Het geheimzinnige genoom

BCL (GEORG TREMMEL, SHIHO FUKUHARA) 'Common Flowers, Flower CommonS', 2009. © KRISTOF VRANCKEN/Z33

De natuur naar hun hand zetten, dat deden kunstenaars al in de grotten van de prehistorie. Met synthetische biologie kunnen ze haar nu ook zelf ontwerpen. De Bio-art staat gouden dagen te wachten.

Makoto Azuma is een gevierd kunstenaar en florist in Japan. Hij ontwerpt voor de modewereld en heeft een wekelijkse tv-show. Van ikebana – bloemschikken – naar de kunst is maar een stapje, als het al eentje is. ‘Hij heeft zelf een eigen bloemenwinkel waar geen enkele bloem in staat’ zegt Karen Verschooren, curator bij het Huis voor actuele kunst Z33 in Hasselt. ‘Je komt binnen, er wordt gepraat over een concept en het resultaat wordt thuis afgeleverd.’ Azuma is de star van Verschoorens show Alter Nature: We Can in Z 33. Ze bestelde bij hem een nieuwe installatie, Frozen Pine.

Een dwergboomje, een bonsai, werd met een vriesmiddel bespoten en in een doorzichtige koelkast gestopt. Het boompje is eraan. Naarmate het zijn kleur verliest, verandert het in een ijssculptuur. Een brutaal voorbeeld van het opofferen van natuur op het altaar van de schoonheid, ware het niet dat de bonsai op zichzelf al een door kunstwil getransformeerd stukje natuur is. Dat weet Azuma ook wel, en hij laat dat met Shiki 1 ter plekke zien. Een hangende bonsai, als gekruisigd in een metalen frame, toont zich in zijn naakte staat van kunstproduct – wortels en takken gesnoeid, vreemde vergroeiingen vertonend.

Als kunst van natuurmanipulatie heeft bonsai een eerbiedwaardige stamboom. Maar ruimer bekeken is de kunstenaar al sinds de prehistorie bezig om natuur te verplaatsen en te veranderen. Met het afbeelden in zijn grot van de dagelijkse jacht, trok de oermens het buitenbestaan binnen zijn habitat. Monet en de impressionisten componeerden in hun tuin met zorgvuldig uitgezochte stukjes wilde natuur een paradijs – half natuurlijk, half kunstmatig. Ze volgden de ontwikkelingen in de horticultuur en waren er als de kippen bij om nieuwe hybriden (waaronder een schitterende rode dahlia) te kweken en uiteraard ook te schilderen.

Alter Nature: We Can begint met enkele hedendaagse uitlopers van de kunst van natuurverplaatsing om esthetische redenen. Er echt in geloven, doen kunstenaars niet meer. De Secret Garden van Hans Op de Beeck bevat nog wel een plas met waterlelies zoals Monet er een had in Giverny, met een boompje en een bankje erbij. Maar Op de Beecks voorstadstuintje is duister, kaal, grijs ommuurd en in feite opgetrokken in bordkarton. Slechts ogenschijnlijk idyllischer oogt het eilandje dat de Fin Antii Laitinen op eigen kracht met zandzakjes in zee realiseerde. Video’s tonen hoe vergeefs de hele onderneming wel is. De Amerikaan Mark Dion hecht geen geloof meer aan een gelukkige kruisbestuiving tussen cultuur en natuur. Het meest sprekende symbool van de wilde natuur, de wolf, heeft hij als decorstuk geposteerd op een aanhangwagentje, een Mobile Wilderness Unit – Wolf. Het dier recht in de ogen kijken, blijft niettemin tamelijk schrikachtig.

Geen nood, sinds de mens genetisch kan manipuleren, kan hij de natuur zo verfraaien als hem goeddunkt. Alweer de Japanners namen hier het voortouw, toen Sintori het patentrecht verwierf op de eerste genetisch gemanipuleerde anjer. Door de inbreng van het gen van een petunia sieren voortaan paarsblauwe anjers menig bruidsboeket. Dat bracht het Oostenrijks-Japanse kunstenaarsduo BCL – Georg Tremmel en Shiho Fukuhara – op ideeën. Stekken van de nieuwe anjers staken ze in potjes met voedingsstoffen, zodat ze ook zelf een boeket Common Flowers kunnen samenstellen. In een filmpje suggereren ze dat ze met eigen kweek de door de Japanners geprivatiseerde bloem al de vrijheid gunden in een bosrijke omgeving in Duitsland ( bio-piracy), onder de nieuwe naam Flower Commons. Juridisch werken ze zich hiermee zeker in een grijze zone.

