Patrick Martens

Arbeiders en bedienden één front? Het blijft in een cirkeltje ronddraaien.

De afwijzing van een nieuw loonakkoord door de bediendecentrales van het ACV en het ABVV wordt maar moeilijk verwerkt door de Vlaamse socialisten. Dat leidt achter de schermen tot bittere oprispingen in de trant van ‘het zijn klootzakken die geen greintje solidariteit tonen met hun collega’s in zwakkere bedrijfssectoren en kleinere ondernemingen’.

Zo hard en agressief trekt SP.A-voorzitter Steve Stevaert in het openbaar natuurlijk niet van leer. Een partij die haar band met ‘de arbeidersklasse’ al lang kwijt is en ‘het socialisme niet meer koppelt aan een beroep maar aan een overtuiging’, kan het zich niet veroorloven om een belangrijke werknemersgroep tegen zich in het harnas te jagen. En dus stelt Stevaert voor om van alle werknemers bedienden te maken, wat in het jargon ‘de harmonisatie van het statuut van arbeiders en bedienden’ heet.

In het sociaal overleg wordt het debat over een eenheidsstatuut voor alle werknemers al een eeuwigheid meegesleept. In een postindustriële economie die evolueert naar een kennis- en diensteneconomie, erkent zowat iedereen dat het historische onderscheid tussen handen- en hoofdarbeid achterhaald is. Desondanks houden de aparte statuten van arbeiders en bedienden wezenlijke verschillen in stand op het vlak van bezoldigingsregels, opzegtermijnen en systemen van tijdelijke werkloosheid. Daarmee is België haast uniek in de wereld, maar het opheffen van die situatie stuit telkens op het probleem van het prijskaartje. De vakbonden willen alle werknemers zoveel mogelijk laten opschuiven naar het gunstiger bediendestatuut, de werkgevers bedanken voor de extra kosten.

De politiek neemt vooral akte van die patstelling. Minister van Werk Freya Van den Bossche (SP.A) leurde een half jaar geleden al met het idee van een tijdelijk werkloosheidsregime voor bedienden, maar dat haalde niet eens de beleidsverklaring van Paars. Premier Guy Verhofstadt (VLD) hield het andermaal bij een oproep tot de sociale partners ‘om de verschillende statuten van arbeiders en bedienden verder naar elkaar te doen groeien’. Hun antwoord in het ontwerp van het centraal akkoord was een beleefdheidsformule: een paritaire commissie maakt tegen eind 2005 ‘een verslag’.

Toen het ABVV dan het centraal akkoord verwierp en de regering vervolgens de inhoud ervan integraal overnam, lieten de Franstalige socialisten meteen noteren dat het niet aan de politiek maar aan sociale partners is om ‘de toenadering van de statuten van arbeiders en bedienden’ te regelen. Op bevel van PS-voorzitter Elio Di Rupo mogen enkele wetgevende SP.A-initiatieven in het parlement in de koelkast blijven. In die zin mag Stevaert dan al de interne frustratie over het gekelderde centraal akkoord geventileerd hebben. Politiek gezien is zijn voorstel slechts een losse flodder.

Patrick Martens

Met de aparte statuten van arbeiders en bedienden is België haast uniek in de wereld.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content