Piet Piryns
Piet Piryns Piet Piryns is redacteur bij Knack.

Mosterd en pickles in de Tour de France. Wie heeft er suiker in de erwtesoep gedaan ?

De oude Karel Van Wijnendaele kon het destijds zo mooi beschrijven : de flandriens die het op de flanken van de Aubisque of de Tourmalet uitschruwelden, toen ze de man met de hamer ontmoetten. De tijd van toen. Toen we nog kleppers hadden als Manten De Smet, Gilbert De Smet I (van Lichtervelde) en Richard Van Genechten. Toen de dwangarbeiders van de weg nog konden afzien en stoempen.

Kom daar vandaag nog eens om.

Met een ontwapenende eerlijkheid beklaagde de Belgische kampioen Wilfried Nelissen er zich al na de tweede dag van de Tour over dat er in het peloton tegenwoordig zo snel gereden wordt, vooral in de laatste kilometers. Hij wilde geen ekskuses zoeken, maar toch : zijn tegenstanders gingen wel érg hard.

Naarmate er meer Oezbeken en Moldaviërs in de Tour meerijden, gaat het er in de Tour steeds oneerlijker aan toe. Met zestig per uur hobbelt het peloton over verkeersdrempels en zwiept het door de chicanes. Zo lang er geen snelheidsbegrenzers worden ingevoerd, kunnen onze landgenoten het vergeten.

En landgenoten daar gaat het om. In de Tour kwamen zestien Belgen aan de start. Het aantal Belgische journalisten bedraagt een veelvoud daarvan. Vooral de BRTN heeft de grote middelen ingezet. Zodoende kunnen we nu dagelijks in het “Tourjournaal” genieten van de onovertroffen rubriek Barak Michel van Michel Wuyts.

Michel Wuyts is de Carl Huybrechts van de wielersport. Een jongen van de gestampte pot. Het type dat een knoop in je pyjamabroek legt en waarvan je zeker weet dat hij suiker in de erwtesoep heeft gedaan. Zoals Carl Huybrechts ons vanuit Orlando op de hoogte hield van de slaapkamergeheimen van de Rode Duivels (“Vertel eens eerlijk, Michel. Snurkt Philippe ? “), zo kan er bij onze jongens in de Tour geen windje verkeerd zitten of Michel Wuyts heeft het gemerkt. Hij spreekt zijn talen en hij is allemans vriend. Met groot gemak beweegt hij zich door het VIP-dorp, slaat Cippolini amicaal op de schouders (“Mario, splendido ! “), knijpt Indurain steels in de wang (“Caramba, Miguel ! “) en kust Jalabert vol op de mond.

Maar het allermooiste zijn de gesprekken die hij op barse toon voert met de Belgen in de Tour.

“Mario De Clerq, het ging vandaag weer niet, hè. “

De renner buigt beschaamd het hoofd. Hij mompelt : “Dikke benen. “

“Dikke benen ? Weet je wel op welke plaats je staat in het algemeen klassement ? “

Mario haalt de schouders op.

“Ik zal het je vertellen : tweehonderdvierentwintigste. “

Daar hoort hij van op.

“Twee-hon-derd-vier-en-twin-tig-ste. Zelfs Carlo Bomans staat voor jou. En de moral. Hoe is het met de moral ? “

Geen antwoord.

“Slecht dus. Ik zie jou de premie van de strijdlust nog niet winnen, eerlijk gezegd. De sponsor zal kontent zijn. Morgen komt de Tour in België. En dan komt moeder de vrouw naar het hotel. Hè Mario ? “

Wuyts merkt dat zijn slachtoffer op het punt staat in snikken uit te barsten, maar hij bijt door.

“De Tour wordt in bed gewonnen, Mario. Maar niet zó. Dat is niet de manier om zaad in het bakje te krijgen, Mario. Als je begrijpt wat ik bedoel. “

De Clerq houdt zich van de domme.

“De Tour is verdorie geen kermiskoers, Mario. Denk je dat journalisten iedere nacht bij hun eigen vrouw slapen ? “

Nee, dat denkt Mario niet.

“Dankjewel Mario, voor dit openhartig gesprek. “

Piet Piryns

De Zomerweg in Damme. Zonnekloppers. (Foto : Patrick de Spiegelare)

Vakantie met Vera

Lieve Vera,

Het is slechts de opperste wanhoop die mij ertoe drijft de pen ter hand te nemen om langs deze onsympatieke weg een oplossing te zoeken voor mijn probleem. Neem dat niet persoonlijk, lieve Vera, u bent natuurlijk wel sympatiek, maar u moet weten dat ik als executive manager gewend ben mijn eigen boontjes te doppen. Ik hanteer daarvoor altijd de drie W’s : Wanhoop ? Weerbaarheid ! Woplossing ! Ik heb het uitgetekend op een flip-over maar zelfs deze formule helpt niet.

Het geval wil dat mijn vrouw voor ons een appartement in Knokke heeft gehuurd voor de hele maand juli. Als bedrijfsleider van een KMO (in het bezit van het ISO-9002-certificaat voor kwaliteitskontrole, als u dat wat zegt) leid ik een druk bestaan en word ik de hele dag gekweld door de vraag hoe ik de cash flow moet verhogen en natuurlijk hoe ik de werkgelegenheid kan vrijwaren. Het is een uitdaging, Vera. Het is mijn lust en mijn leven. Maar mijn vrouw vond dat ik er eens uit moest, vandaar dat appartement.

