Marleen Teugels
Marleen Teugels Marleen Teugels is onderzoeksjournalist en auteur. Haar onderzoeksartikelen verschijnen hoofdzakelijk in het tijdschrift Knack. De voorbije zes jaar is ze als docent onderzoeksjournalistiek verbonden aan meerdere journalistieke opleidingen.

Terwijl wetenschappers zich afvragen of uitspraken over de onschadelijkheid van verarmd uranium voorbarig waren, willen activisten de verantwoordelijken voor het gebruik ervan voor de rechtbank brengen. Tegelijk neemt ook de dreiging van minikernwapens toe.

Het indianenbloed van Damacio Lopez sloeg aan het kolken toen hij achttien jaar geleden ontdekte dat de Socorroberg in Nieuw-Mexico, die ooit aan zijn Spaanse en indiaanse voorvaderen toebehoorde, werd gebruikt voor het uittesten van verarmd-uraniummunitie. Sindsdien is Lopez tegen verarmd-uranium op oorlogspad. Vandaag is hij directeur van Idust (International Depleted Uranium Study Team), een ngo waarin wetenschappers, onderzoekers en activisten de krachten bundelen in de strijd tegen verarmd uranium.

Op dit moment toert Damacio Lopez door Europa om correcte informatie te geven en te vergaren over de gevolgen van het gebruik van verarmd uranium voor mens en milieu. Daarnaast wil hij achterhalen wie verantwoordelijk is voor de verkoop en het gebruik van verarmduraniummunitie. Die verantwoordelijken wil hij voor de rechtbank brengen.

‘In een vorig leven was ik een professioneel golfspeler’, zegt Lopez. ‘Op weg naar een golftoernooi werd mijn auto door een vrachtwagen verpletterd. Ik had rugblessures en was van de ene op de andere dag werkloos. Ik besloot toen terug te keren naar mijn geboortestadje Socorro. Maar wat ik dáár ontdekte, tart alle verbeelding.’

‘Om de haverklap hoorde ik ontploffingen op de berg, zo hevig dat er op zekere dag een grote barst zat in de muur van de woning waar ik verbleef. Na de ontploffingen dreef steevast een zwarte rook over de stad.’

Lopez vroeg de directeur van de New Mexico Tech-universteit, die de gronden van de Socorroberg in beheer heeft, om uitleg. De man antwoordde dat het om conventionele wapens ging. Volgens het bestuur van de universiteit ging het om gewone explosieven. Lopez was gerustgesteld. Maar toen hij op een ochtend wakker werd, stond er een stapel dozen voor zijn deur, met een massa documenten. Hierin was alleen sprake van verarmd uranium.

‘Ik was geschokt’, vertelt Lopez. ‘Ik ontdekte dat het verarmd uranium al sinds 1972 op de Socorroberg werd uitgetest. Het waren contracten met de Amerikaanse overheid, het leger, multinationals. Wat kon ik tegen die machtige instanties beginnen? Ik nam me voor mijn vroegere activiteiten terug aan te vatten. Maar eerst wilde ik de directeur van de universiteit wel nog even vertellen dat ik de waarheid over de gewone explosieven had achterhaald. “Wat is er aan de hand jongen?”, reageerde de man, op de manier waarop blanke mensen in Socorro gewend zijn mensen met een gekleurde huid aan te spreken. “Het is verarmd uranium! Leer lezen en ga terug naar school!” Toen heb ik beslist niet naar de golfwereld terug te keren, maar actie te voeren tegen het verarmd uranium.’

In Socorro heeft Lopez uiteindelijk de strijd verloren. De testterreinen rond de berg werden zelfs nog uitgebreid. Toch is de strijd niet altijd even hopeloos. Op een dag belde een man bij Lopez aan. Hij was gestuurd door de Lacota-indianen in Zuid-Dakota. De Lacota-ouderen vroegen hem om advies. Blanke boeren hadden indianenland in de Zwarte Heuvels aan Honeywell verkocht, dat het als proefterrein wilde gebruiken voor het uittesten van verarmd uranium.

‘Ik reisde naar Hot Springs, waar de weg doorheen de Zwarte Heuvels begint’, zegt Lopez. ‘Toen ik er aankwam, werd ik er opgewacht door 80 gewapende strijders van wie de meesten in 1978 nog in Wounded Knee hadden gevochten. De Zwarte Heuvels zijn voor de indianen in heel Noord-Amerika heilig gebied. Ik adviseerde de Lacota-ouderen met één stem te spreken en al hun krachten aan te wenden om het bedrijf uit de Zwarte Heuvels te verdrijven. Ze hebben dat advies erg letterlijk genomen en er zelfs een bulldozer in het ravijn gegooid. Wat later schreef de pers dat de indianen Honeywell uit de Zwarte Heuvels hadden verdreven. Vanaf dat moment heb ik de strijdbijl voorgoed opgegraven en vecht ik voor een verbod op verarmd uranium.’

