Hubert van Humbeeck

De vaandeldragers van de paars-groene coalitie, premier Guy Verhofstadt (VLD) en zijn minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke (SP), spraken vorige week allebei in Nederland. Verhofstadt was geïnviteerd door de Sociëteit De Witte in Den Haag, Vandenbroucke hield de prestigieuze Den Uyllezing in Amsterdam. Dat is opmerkelijk: tot voor kort werden Nederlandse politici gevraagd om hun model bij ons te komen uitleggen.

Ze hadden het voor hun gehoor beiden over het nieuwe wonderwoord in de Belgische politiek: de actieve welvaartsstaat. Vandenbroucke introduceerde het bij zijn terugkeer uit Oxford in het Brusselse spraakgebruik; Verhofstadt nam het over in zijn discours omdat het zo nauw aansluit bij wat hem voor ogen staat. Enkele jaren ouder en wijzer vonden twee gedoodverfde rivalen elkaar rond de onderhandelingstafel voor een nieuwe regering rond een begrip, dat meteen de kern werd van het beleid dat ze willen voeren. Meer: ze zijn er allebei hartstochtelijk van overtuigd dat het absoluut noodzakelijk is om de toekomst van België in Europa en van Europa in de wereld te verzekeren.

Voor wie het nog niet voldoende onder de knie heeft, een kleine toelichting. De idee van de actieve welvaartsstaat omvat een heel programma, en is tegelijk zeer eenvoudig: als er meer mensen werken, is dat niet alleen goed voor hen maar ook voor de hele samenleving – natuurlijk niet het minst voor de sociale zekerheid. Om Verhofstadt te citeren: het is een model dat geen tegenstelling meer ziet tussen economische groei en sociale bescherming. In het evenwicht tussen die twee factoren ligt de ziel van paars besloten.

De twee protagonisten hebben het midden van de brug die tussen hen is geslagen nog niet bereikt, ze vertellen eenzelfde verhaal maar niet precies hetzelfde. De kloof die hen scheidde was per slot van rekening diep. Voor de premier past de actieve welvaartsstaat in zijn totaalproject voor een nieuwe samenleving die niet aan de vrije markt alleen mag worden overgelaten – want die wordt dan een karikatuur van het liberalisme. De minister van Sociale Zaken legt de nadruk op het gelijkheidsprincipe en verwacht dat het model kansen zal geven aan wie er geen heeft. Het sleutelwoord luidt bij hem: participatie, en de markt is een middel om die te bevorderen.

Zonder dat ze het met zoveel woorden zeggen, is de actieve welvaartsstaat ook een poging tot antwoord op de zorg over de manier waarop de wereldeconomie zich het voorbije decennium heeft ontwikkeld tot een zevenkoppige draak waarop niemand nog vat heeft – de politiek nog het minst van al. De botsing van gedachten tijdens de mislukte conferentie van de Wereldhandelsorganisatie in Seattle was daarvoor tekenend. De vrijhandel die de machtige Verenigde Staten voorstaan, is een doel op zichzelf geworden en niet meer een manier om de welstand van de planeet te verhogen. De vrije markt werd er als het ware verheven tot een ideologie.

De kommer die daarover heerst, komt onder meer tot uiting in het betoog van Frank Vandenbroucke, die in het kader van de actieve welvaartsstaat pleit voor een ontspannen arbeidsmarkt. Het model is er niet mee gediend als werknemers op hun vijftigste leeggeknepen naar hun pensioen verlangen. De economie moet niet alleen op het globale letten, maar ook op het kleine, het individuele – op de mens. Overigens, van paars gesproken: een verbetering van de “kwaliteit van het leven” stond voor 13 juni vooraan in het programma van de CVP.

Een belangrijk ziekenhuis in Brussel sloot vorige week noodgedwongen een deel van zijn afdeling intensieve zorgen bij gebrek aan verplegend personeel: bezweken aan stress en werkdruk. Dat is nu misschien nog een incident, maar het zal straks gebeuren in scholen, sociale instellingen, postkantoren, enzoverder. De actieve welvaartsstaat moet niet alleen mensen aan het werk zetten, maar de omstandigheden waarin dat werk wordt uitgeoefend ook draaglijk maken.

Guy Verhofstadt van zijn kant, zegt het zo: de Weltmarkt is er al, de Weltgeist moet nog komen. Economie en politiek moeten weer aansluiting vinden bij elkaar. Voor de liberaal die hij is, vormt dat niet helemaal een prettig vooruitzicht: er zullen daarvoor regels moeten worden afgesproken en opgelegd. Over niet langer dan een jaar of twee weten we of het model alvast in België een kans maakt.

De directie en de redactie van Knack wensen u en wie u lief is ondertussen prettige feesten en een stralend 2000.

Hubert van Humbeeck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content