‘DEZE DUIVELS ZIJN MANNEN UIT ÉÉN STUK’

EDEN HAZARD (MET NIGEL DE JONG, NEDERLAND) 'De fans lezen dat de buitenlandse pers niet uitgepraat raakt over onze Belgen in de Premier League, dan hopen ze op een grote nationale ploeg.' © KOEN VAN WEEL/IMAGE GLOBE

Nu is het wel ‘voor echt’: de kwalificaties voor de wereldbeker in Brazilië in 2014 beginnen. Vrijdag spelen de Rode Duivels in Wales, dinsdag op de Heizel tegen Kroatië.

Hossend trokken Belgische fans de nacht in na de gewonnen derby der Lage Landen. Het was een avond waarin er moest en zou gefeest worden; zelfs bij 0-0 gingen er polonaises rond in de Belgische supportersvakken. Na de verdiende 4-2 stond er helemaal geen maat op de euforie. Ongepast? De Nederlandse voetbalanalist Arno Vermeulen vond alvast van wel. Zondag na de interland zei Vermeulen in het Nederlandse praatprogramma Studio Voetbal dat ‘die Belgen een mentaal probleem hebben, te zien aan hoe onvolwassen ze met een overwinning in een vriendschappelijke wedstrijd omgaan’.

Steven Martens, sinds goed een jaar secretaris-generaal van de Belgische voetbalbond, lacht eens met die opmerking. Uiteraard gaan de Nederlanders dat verlies kapotrelativeren, zegt hij, al was het uit zelfbescherming. ‘Ze verliezen niet graag van Belgen, en zeker niet op deze manier. Want ’t is niet dat we hen met catenaccio verslagen hebben, nee, het was met dominant voetbal. Nederlands voetbal, zou ik bijna zeggen. Toch mag ik de sceptici ook niet helemaal ongelijk geven: het was inderdaad maar een vriendenmatch. Het was nog niet voor echt.’

En dat is het de komende dagen wel. Vrijdag geeft België Wales partij in Cardiff, dinsdag volgt in Brussel de cruciale thuiswedstrijd tegen Kroatië.

Welke conclusies mogen we dan wel trekken uit de vriendschappelijke wedstrijd tegen Nederland?

Steven Martens: Wel, je voetbalt toch tegen een van de beste ploegen ter wereld en je doet vlot mee. Je bent dus zelfs tegen zo’n ploeg niet bij voorbaat kansloos, zeker niet. Je hebt de mentale weerbaarheid om terug te komen na een achterstand. En je hangt niet af van één speler, er zijn er meer die het verschil kunnen maken. Dat zijn veel positieve elementen.

Ik denk dat we voorzichtig kunnen besluiten dat dit niet meer de ploeg van de vorige kwalificatiecampagne is. Toen stonden een paar sleutelspelers nog niet op het niveau dat ze nu hebben. Dat heeft ook wel tot gevolg dat het verwachtingspatroon zal stijgen en dat de ploeg daarmee om zal moeten kunnen. Oké, dat is dus de volgende uitdaging.

Wat ik ook onthoud uit de match tegen Nederland is dat de oproep van de spelers om de band met de supporters te versterken enorm goed werd opgevolgd. Het stadion kleurde rood en het publiek was enthousiast op een manier die we in België niet gewend zijn. Dat is waar we naartoe willen. Op termijn willen we een supporterslegioen creëren waarvan tegenstanders zeggen: ‘Oei, de Belgen zijn daar.’ Want fans kunnen mee het verschil maken, ze kunnen een ploeg over de streep trekken.

Die supportersactie, ‘Kleur België rood’, was opmerkelijk. Zien we daar de hand van de nieuwe secretaris-generaal?

Martens: Ja en nee. Er was bij de spelers de bereidheid dit te doen en daar begint alles mee. Het management heeft dat opgepikt en uitgespeeld.

Het is nu goed uitgedraaid, maar zo’n actie is wel een risico. Een publiek kan ook snel cynisch worden. Eén misstap, gelijkspelen in Wales bijvoorbeeld, en die Duivelsuitdagingen worden weggelachen.

