Rudy Tambuyser
Rudy Tambuyser Muziekjournalist

De sterkste klassieke plaat van het jaar is wellicht bekend.

De Russische ziel bestaat. Het gaat om iets onbestemds, maar daarom niet onbestaands, dat de grootste Russische kunst, maar ook menig alledaags gesprek in het Russisch, doordesemt. Het is geen mythe. Die ziel is een merkwaardige mix van gevoeligheid, lijdzaamheid, eigendunk en taal. Onderschat die laatste niet. Zoals Italiaans eerst gecomponeerd lijkt en daarna pas van tekst lijkt voorzien, zo was het Russisch eerst basaal dronkemansgegrom, waarin met tegenzin en louter omdat een dictator het had verordend het onderscheid tussen klinkers en medeklinkers is aangebracht. Plus één onmogelijke diftong, om de goeden van de slechten te scheiden.

Het geeft het Russisch iets samenzweerderigs en hermetisch. Toch houd ik van zijn atmosfeer. Hoe Svjatoslav Richter elke noot van een sonatedeel van Schubert met al het leed van de wereld belast. Hoe Sergej Rachmaninov de sarabande uit Bachs vierde partita tot een vertrouwelijke mededeling maakt, met vriendelijke maar tegelijk onverbiddelijke prosodie.

Explicieter wordt dat in de Chrysostomosliturgie van diezelfde Rachmaninov, uiteraard gesteld in het oud-Slavisch, zeg maar proto-Russisch. In 1910 voltooide de laatromanticus zijn zetting voor onbegeleid koor van de in de orthodoxe kerk courante liturgische teksten, toegeschreven aan Johannes Chrysostomos. Dat betekent Johan met de Gouden Mond: hij was immers een begenadigde prediker, die het rond het jaar 400 van kluizenaar via bisschop tot banneling schopte. Een groot bepleiter van de maagdelijkheid en wegbereider van het priestercelibaat. Niettemin heilig verklaard.

In bepaalde artistieke kringen, waarin diepgang met vooruitstrevendheid wordt verward en gewicht met nieuwigheid, is het nog steeds ongepast om Rachmaninov grote muziek toe te dichten. Welnu, zijn Chrysostomosliturgie is grote muziek. Ondanks het traditionele idioom, ondanks het harmonische parfum dat de componist zichzelf heeft willen opleggen. Het is in de manoeuvreerruimte die Rachmaninov zich binnen dat strikte kader weet te verwerven dat de ware artiest schuilt.

Het Letse Radiokoor, in enkele opzichten het beste koor van de wereld, heeft onder zijn chef Sigvards Klava zopas een schitterende Chrysostomos-liturgie opgenomen. Het jaar is nog jong, maar zijn meest markante, klassieke uitgave is hiermee wellicht bekend. Wie wil proeven van een vitaal stuk Russische traditie, wie het werk kent maar op een goede opname aan het wachten was, wie eens aan den lijve wil ondervinden dat een koor potentieel het allermooiste instrument is… die moet meteen naar de platenwinkel. Er bestaat – en dat is geen halfzachte prietpraat maar empirische wetenschap – een emotionele en tonale juistheid die je meteen de tranen in de ogen doet springen. Deze Letten kennen er het geheim van.

ONDINE 1151-5

Rudy Tambuyser

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content