Geert Noels: ‘Nood aan wervend toekomstproject’

GEERT NOELS 'We moeten even door de woestijn, maar we trekken naar het beloofde land.' © Wouter Van Vooren/Imagedesk

‘Deze verkiezingen zouden het ideale moment moeten zijn om een aantrekkelijk project voor de volgende decennia te schetsen: welke samenleving willen we over tien à twintig jaar? Dat is essentieel, want de volgende regering zal een aantal pijnlijke maatregelen moeten nemen. Dat kun je alleen maar doen als je de mensen ook zegt waaróm je die moet nemen. Pijnlijke maatregelen en een aantrekkelijk toekomstbeeld gaan hand in hand: we moeten even door de woestijn, maar we trekken naar het beloofde land. Maar in deze verkiezingsstrijd is er noch voor die pijnlijke maatregelen, noch voor de toekomstige samenleving veel aandacht.

‘Als je veel politici bezig hoort, lijkt het wel alsof er geen fundamentele, ingrijpende maatregelen nodig zijn om onze welvaart te behouden en onze samenleving te moderniseren. Het is jammer dat ze niet de moed hebben om de bevolking duidelijk te maken dat een aantal werven tegelijkertijd moeten worden aangepakt, zoals het opdrijven van onze concurrentiekracht, een moderne fiscaliteit, en de gezondmaking van de overheidsfinanciën. En die drie beïnvloeden elkaar.

‘Heel lang is beweerd dat er geen probleem was met onze concurrentiekracht, dat onze economie op het wereldtoneel best kon wedijveren met die van veel andere landen. Gezien de vele grote bedrijfssluitingen hoop ik dat iedereen ondertussen door heeft dat onze concurrentiekracht wel een probleem is en onze loonkosten een grote handicap vormen. De lasten op arbeid zijn te hoog, daar moet iets aan gedaan worden willen we competitief blijven.

Te duur levenseinde

‘Zo kom je automatisch bij de fiscaliteit, waar de overeenstemming groeit dat die eenvoudiger moet, met als uitgangspunt dat iedereen zijn of haar eerlijke deel van de belastingen betaalt. Dat betekent dat de belastingen zullen moeten verschuiven, want die op arbeid liggen te hoog. En dat we niet alleen moeten nadenken over de overheidsinkomsten, maar ook over de overheidsuitgaven. Fundamentele debatten worden daarover niet gevoerd, wel worden er veel ad-hocmaatregelen voorgesteld die de zaken alleen maar complexer maken.

‘De fiscaliteit brengt je zo bij de overheidsfinanciën. Om onze begroting in evenwicht te brengen, moet er nog 3 procent van het bruto binnenlands product gesaneerd worden. Die laatste 3 procent wegwerken – wat neerkomt op voor pakweg 12 miljard euro saneren – is het moeilijkste deel van de hele weg. Komt daarbij dat de vergrijzingskosten veel meer geld opslorpten dan altijd was ingeschat. Daarover wordt nu zedig gezwegen, maar onze vergrijzingskosten ontsporen. Dat kunnen we niet blijven volhouden, maar wat gaan we eraan doen?

‘In andere landen wordt er wél gediscussieerd over de stijging van de medische kosten. Hoever willen we gaan met medische spitstechnologie om het leven een paar weken of maanden te rekken? Wat kost ons dat? Wat is nog betaalbaar? Een soortgelijke discussie zou er ook moeten zijn over de pensioenen. Het wettelijk pensioen ligt in België over het algemeen zeer laag, maar de overheidspensioenen zijn ontspoord. Is dat houdbaar? Kunnen we ons dat nog wel financieel en maatschappelijk veroorloven? Er is geen enkele partij die de moed heeft om die vragen te stellen. Je hoort er niets over, want dan heb je het natuurlijk over een heel grote groep kiezers.

Wat wil Vlaanderen?

‘En dan zitten we voor een overheid die zo veel schulden heeft als België nog in een gelukzalige periode, want de rente staat historisch laag en dus kunnen we uiterst goedkoop geld lenen. Maar wat als de rente over enkele jaren weer naar een normaal peil klimt? Dat zal ons extra miljarden kosten. België is dus zeer kwetsbaar voor een normalisering van de rente, ik weet zelfs niet of we dat zullen overleven – maar wie heeft daar aandacht voor?

‘Het is dan ook een grote gemiste kans dat men in de aanloop van deze verkiezingen niet heeft uitgelegd dat de volgende vijf jaar pijnlijke maatregelen moeten worden genomen, als we tenminste groter onheil op langere termijn willen voorkomen. En dat met een wervend toekomstbeeld, waarmee we jongeren enthousiast kunnen maken. Want we moeten meer aandacht hebben voor de intergenerationele solidariteit, de solidariteit tussen jongeren en ouderen. Er zijn vroeger, vooral onder de paarse regeringen, beloftes gedaan die nu een zware last op de schouders van de jongeren leggen en die onhoudbaar zijn. De productiewinsten die de jongeren dankzij een betere scholing en hard werken realiseren, worden niet in koopkracht omgezet, maar moeten worden afgedragen om de vergrijzing te betalen. Dat is een weinig wervend toekomstproject.

‘In de aanloop van de verkiezingen wordt er ook nauwelijks gesproken over Vlaanderen, dat toch meer bevoegdheden kreeg. Dit is een uitgelezen moment om na te gaan waar Vlaanderen bijvoorbeeld met zijn onderwijs naartoe wil, want dat is een van de belangrijkste hefbomen van een regio. Ik hoor daar niets over. Over Europese thema’s geldt hetzelfde: we hebben de eurocrisis gehad, maar hoort u iets over het subsidiebeleid, het landbouwbeleid, de uitbouw van Europa, het onderscheid tussen Noord- en Zuid-Europa? Hoe wil men dan dat de mensen zich betrokken voelen bij het Europese project? Op Belgisch, Vlaams en Europees vlak mis ik dus een wervend toekomstproject. En zonder hoop kan een mens niet leven.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content