Martens: Als je in conversatie gaat met de massa, gebeuren er altijd zaken die je niet voorziet. Onze ambitie is dat de Duivels zich meer gedragen voelen als het goed gaat, en ook nog respect krijgen als ze niet winnen. Maar het kan ook tegenvallen, daar houden we zeker rekening mee.

Supportersacties zijn mooi, ze verhogen de betrokkenheid, maar we mogen één ding niet vergeten: uiteindelijk is het de ploeg die speelt. Al de anderen daaromheen kunnen hun gedacht zeggen, kunnen supporteren of cynisch worden, maar aan het eind van de dag zullen zij het verschil niet maken op het veld. En ik geloof dat het team sterk genoeg is om tegenslagen te boven te komen. Want deze Duivels hebben karakter, hè. Neem Vincent Kompany, neem Thomas Vermaelen, neem de bondscoach zelf: dat zijn persoonlijkheden, mannen uit één stuk. Hun weerbaarheid zal uiteindelijk weerspiegeld worden bij de fans. Nee, zelfs als we punten laten tegen Wales is het heus niet voorbij. Tenzij we zelf het tegendeel gaan geloven.

Het publiek snakt als nooit tevoren naar succes.

Martens: Dat is begrijpelijk. De fans lezen ook dat de buitenlandse pers niet uitgepraat raakt over onze Belgen in de Premier League, dat we twee kapiteins hebben bij de grootste topclubs, dat Eden Hazard de nieuwe wonderboy is bij de winnaar van de Champions League en dat Moussa Dembele en Marouane Fellaini talk of the town zijn aan de andere kant van het Kanaal. Natuurlijk hoop je dan als supporter: misschien zit er weer een grote nationale ploeg aan te komen.

Hoe schat u de sterkte van de kwalificatiegroep in?

Martens: Er zit geen superklepper à la Duitsland of Spanje bij, maar we troffen wel Kroatië, een zeer gevaarlijke subtopper. Ze zijn duidelijk de beste ploeg in de groep. De Kroaten zullen die status willen minimaliseren of zelfs proberen België tot favoriet te bombarderen, maar dat is onzin. Als je naar de UEFA-ranking kijkt, staan wij voorlaatste van onze groep, na Kroatië, Servië, Wales en Schotland. Alleen Macedonië laten we momenteel achter ons. Laten we dus bescheiden maar bewust van eigen kunnen deze campagne aanvatten want, wat ook klopt: het team beschikt duidelijk over de capaciteiten om beter te doen dan de ranking aangeeft.

Er zitten drie Balkanlanden in onze groep, dat kan een gegeven worden. Stel dat de Serviërs uitgeschakeld zijn maar de Kroaten nog niet. Gaan de Serviërs het hun buren dan gunnen of juist niet?

Wat die Balkanlanden voorhebben op België: spelers zijn er hypernationalistisch en zouden, soms letterlijk, willen sterven voor hun land.

Martens: Dat is waar. Belgen zijn zo niet, zeker niet op die ostentatieve mes-tussen-de-tandenmanier. Oké, daar moet je mee verder, je kunt ook wedstrijden winnen zonder dat je een nationalist bent. Ik hoor in ieder geval keer op keer van onze staf dat de ploeg enorm sterk aan elkaar hangt. Er is een samenhorigheid ontstaan die voor de Rode Duivels uniek schijnt te zijn. Interne spanningen zijn er niet, de spelers gunnen elkaar wat en houden contact wanneer ze niet bij de nationale ploeg zitten. Dat is óók een basis om op te bouwen.

Nee, het enige waar de coach soms over klaagt, is dat wij ‘een klootzakje’ missen. Iemand die een vuile overtreding begaat wanneer dat nodig is. Oké, misschien groeit ook dat vroeg of laat wel.

U bent ondertussen meer dan een jaar op post. U komt uit het tennis, werd u vlot aanvaard door de voetbalmensen?

Martens: Ik heb persoonlijk nooit iets gehoord of zo, maar ongetwijfeld zal mijn aanstelling door sommigen op gefronste wenkbrauwen zijn onthaald. Ook al heb ik ervaring met topsport, met competitie, en begrijp ik wat het is om te moeten presteren, toch ben ik geen voetbalman en dat weet ik. Maar dat is mijn taak ook niet. Ik stel de ploeg niet op. Ik ben enkel verantwoordelijk voor het niet-voetballend team. Daarvoor hoef je geen voetbalexpert te zijn, je moet weten hoe een sportorganisatie werkt. En ik denk dat ik daar wel enige kennis van heb.