Bio-hacking

‘Dat deel van het verhaal mogen ze eigenlijk niet doen’, vreest Karen Verschooren. ‘De bloemen die we hier opkweken, mogen we zeker niet in de tuin gaan planten.’ Het advies van de controleorganisatie Bio-Safety was niet mis te verstaan. Maar daarmee zijn de vragen over de eigendom van gemanipuleerd bloemmateriaal nog niet de wereld uit. ‘Stel u voor dat iemand op een andere manier dan met de inbreng van het gen van een petunia de witte anjer blauw weet te maken, en dat vrij op de markt brengt. Hoe zal de wetgever daarmee omgaan?’ Ook BCL zelf is nog niet uitgevraagd. In een filmpje op het internet speculeren ze over een nieuwe genetische manipulatie, die van de blauwe opnieuw een witte anjer zou maken ( bio-hacking). Is er dan sprake van een dubbele genetische manipulatie, of is het hele proces dan ongedaan gemaakt?

BCL zoekt zinvolle verbindingen tussen biologische en culturele codes. ‘Daarmee spelen ze in op de manier waarop mensen met elkaar omgaan, zoals hun drang om iets substantieels over te houden van een dierbare die gestorven is’, zegt Karen Verschooren. Met het werk Biopresence stellen ze voor om het DNA van overledenen in te planten in bomen. In plaats van een gewoon graf ontstaat zo ‘een fysieke plaats die je ook kan omhelzen. Je kunt er een band mee creëren omdat het ook een soort levend wezen is.’ Met behulp van biologische capsules let BCL erop dat het DNA van de dierbare zich niet vermengt met het DNA van de boom. Critici achten het verschil met een doodskist dan eigenlijk onbestaande. Alleszins een subtiele vorm van bio-art.

De kunstenaar kan sinds kort meer dan de natuur verplaatsen en veranderen. Dankzij de synthetische biologie kan hij al beginnen met haar zelf te ontwerpen. In mei vorig jaar slaagde bioloog Craig Venter in de synthetische productie van het genoom, dat is de volledige genetische code, van een bacterie. Hij plantte ze in bij een bacterie van dezelfde groep, die hij vervolgens tot leven bracht. Een en ander maakt dat de classificatie in de biologie herzien moet worden en vermeerderd met een categorie synthetica, suggereert ontwerpster Daisy Ginsburg. ‘DNA-materiaal waaruit levende wezens bestaan kun je helemaal in kaart brengen en lezen, en daardoor kun je van die fysieke materie ook digitale informatie maken,’ zegt Verschooren. ‘Je kunt de letters A, T, G en C van de genetische code in je computer stoppen. Als je die in de juiste volgorde herschrijft, kun je er een synthetische DNA-string van maken, en dus van die digitale informatie opnieuw fysieke materie maken.’

Beoefenaars van de bio-art staan boeiende dagen te wachten. Alter Nature: We Can voert de in Chicago werkzame Braziliaan Eduardo Kac op, bedenker van een transgeen fluorescerend konijn. In Hasselt stelt hij het werk Cypher voor, een doordenkertje, ontraadseld door Verschooren: ‘Hij zette een gedicht om in de letters A, T, C en G, maakte er een synthetische DNA-string van en voegde die in een bestaande bacterie in. Die bacterie vermenigvuldigt zich, zoals bacteriën doen. Alleen dragen ze een gedicht van Eduardo Kac in zich.’

Voor het slotakkoord zorgt de in Londen werkzame ontwerper David Benqué. Hij maakt dan ook zowel gebruik van enten, selectieve kweekmethodes, genetische manipulatie als van synthetische biologie, om aan bloemen en planten bepaalde geluiden te ontlokken. Althans, dat is het plan, want het project Acoustic Botany zit alsnog in een puur speculatieve fase. Weinigen twijfelen eraan dat een tuin om naar te luisteren weldra ook werkelijkheid zal worden. Karen Verschooren gelooft er rotsvast in: ‘Er is nu ontdekt dat genetisch gemanipuleerde maïs geluid maakt, omdat hij zo snel groeit. Bamboe ook.’

VOLLEDIG PROGRAMMA ‘ALTER NATURE’ PROJECT’: WWW.ALTER-NATURE.BE./ ZIE OOK WWW.KNACK.BE/CULTUUR

DOOR JAN BRAET

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content