Gezocht: een job voor 60.000 allochtonen

EWALD PIRONET is senior writer van Knack

De werkloosheid daalt snel in Vlaanderen, maar ze neemt toe bij de allochtonen. En ook de vluchtelingen vinden nauwelijks werk. Als daar niets aan wordt gedaan, dreigt een ramp.

Wat heeft het leven eigenlijk voor zin? Aan het eind van zijn Candide ou l’optimisme (1759) geeft Voltaire een antwoord. Candide bevindt zich dan met twee vrienden in Constantinopel en ze komen er niet uit, tot ze bij een wijze Turk op bezoek gaan. Hij geniet van zijn werk op zijn lapje grond en is ervan overtuigd: ‘De arbeid beschermt ons tegen drie rampen: verveling, ondeugd en armoede.’ Dat zet Candide en zijn vrienden aan het denken: er valt iets aan je situatie te verhelpen, wanneer je kunt werken. Steeds vaker wordt tegenwoordig gezegd dat arbeid ons van nog twee andere rampen bevrijdt: sociaal isolement en psychische problemen. Arbeid geeft het leven zin.

Dat in Vlaanderen steeds meer mensen aan de slag zijn, is dan ook heuglijk nieuws. Sinds midden vorig jaar daalt de werkloosheid en ze daalt steeds sneller. Eind oktober waren er 220.920 werkzoekenden ingeschreven bij de Vlaamse arbeidsbemiddelingsdienst VDBA. Dat zijn er zo’n 9100 of 4 procent minder dan in oktober vorig jaar. Tussen 2012 en 2015 steeg het aantal werklozen voortdurend, dus we kunnen spreken van een belangrijke kentering op de arbeidsmarkt.

Om die omslag te verklaren, wordt meestal de verbeterde economische conjunctuur aangehaald. In de meeste Europese landen vermindert de werkloosheid. In ons land verwijzen de regeringspartijen ook graag naar de taxshift, de verschuiving van de belastingen op arbeid naar belastingen op vervuiling, consumptie en vermogen, met als gevolg dat de loonkosten voor de bedrijven daalden. En een daling van de loonkosten geeft aanleiding tot nieuwe banen, zo luidt een economische wetmatigheid.

Sinds twee maanden is er zelfs een daling vast te stellen van het aantal langdurig werklozen: in oktober met 1,3 procent in vergelijking met een jaar eerder. Dat neemt niet weg dat in Vlaanderen nog steeds 66.700 mensen al meer dan twee jaar zonder werk zitten. En hoe langer je zonder werk zit, hoe moeilijker het wordt om een job te vinden, dat is een andere economische wetmatigheid.

In vergelijking met andere Europese landen presteert België niet goed als gekeken wordt naar de overgang van werkloosheid naar werk: amper 20 procent van de werklozen in ons land heeft na één jaar werk gevonden, tegen 25 procent in Duitsland, 31 procent in Frankrijk en meer dan 40 procent in Denemarken en Zweden – landen waar de algemene economische situatie vergelijkbaar is met die in ons land. Een sterker activerings- en begeleidingsbeleid, meer controle of de werklozen echt wel werk zoeken en een geleidelijke daling van de werkloosheidsuitkeringen moeten daar beterschap in brengen.

Er zijn ook grote verschillen in werkloosheidsgraad tussen Vlaanderen (5 procent), Wallonië (12 procent) en Brussel (17 procent). De provincie Antwerpen heeft met 6 procent de hoogste werkloosheidsgraad in het noorden van het land, Waals-Brabant met 8 procent de laagste in het zuiden. De verschillen tussen aangrenzende provincies zijn stuitend: 6 procent werkloosheid in Limburg, 13 procent in Luik; 4 procent in West- en Oost-Vlaanderen, 13 procent in Henegouwen. De vacatures die de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling de voorbije jaren ontvingen, stegen in Vlaanderen. In Wallonië liepen ze terug. Bezuiden de taalgrens is en blijft de werkgelegenheid vaak een drama.

Niet dat in Vlaanderen alles gesmeerd loopt: de werkloosheid bij allochtonen blijft stijgen. Bijna 60.000 mensen die niet in België zijn geboren en in Vlaanderen leven, waren eind oktober werkloos. Dat zijn er 0,7 procent meer dan vorig jaar. Vorige week bleek uit een rapport van denktank Itinera ook dat de vluchtelingen in ons land nauwelijks werk vinden, vooral omdat hun opleidingsniveau lager ligt dan verwacht.

Een wondermiddel om meer allochtonen en vluchtelingen aan het werk te krijgen, is er niet. Er moet op vele fronten tegelijkertijd strijd worden geleverd, door iedereen: beleidsmakers, VDAB, OCMW’s, onderwijs, buurtwerking en de werklozen zelf. Dat wordt niet makkelijk, maar dat heeft ook niemand ooit beweerd. We moeten de vluchtelingen en andere allochtonen met alle middelen aan het werk helpen, zodat ze niet vervallen in verveling, ondeugd, armoede, sociaal isolement en psychische problemen. Want dat zou niet alleen voor hen rampzalig zijn, maar voor de hele samenleving.

Amper 20 procent van de werklozen in België heeft na één jaar werk gevonden. In Zweden is dat ruim 40 procent.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content