Woensdag. Ge moogt het draaien en keren gelijk ge wilt : tempora labuntur, tacitisque senescimus annis ! Indertijd, toen Dewael en ik alletwee in ’t gouvernement zaten hij in ’t Vlaamse en ik in ’t echte kwinkslaagde ik eens tegen hem : “Kent gij het verschil tussen een minister van Verkeer en een minister van Kultuur ? ” Hij antwoordde natuurlijk niet, want hij verwachtte een steek onder de waterspiegel. “Wel”, zei ik, “een minister van Verkeer heeft kultuur. ” Ik moest daaraan terugmijmeren toen ik een brief in de bus vond van meneer De Haas van de uitgeverij Halewych die vroeg of het geen gedacht zou zijn om mijn journaalnota’s eens te bloemstaven, zo met een schoon leeslintje. En hij vroeg of ik hem kon verklappen welke redakteur van Knack mijn negerke is. Die mens kent precies ook niet veel van letterkundigheid, want het is niet omdat hij straks een boek van Louis Tobback uitgeeft dat door een negerke geschreven is, en omdat een reporter van Dag Allemaal de pen gehouden heeft voor “De warme hand” van onze toekomstige ondervoorzitter, dat alleman analfabetisch is. Ik zal meneer De Haas bij gelegenheid eens vragen welk negerke feitelijk het Burgermanifest geschreven heeft, want dat is ook bij hem gedrukt. Ik heb daar zo mijn gedacht van, meer ga ik daar niet over zeggen.

Donderdag. Als ik de gedachtenenquêtes mag geloven, moet ik voor het voorzitterskap de warme ademtocht van Ambitiorix in mijn nek gevoelen. Pertang staat er in onze partij een zware boete op het geloven van gedachtenenquêtes.

Vrijdag. Over die onderzoekingen gesproken : Basiel liet mij een studie van de universiteit van Adelaïde lezen over de invloed van sierbeharing op de kredibiliteit van politici. Het schijnt dat hoe minder sierbeharing een mens heeft, hoe meer vertrouwen hij inboezemt. Aan mijn voorkeurstemmen heb ik dat in ieder geval nog nooit gemerkt. Ge moet natuurlijk niet overdrijven zoals die burgemeester Denert van Kruibeke die bij ons wilde komen helpen verruimen, maar ik zeg altijd : in medio virtus.

Zaterdag. Vanmorgen opgestaan met writer’s block. De eerste keer dat ik dat voor heb. Binst dat ik iedere dag mijn dagboek schrijf beginnen ze in ditzelfde blad met een Kroonraad, waar God en klein Pierke in zitten, maar bepaalde mensen over het hoofd worden gezien. Ik noem geen namen, en ik ga zeker mezelf niet in de etalage van de porseleinwinkel zetten, maar er zijn toch politici die het meer waard zijn om daarin hun gedacht te zeggen dan Mark Eyskens. In het septembernummer van onze (?) Burgerkrant las ik een stukske van Armand Beyens over het profiel van ons nieuwe opperhoofd (sic !). “Hij wordt iedere dag voor lunch en diner uitgenodigd, maar laat zich nooit de rekening in zijn pollen stoppen. ” Het zal wel guitig bedoeld zijn en ik heb altijd Gods zon in het water van de akker kunnen zien lopen, maar enfin. Ge zoudt er toch uw courage bij verliezen als ge ziet dat de antipolitiek nu al tot in de Melsensstraat is doorgedrongen.

Zondag. Na een deugddoende ommegang door de beemden van Horebeke en Elst (Fleur stond hevig, dus vandaag maar eens Voyageur van stal gehaald) uit de stijgbeugels gestapt met het gevoel : alea iacta est. De dictafoon gepakt en gezegd : Vierde brief van Herman De Croo aan de VLD-verkozenen. “Beste medewurgers. Proficiat met uw keuze. ” Nog even wachten om de brief te versturen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content