Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

De Kroonraad van Knack bestaat uit Mark Eyskens, Paul Muys, Jacques Rogge en Etienne Vermeersch. Hij wordt geraadpleegd over uitzonderlijke omstandigheden.

Mijnheer Eyskens, de begroting beheerst nog altijd de binnenlandse aktualiteit. Op het moment dat wij spreken staat één ding vast : het wordt een zwaar kwarwei om honderd miljard van het tekort af te knijpen.

MARK EYSKENS : Ik verwacht een kompromis met een stuk besparingen en een stuk belastingen. Men zal ervoor zorgen dat die besparingen op papier hoger uitvallen dan de belastingen. Maar de ervaring leert dat belastingen altijd daadwerkelijk worden toegepast, terwijl in de loop van de maanden blijkt dat een deel van de besparingen niet kan worden gerealizeerd. Men is nu wel wat aan het dramatizeren, ook in de pers, maar ik denk niet dat de regering echt in moeilijkheden komt. Al was het maar omdat de socialisten moeten beseffen dat de CVP een alternatief heeft : de sirenezang van Herman De Croo. Het enige wat de zaak vertroebelt, is de houding van de PSC. De PSC verliest steeds meer invloed in Brussel, wordt een volledig Waalse partij, en is bovendien in Wallonië totaal ondergeschikt aan de PS. Indien wij nationaal zouden kiezen voor een kabinet met de liberalen, wordt de PSC onmiddellijk uit de Waalse regering gegooid. Dat heeft tot gevolg dat binnen de regering de PSC de grootste waterdrager is van een centrum-linkse koers. Voor een deel verklaart dat ook het vertrek van de heer Wathelet, die ook die analyse heeft gemaakt. Men heeft dat weinig onderstreept in de media.

De PS weigert blijkbaar halsstarrig te raken aan de sociale zekerheid en zelfs niet aan de misbruiken daarin.

EYSKENS : Dat doet ze altijd, dat is een soort liturgisch gezang. Op de duur aanvaarden de socialisten wel dat hier en daar gesnoeid wordt, denk maar aan het globaal plan van de vorige regering-Dehaene. Ze staan ook voor de realiteit : als de kas leeg is, is ze leeg. Je kan geen kas vullen met ideologie. Natuurlijk : ze zitten nu met een nieuwe voorzitter van het ABVV, Michel Nollet, die zich moet profileren en nogal grimmig deed in zijn eerste toespraken. Maar de socialisten zijn in het defensief. Ze weten best dat, indien wij overgaan naar een kabinet met de liberalen, ze voor ja-ren in de oppositie belanden.

Wordt onze sociale zekerheid niet langzaamaan nefast ? Het systeem lijkt er zelf de oorzaak van dat steeds meer mensen er een beroep op moeten doen.

EYSKENS : Indien het zo is dat de kostprijs van de sociale zekerheid het konkurrentievermogen van onze ekonomie aantast, en dus verantwoordelijk is voor het feit dat de werkloosheid nog oploopt, dan zit je in een vicieuze cirkel waarbij die langdurig werklozen op de duur ook nog verarmen. Er bestaat een dilemma tussen ons systeem en het Amerikaanse. In België heb je hoge werkloosheid twaalf, dertien procent en lage armoede zes procent. In de Verenigde Staten is het omgekeerd. Lage werkloosheid vijf procent , hoge armoede waarschijnlijk vijftien, zestien procent. Ik kies dan voor ons model, want ik vind een hoge armoede vreselijk. Maar de vraag is of we in België niet bezig zijn om door een gebrek aan een doortastende hervorming van het stelsel, tegelijkertijd een hoge werkloosheid en een toenemende armoede te kweken.

Het aantal OCMW-steuntrekkers is met elf procent gestegen.

EYSKENS : Precies. Ik verkondig dat al jaren : de sociale zekerheid is een belangrijke verworvenheid, maar men heeft ze sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog veel te veel uitgebouwd als een stelsel van kollektieve verzekering, en veel te weinig als een systeem van solidariteit met de minst bedeelden. Alle Belgen zijn kollektief verzekerd, alle Belgen zijn sociale gevallen. Dat kan dus niet in een welvarende maatschappij. We zullen moeten leren om de sociale risico’s van mensen die goed hun kost verdienen uit het kollektief systeem te lichten en naar de markt te sturen. Dat ze daar zelf premies betalen, hoge of lage naargelang van de veiligheid die ze willen kopen. Wat konstateer ik in Nederland, toch geen achterlijk land op sociaal gebied ? Daar is veertig procent van de bevolking inzake ziekteverzekering uit het kollektief stelsel, die zijn privé verzekerd. Ik weet wel : dat ligt zeer moeilijk in België. Want het gaat om grote bedragen en iedereen heeft zijn kliënteel : de mutualiteiten en de ziekenhuizen en de dokters en de vakbonden en noem maar op… Maar ik vind dat de regering-Dehaene haar geloofwaardigheid aanzienlijk zou vergroten door aan te kondigen dat ze tijdens deze legislatuur die nog maar pas begonnen is een grondige hervorming van de sociale zekerheid wil doorvoeren.

