Patrick Martens

De Vlaamse regeringsvorming zit in een budgettair keurslijf dat de onderhandelaars de adem lijkt af te snijden.

Vlaams formateur Yves Leterme (CD&V) neemt de tijd. Na een verkiezingscampagne waarin zijn partij op alle fronten afrekende met Paars en zichzelf aanprees als de enige waarborg voor degelijk en betrouwbaar bestuur, is het natuurlijk geen sinecure om christen-democraten, socialisten en liberalen snel op één lijn te brengen. Toch zouden de formatiegesprekken ‘in een open en rustige sfeer’ verlopen. Maar dit soort non-communicatie kan niet verhelen dat het niet echt opschiet met de onderhandelingen over de vorming van een nieuwe Vlaamse regering. In de CD&V-delegatie moet een aantal mensen nog het oppositie voeren afschudden en bij SP.A en VLD is het voor sommigen nog wennen dat ze niet meer als eerste aan zet zijn.

Na twee weken van aftasten en verkennen wordt de lijst van prioriteiten voor een nieuw Vlaams regeerakkoord alsmaar langer – en de opsomming in de oorspronkelijke informateursnota van Leterme wás al bijzonder uitgebreid. Zijn liberale en socialistische onderhandelingspartners verbazen er zich daarom over dat de formateur zich voortdurend beperkt tot ‘akte nemen van’, maar niet ja of nee zegt.

Het eerste en totnogtoe enige compromis van Leterme slaat op de begrotingsdiscipline van de nieuwe Vlaamse regering. Nog voor die aan de slag gaat, moet er een beslissing zijn over 150 miljoen euro structurele besparingen. Die zijn nodig om in 2004 het engagement voor de afbouw van de globale overheidsschuld na te komen en om de financiële armslag voor de komende jaren niet helemaal te hypothekeren. Die afspraak kwam tot stand in een waterval van adviezen – van de Vlaamse administratie, het Rekenhof, de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen, de Hoge Raad van Financiën. Dat wekt de indruk van een weinig transparante financiële huishouding. Over een aantal elementen is er nochtans geen discussie.

De Vlaamse begroting moet een overschot hebben en dat hééft ze ook. Alleen is er geen duidelijkheid over de omvang ervan in de komende periode. Anderzijds is dat overschot in de voorbije vijf jaar zo groot geweest dat de Vlaamse regering voor 2,3 miljard euro minder heeft uitgegeven dan ze eigenlijk mocht. Op die manier heeft ze weliswaar de Vlaamse overheidsschuld gehalveerd, maar tegelijk zijn dringende Vlaamse noden niet beantwoord én heeft de federale regering van Guy Verhofstadt (VLD) meer ruimte gekregen om communautair gekleurde en andere dossiers te deblokkeren.

Die eenzijdige inspanning van Vlaamse kant willen CD&V, SP.A en VLD niet voortzetten. Maar ook dan kunnen ze niet alles – van lastenverlagingen en het wegwerken van wachtlijsten, tot kosteloos onderwijs en dringende infrastructuurwerken – tegelijkertijd realiseren. Formateur Leterme moet dus beginnen met ’trancheren’. Anders dreigt de inschatting van een Vlaamse regeringsonderhandelaar uit te komen: ‘Het voorspel mag niet te lang duren, want dan slaat de verveling toe en ebt de zin weg om tot de daad over te gaan.’

Patrick Martens

Liberalen en socialisten verbazen er zich over dat Leterme niet ja of nee zegt.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content