Een ramp komt nooit alleen

Een militielid van Al-Shahaab houdt betogers in bedwang die protesteren tegen de inval van Keniaanse soldaten. © ISMAIL TAXTA / REUTERS

Keniaanse troepen vallen Somalië binnen.

Honderd dagen nadat de Verenigde Naties formeel verklaarden dat er in het midden en het zuiden van Somalië hongersnood heerst, waarschuwen hulpverleners voor de gevolgen van de toenemende militaire spanningen in de Hoorn van Afrika. Duizenden Keniaanse soldaten vielen vorige week Somalië binnen om daar de strijd aan te gaan met de islamistische rebellenbeweging Al-Shahaab, die ervan verdacht wordt nauwe banden te onderhouden met Al-Qaeda. Voor het eerst sinds het in 1963 onafhankelijk werd, voert Kenia oorlog buiten zijn eigen grenzen.

De Amerikanen houden vol dat het offensief hen heeft verrast, maar erg aannemelijk is dat niet. Er zijn aanwijzingen dat een aantal van de raketten die werden afgevuurd op de Somalische mangrovemoerassen waar de rebellen zich schuilhouden, afkomstig was van Amerikaanse drones of onderzeeërs. En Frankrijk zou posities van Al-Shahaab bij de Somalische havenstad Kismayo hebben gebombardeerd. De Fransen zijn razend over de dood van een gehandicapte Franse vrouw, die in Kenia door piraten werd gekidnapt en vervolgens in Somalië om het leven gebracht.

Kenia wil zo snel mogelijk afrekenen met Al-Shahaab. Maar het neemt een groot risico. Niemand weet hoe gedisciplineerd het Keniaanse leger is: in eigen land is het beschuldigd van de schending van mensenrechten en het heeft de reputatie door en door corrupt te zijn. Het is weinig waarschijnlijk dat het door de Somalische bevolking met open armen zal worden ontvangen. Bovendien heeft de zware regenval van de voorbije weken veel wegen in het zuiden van Somalië onberijdbaar gemaakt. Zelfs luchtsteun zal niet kunnen voorkomen dat de Keniaanse linies worden afgesneden.

Als Kenia Al-Shahaab op Somalisch grondgebied treft, kunnen de jihadisten natuurlijk ook terugslaan met zelfmoordaanslagen in Kenia. Die campagne lijkt al begonnen: op 24 oktober vielen bij twee granaataanvallen in de Keniaanse hoofdstad Nairobi een dode en tientallen gewonden. Bij de Kenianen zit de schrik er goed in. Etnische Somaliërs – onder wie twee miljoen Keniaanse staatsburgers – krijgen steeds meer pesterijen te verduren. En de Keniaanse toeristenindustrie, een van de voornaamste inkomstenbronnen van het land, heeft zwaar te lijden onder de recente ontvoeringen van buitenlanders.

Ook de vluchtelingenstroom uit Somalië blijft de Keniaanse regering zorgen baren. In het Keniaanse Dadaab is het grootste opvangkamp ter wereld ingericht. Maar Kenia kan de toevloed van vluchtelingen niet meer aan en wil daarom aan de grens met Somalië een bufferzone creëren. Te midden van alle wapengekletter slaan internationale hulporganisaties intussen alarm: volgens Oxfam dreigt de komende weken voor 750.000 Somaliërs de hongerdood.

© The Economist

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content