Een van de eerste beslissingen die u nam, was het bestellen van een reputatieonderzoek. Geschrokken?

Martens: Het bevestigde wat ik vermoedde. De voetbalbond kreeg een cijfer waarmee je je kind niet wilt zien thuiskomen: we waren dik gebuisd. Men vond ons amateuristisch en oubollig. Deels was die kritiek terecht, maar zeker niet helemaal. Wat wel goed liep, werd naar mijn mening niet altijd goed naar buiten gebracht, niet goed verkocht.

Een sportbond is als een regering: je kunt nooit goed doen voor iedereen. Er zijn altijd mensen die door een bepaalde beslissing benadeeld worden. De minister van Verkeer krijgt kritiek als het wegdek er slecht bij ligt, maar als hij er iets aan doet, klaagt men gegarandeerd over de wegenwerken. Zo is het bij ons eigenlijk ook.

In feite draagt de bond twee merken en we hebben die nu ook gesplitst, onder meer via een ander webadres. Belgianreddevils.com is iets wat iedereen enthousiasmeert. Dat merk kan, als de nationale ploeg goed scoort, tien op tien halen. Onze dienstenfunctie Belgianfootball.com moet daar niet van dromen. Het organiseren van wedstrijden, zorgen dat er een scheidsrechter is en alles vlot verloopt, dat vindt iedereen normaal, zelfs als je een uitmuntende service levert. Maar ga je één keer in de fout, ben je weer de logge, onbekwame bond. Met die perceptie moet je kunnen leven.

Anders dan andere bonden is de KBVB wel telkens de vergaarbak van alle kritiek. Als Philippe Gilbert niet wint, zegt niemand dat het de schuld is van de wielerbond. Als Kim Clijsters geen medaille haalt, zegt niemand dat de tennisbond slecht bezig is.

Martens: Dat is waar, maar andere sportbonden schorsen geen atleten, tenzij er doping in het spel is. De voetbalbond schorst elke week. Of geeft geen licentie aan een bepaalde club of verbiedt een transfer. Wij zijn vaak de slechterik. En daar komt dan nog bij dat de partijen die wij benadelen een enorm grote visibiliteit hebben. Belangrijke clubs en bekende spelers staan elke dag in de krant en als er iets beslist wordt waar zij het niet mee eens zijn, weet heel België het. Uiteraard blijft er dan iets hangen van: ‘Daar is de KBVB weer.’

Het hoeft zelfs niet onze schuld te zijn. Want wat het voetbal tot een heel complexe wereld maakt, is dat de clubs in constante concurrentie met elkaar zijn. En dat terwijl ze ook gezamenlijk één product vertegenwoordigen, namelijk het Belgisch voetbal. Hoe beter ze dat doen, hoe beter het imago, hoe meer volk op deze sport afkomt en hoe makkelijker mijn job wordt. Maar zo zien clubs dat niet, die zitten met elkaar in een voortdurende veldslag om te overleven, waardoor er ook nog dikwijls klachten tegen elkaar worden ingediend. Altijd is de voetbalbond daarbij betrokken partij en altijd zal er iemand aan het eind malcontent zijn. Weer een smet op ons imago.

Kunt u daar iets aan doen, zorgen dat de clubs hun eigen product niet zo aanvallen?

Martens: Wel, we proberen in ieder geval onze procedures eenduidiger en onafhankelijker te maken. Sinds kort bestaat de geschillencommissie, die uitspraak doet over schorsingen, nog louter uit onafhankelijke juristen en magistraten, mensen die niks meer te maken hebben met clubs, er nooit zaken mee deden of lid waren van een raad van bestuur. Niet dat de vroegere geschillencommissie dat slecht deed, maar er was altijd een schijn van partijdigheid. Dat is dus al ten goede veranderd. En dat de nieuwe voorzitter van de Pro League geen band heeft met een club, lijkt mij ook winst. Er is nog heel veel werk, maar ik denk te mogen zeggen dat het imago van het Belgisch voetbal de klim naar boven heeft ingezet.

DOOR JEF VAN BAELEN

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content