Maar daar wil de PS niet eens over denken.

EYSKENS : Als dat zo is, zullen we het met anderen moeten proberen. Want die houding is volstrekt asociaal. Als je de hervormingen in de sociale zekerheid niet aanpakt, krijg je de werkloosheid nooit opgelost en zal de armoede toenemen. Ik denk niet dat de CVP, toch een sociale partij, wil regeren met mensen die permanent een asociale houding aannemen.

Vreest u niet dat de slechte staatsfinanciën steeds meer zichtbaar worden in het dagelijkse leven ? De kwaliteit van de NMBS vermindert zorgwekkend, het verkeer zit vast, de wegen zijn slecht, er is geen geld voor schoolgebouwen, justitie heeft logistieke problemen…

EYSKENS : Inderdaad. Er is een zichtbaar verval van de openbare diensten. En dat komt voort uit het feit dat men het probleem van de sociale zekerheid blijft uit de weg gaan. Want dat is de grote geldmassa, een jaarlijks bedrag van 1.300 miljard frank waaraan nog wat te doen is. Welnu, door het feit dat men daar rond blijft draaien als om een hete brij, is men verplicht bij wijze van kompensatie tot op het bot te gaan in andere vitale sektoren. Ik neem wel eens de trein naar Nederland, en het treft mij als ik de vergelijking maak tussen Nederlandse treinen en stations, en Belgische. Dat is ronduit smadelijk, niet waar ?

Vorige week is het overleg werkgevers-vakbonden afgesprongen. Moet de regering met een banenplan komen ? Of moeten we dat maar vergeten, als we lezen dat het Vlaamse banenplan slechts 3.500 jobs heeft opgeleverd, waarvan dan nog 2.000 tijdelijke ?

EYSKENS : De regering moet ervoor zorgen dat het ekonomisch klimaat van die aard is dat ondernemingen werkkrachten aanwerven. Het is verkeerd te denken dat bedrijven ooit mensen zullen in dienst nemen die ze niet nodig hebben, ook niet als je ze daarvoor subsidieert. In de Verenigde Staten zijn sinds Clinton aan de macht is zeven tot acht miljoen nieuwe banen gecreëerd ! Met natuurlijk een grote schaduwzijde wat de armoede betreft, maar inzake werkgelegenheid is dat een zeer dynamische ekonomie. Met een grote flexibiliteit, in tegenstelling tot bij ons waar alles overgereglementeerd is in alle richtingen.

Wat ook opvalt, los van de begroting, is het groot aantal twistpunten binnen de meerderheid, tussen CVP en SP.

EYSKENS : Ik vind dat voor een nieuwe regering de spanningen aanzienlijker en frekwenter zijn dan men normaal had verwacht. Ook gegeven het gewicht en het prestige van de premier. Ik weet niet wat de socialisten in het schild voeren, want ik herhaal dat zij in het defensief gedrongen zijn. Door het alternatief De Croo, en ten tweede omdat zij toch komen uit een periode van, laat ik het “affaires” noemen, die nog niet afgesloten is. Ik denk dat ze zich dus beter wat bescheidener zouden opstellen.

Opmerkelijk afgelopen week was de Zaïre-trip en de verklaringen van CVP-voorzitter Johan Van Hecke en partijgenoot Leo Delcroix. Vindt u ook dat de steun aan Zaïre moet hervat worden ?

EYSKENS : Dat vind ik al lang. Ik zeg dat wij vooral oog moeten hebben voor de menselijke miserie in Zaïre. De Zaïrese bevolking stelt nog altijd haar hoop op België, veel meer dan op Frankrijk of andere landen. Ik denk dat wij de NGO’s opnieuw een helpende hand moeten reiken, al is daar wel een zekere struktuur voor nodig. Het gaat ook over de missies en de missionarissen, laten we daar geen doekjes om winden. Zij zijn het, die nog het minimum minimorum doen in Zaïre. De grote opwerping van de Vlaamse socialisten is : als je met die hulp begint, moet je eigenlijk officiële kontakten leggen met de regering van Zaïre. En dat willen ze niet. Maar ik konstateer dat premier Kengo wa Dondo om de twee maanden hier in België verschijnt en door iedereen ontvangen wordt. Er zijn normale diplomatieke betrekkingen met Zaïre. Waarom kunnen we dan niet projektsgewijs over hulp aan de Zaïrezen praten ? Waarbij we ons natuurlijk niet mogen laten meeluizen in witte olifanten en prestigeprojekten.

