal, een andere manier van denken. ?Niets is daar vanzelfsprekend. De infrastructuur die wij zo gewoon vinden een telefoon bijvoorbeeld haperde regelmatig. Alles loopt via contactpersonen die iemand kennen die iemand kent.” Geduld leerde hij er. Flexibel zijn. En eenzaam zijn.
Het Chinese experiment lukte en hij kreeg een baan aangeboden bij Altachem, een divisie van de ADS Group. ?Vol afwisseling. Ik heb dat nodig. Zo gauw een bepaalde structuur op poten staat, wordt het routine. Dan zoek ik iets anders.” Een uitdaging heet dat in zijn kringen.
Hij wil ?in evenwicht blijven”. Sporten bijvoorbeeld zwemmen, lopen, fietsen vindt hij belangrijk, voor zijn lichamelijke maar ook voor zijn geestelijke gezondheid. Maar er is meer dan voor jezelf zorgen. ?In mijn baan kom je altijd in contact met mensen uit dezelfde beroepssfeer. Je moet uit die cirkel breken.” Hij is lid van Rotaract, de jongerenorganisatie van Rotary. ?We willen ons sociaal engageren. Niet alleen door geld in te zamelen dat zou te gemakkelijk zijn maar ook door zelf de handen uit de mouwen te steken. We knappen, bijvoorbeeld, een opvangcentrum voor kansarme kinderen op. We herstellen serres waar oesterzwammen worden gekweekt. Daar kunnen werklozen tijdelijk aan het werk.” En zo hoor je ook eens ?andere mensen met andere inzichten aan het woord”. Bovendien hebben jonge ondernemers een verantwoordelijkheid tegenover de samenleving.
Die inzet hoeft niet per se via een politieke partij. Toch denkt hij regelmatig na over wat er nu gebeurt. De toekomst is natuurlijk niet voorspelbaar, maar achter ?de hoge spaarquote” zit toch vooral angst. Voor werkloosheid, voor morgen. Onzekerheid is het sleutelwoord.
De politiek moet daar eindelijk een antwoord op formuleren. ?Een gelouterde ideologie”, die rekening houdt met westerse waarden als solidariteit, eerlijkheid, loyauteit ?en christelijke naastenliefde”. Een ouderwets begrip voor een jonge man. ?In de Verenigde Staten wordt volop gediscussieerd over ondernemerschap en ethiek. Waarom moeten we wachten tot het van ginder overwaait ?”
De angst voor morgen en voor ?verlies van comfort” houdt veel jonge mensen in de greep. ?Geld is een middel om jezelf comfort te gunnen, om op reis te gaan”, maar geen doel op zich. Hij droomt van een eigen onderneming. Samen met andere mensen iets opbouwen, leiding geven, samen werken voor hetzelfde doel.
M.V.