Zie mij hier nu zitten. De oostkust-editie van Het Laatste Nieuws lezen en nooit een paar mooie beurstabellen uit de Financieel-Ekonomische Tijd onder ogen krijgen. De hele dag geen marketing surveys te zien, alleen maar Harold Robbins. Eens telefoneren met de GSM ? Niemand belt mij op. Me eens lekker haasten is er niet meer bij, maar wel tijd verliezen met een pisang ambon op een terras aan de Place m’as-tu vu, het kan niet op. Wèg, knus zittend driedelig pak, elke dag moet ik dat belachelijk T-shirt van de Meli aan en een knalgeel zonnehoedje op. Uren heb ik al over het strand van de ene verdwaalpaal naar de andere gebanjerd, omdat mijn vrouw wel zeker wist dat we aan de banaan hadden afgesproken, terwijl ik mij zeer goed herinnerde dat het aan het treintje was. Ik, die met de miljoenen goochel om eens de adrenaline te laten gutsen, moet me hier door de eerste beste als kelner vermomde jobstudent laten afzeiken over vijf frank meer of minder. En waar vroeger elke avond mijn cognacje klaar stond in de Marseille, is het nu Zonnekloppers en Zomerkuren en Vakantiekriebels en dan uren naar het plafond liggen staren, waar zelfs de muggen meer pret beleven dan ik.

Vera, hoe overleef ik dit ?

Verdrietige Manager, Knokke.

Liefste Verdrietige Manager,

Wie het kleine niet geert, is het grote niet weerd ! Het is allemaal een kwestie van ingesteldheid. Hoe noemen jullie dat, human resources management ? Weet dat er mensen zijn voor wie zelfs vijf frank belangrijk is. En wat is een zonsondergang waard ? Ook in jou schuilt een mens, die taalt naar het geringe en het nietige, die vreugde kan scheppen in de kleine dingen. Zet het jachtige zakenleven eens van je af en word weer mens met de mensen. Praat er eens over met de voorzitter van de plaatselijke Rotary-klub, hij is je beste vriend. Hij weet vast waar de beste ijsjes op de Lippenslaan te vinden zijn. En dat ik je nooit meer eens iets onsympatieks hoor zeggen over…

Vera

Herman

Zondag. Het is met plezier dat ik de uitnodiging van de redaktie van Zwarte Woensdag aanvaardde om deze zomer een dagboek bij de houden over mijn vakantie. Skrijven is altijd één van mijn hobbies geweest. (De andere zijn skermen, skaken en schrabbel.) Dat het hier een skalkse rubriek betreft, skrikt mij niet af : zelf ben ik ook altijd een liefhebber geweest van de humorische aanpak. Aucun fiel n’a jamais empoisonné ma plume ! Het is mijn overtuiging dat onze president niet zo afgeboemand zou zijn als hij meer ironizerende vermogendheid zou hebben vertoond. “

Maandag. Vanmorgen, nadat ik de kangoeroe had uitgelaten, hoorde ik op het gesproken dagblad dat de Leuvense federatie van de partij wil dat nu ook Rik Daems zich kandidaat stelt voor het voorzitterskap. De vaniteit van politiekers, daar kan ik mij over blijven verbazen. Wat baten kaars en Louis Bril, als de uil niet zien wil ! Het is zoals de zoon van die akteur, Bruno Rouffaer, nog zo’n haantje vooruit. Als gij tegenwoordig in het parlement rondkijkt, zijn het bijna allemaal fils-à-papas : Rik Daems, Mark Eyskens, Bruno Tobback, Peter Van Velthoven, Joakim Coens… ik zal toch eens met onze Alexander moeten praten.

Over vaniteit gesproken : in de krant zag ik nog een foto van de minister van Kultuur Luc Martens, die in blue jeans met sloefkes aan naar Torhout-Werkter is geweest. Stultorum infinitus numerus est ! Maar voor dienstbetoon hebben ze geen tijd meer. Terwijl ik me gisteren weer de hele dag verdienaard en verdienstmaagd heb, tot in Sint-Maria-Oudenhove en Elst toe.

Donderdag. Ik heb het al dikwijlser gezegd, in onze partij zijn wij allemaal vrienden en allemaal verruimers. Zij is een goed gesmeerd orkest waar iedereen zijn toontje zingt zoals het gebekt is. Als met de dirigent maar de maat geslagen is, zeg ik altijd. Ik denk daaraan omdat ik nu hoor dat ook André Monteyne kandidaat is voor de opvolging van Guy. Ge ziet dat van hier ! Het is niet omdat het warm is dat het zomers zot overal moet nederzijgen.

Frank Vandenbroucke heb ik persoonlijk ook nooit een guitigaard gevonden. Maar vandaag in de Kamer toch goed gelachen toen hij Patrick Dewael op zijn numero zette. Dewael zei dat hij nooit de advokaat van Vandenbroucke zou willen zijn. Jamaar, zei Vandenbroucke, ik zou ook nooit uw kliënt willen zijn ! Een mens moet er toch niet aan denken dat zo’n appelblauw zeegroenen tiep als Dewael voorzitter zou worden. Hij is nu ook al een beetje begrijsd aan zijn slapen, maar die nieuwe coupe zal hem toch geen goed doen. Hij heeft tegenwoordig een paardestaartje, zoals Eric Vanderaerden en Mario Cippolini, alleen hangt het bij hem over zijn voorhoofd.

Levensgenietigheid zeg ik altijd, is de moeder van de brouwerij. Maar met zo’n voorzitter zouden we in de oppositie schoon staan blinken.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content