Kengo is een intelligente premier die zijn uiterste best doet om het land een beetje recht te krijgen. Dat is een eerste gunstige faktor. Een tweede gunstige faktor is wat er gebeurt in heel zuidelijk Afrika. Meer bepaald : de kolossale doorbraak in Zuid-Afrika en de pacifikatie in Angola. Mocht ik in de regering zijn, ik zou pogen een grote samenwerkingskonferentie te houden met al die zuidelijke landen en met de zakenmilieus. Om te zien hoe men tot investeringen kan komen, de ekonomie opkrikken en wat doen aan de menselijke ellende.

De figuur van president Mobutu blijft het grote obstakel.

EYSKENS : Wij hebben allemaal dezelfde mening over Mobutu, denk ik. Hij heeft ongelijk om zich niet terug te trekken in een louter grondwettelijke rol en funktie, en meer armslag te geven aan zijn regering en parlement. Maar ik wil toch dit opmerken : het is niet uitgesloten dat er in 1996 presidentsverkiezingen worden gehouden, en het is helemaal niet uitgesloten dat de heer Mobutu die wint. En dus kan bogen op een demokratische legitimiteit. Als dat gebeurt, voorspel ik dat Fransen en Amerikanen binnen de 48 uur over de brug komen. En dan staan wij daar, die Mobutu jaren aan een stuk naar de hel hebben verwezen. Dat wordt een mooie situatie, denkt u niet ? Ik zou dus liever nu meteen met Kengo een reeks projekten regelen, en zeker de co-financiering en de samenwerking met de NGO’s hernemen.

Werd u niet door enige vrolijkheid bevangen toen u bwana Johan en bwana Leo, met video-camera op de buik, tussen die kleine hen toejuichende zwartjes zag rondparaderen ?

EYSKENS : Wel laat ik het zo stellen : ik heb, uiteraard onwillekeurig, toch even moeten denken aan het album Kuifje in Kongo van Hergé. Ik denk dat Van Hecke nog nooit in Zaïre geweest was, en Delcroix ook niet vaak. Wat u aanhaalt, was het typische beeld van westerlingen die daar aankomen, en overweldigd en bedwelmd worden door de Afrikaanse sfeer en gastvrijheid. De Zaïrezen zijn een ontroerend sympatiek volk, allemaal lachende en vrolijke mensen die buitengewoon genereus zijn, ook al hebben ze niks. In die sfeer, ik zou bijna zeggen in die roes, vergeet je wel eens de politieke terughoudendheid. Maar ik zeg er meteen bij : gelukkig maar. Mensen zijn belangrijker dan de politiek.

We zijn, helaas, alweer aan een laatste punt toe : de vijftigste verjaardag van de Verenigde Naties. In de feestredes klonk biezonder veel kritiek door : geen geld, geen slagkracht.

EYSKENS : Door alle interventies die er zijn geweest, niet allemaal even efficiënt, zitten de VN financieel aan de grond. En het zijn de grote landen die het minst geneigd zijn hun bijdrage te betalen. Toch vind ik die viering van vijftig jaar heel belangrijk. Omdat de VN, ondanks alle kritiek, veel kwaad voorkomen hebben. In de politiek is het zo : het kwaad dat je voorkomt, of de slechte oplossing die je vermijdt, wordt niet aangerekend. Men ziet enkel positieve resultaten of flagrante mislukkingen. Maar de VN zijn de jongste vijftig jaar vooral preventief opgetreden, en ik hoop dat ze dat kunnen blijven doen.

Moet de rol van de veiligheidsraad, en het veto van de vijf permanente leden daarin, herbekeken worden ?

EYSKENS : Dat is een mogelijkheid. In vijftig jaar is de wereld uiteraard veranderd. Ik denk dat er meer permanente leden moeten zijn in de veiligheidsraad : Duitsland, India, Japan, Zuid-Afrika, een land van zwart-Afrika en een van Noord-Afrika. Maar die hoeven geen veto-recht te hebben. Dat is trouwens nauwelijks nog gebruikt sinds het einde van de Koude Oorlog, de meeste beslissingen worden bij meerderheid van stemmen genomen. En men zou er voor kunnen zorgen dat een veto van één van de vijf overruled kan worden door de algemene vergadering.

De Amerikaanse Republikeinen willen de steun aan de VN verminderen. Schuilt daarin een gevaar ?

EYSKENS : Neen. Vergeet niet dat het VN-hoofdkwartier in New York is en dat de Amerikanen dat daar ongetwijfeld willen houden. Hun overwicht in de VN is zeer groot en zij vinden er een schitterend instrument om te gebruiken voor hun eigen buitenlandse politiek. Ik denk maar aan de betrekkingen met Rusland. De Amerikanen zullen de VN niet zo vlug afschrijven.

Koen Meulenaere

MARK EYSKENS :

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content