HOGE STRALINGSDOSISSEN

In januari 2001 was Lopez in Irak om er stralingsmetingen te doen. Op diverse plaatsen in Bagdad heeft hij toen een sterk verhoogd stralingsdebiet vastgesteld. Hij wijdt dat aan gebruikte munitie en tanks die zijn kapotgeschoten tijdens de Golfoorlog in 1991. Ten zuiden van Basra heeft hij een verarmd-uraniumprojectiel gevonden. Lopez: ‘Toen ik het meettoestel dichtbij het projectiel hield, sloeg het tilt. Toen ik het een viertal centimeter van de kogel hield, slaagde ik erin een 20-tal metingen te doen. Gemiddeld gaf het toestel 2400 tellen aan per minuut, tegenover een achtergrondstraling van 8 tot 10 tellen per minuut. Op weg naar Basra en Bagdad kreeg ik harde, rode, brandende vlekken op mijn handen, die opzwollen. Later kreeg ik ook vlekken op delen van mijn gezicht. Ik begon me duizelig en zwak te voelen. Ik ben toen naar Londen en Denemarken gereisd, waar ik na een ontgiftingskuur (chelatietherapie, immuunbooster) er weer bovenop ben gekomen.’

Nog meer onderzoekers hebben in Irak een verhoogde radioactiviteit vastgesteld. Volgens de Stichting Laka, een onafhankelijk documentatie- en onderzoekscentrum voor kernenergie in Amsterdam, mat de Britse wetenschapper Chris Busby in met restanten en stofdeeltjes van verarmd uranium besmette zones ten zuiden van Irak een stralingsdosis van vier microsievert per uur – 80 keer de normale achtergrondstraling.

Lopez maakt zich de grootste zorgen over de kogels die in Irak zijn gebruikt: ‘Ik ben bang dat het niet altijd om verarmd uranium gaat, maar om zwaarder radioactief materiaal.’ Als de metingen op een goede manier met een goed toestel zijn gebeurd, dan wijzen ze effectief op een probleem. Verarmd uranium is namelijk maar zeer licht radioactief, 40 percent minder radioactief dan het natuurlijk uranium dat elke dag doorheen ons lichaam gaat.

Er zijn nog gevallen bekend van harde, rode, brandende huidvlekken die opzwellen na het aanraken van kogels in Irak. Volgens verarmd-uraniumexpert Henk Vanderkeur van de Stichting Laka heeft de Duitse professor Siegwart-Horst Günther foto’s gemaakt van kinderen die na het spelen met de projectielen soortgelijke vlekken op het lichaam hadden gekregen. Volgens een arts die wij hebben geconsulteerd, zijn de gerapporteerde symptomen evenwel niet typisch voor stralingsziekten.

GERECYCLEERD URANIUM

Het is wetenschappelijk bewezen dat verarmd-uraniumkogels die in Kosovo werden gebruikt, zeer licht met gerecycleerd uranium (U-236) waren besmet. Volgens Pekka Haavisto, het hoofd van het UNEP-team, het milieuprogramma van de Verenigde Naties, verschilt de contaminatie van projectiel tot projectiel. De besmetting kan volgens Haavisto tijdens het productieproces of in de opwerkingsfabriek zijn gebeurd. De tweede hypothese is dat er verschillend basismateriaal is gebruikt. Dat er, met andere woorden, in sommige gevallen gerecycleerd nucleair afval is gebruikt.

De besmetting van het verarmd uranium wordt in de Verenigde Staten in verband gebracht met de slordige manier waarop de Amerikaanse opwerkingsfabrieken in Paducah (Kentucky) en Portsmouth (Ohio) in het verleden werden gerund. Dit schandaal nam in 2001 steeds grotere proporties aan. Er bleken veel grotere stocks te zijn besmet dan aanvankelijk aangenomen. Volgens Robert Alvarez van het Institute for Policy Studies die voor het ministerie van Energie heeft gewerkt, kan de besmetting gaan van heel lichte tot relatief hoge waarden. Alleen weet niemand welke voorraden de gevaarlijkste waren en waar die stocks zijn terechtgekomen.

Vorige maand nog stelden journalisten verhoogde stralingsniveaus vast in Bagdad. Scott Peterson beschreef in The Christian Science Monitor hoe op sommige plaatsen de geigerteller van collega’s er bijna 1000 keer de normale achtergrondwaarde aangeeft. Zelf stelde Peterson op vier locaties significante straling vast. In de zuidelijke buitenwijken van Bagdad mat hij 300 keer de normale achtergrondstraling, op de plek waar tijdens de oorlog vier voorraadtrucks met verarmd-uraniummunitie brand hadden gevat.

UNEP dringt sinds het eind van de bombardementen aan op monitoring van de getroffen sites en alle andere milieuschade die de oorlog heeft aangericht. Wetenschappelijk onderzoek dringt zich bijvoorbeeld op naar de precieze stralingsniveaus van de munitie die ditmaal niet hoofdzakelijk in de woestijn, maar in miljoenensteden, zoals Bagdad, werd ingezet. UNEP vraagt een snelle en grootscheepse opruimoperatie van de gebruikte verarmd-uraniummunitie en ander tuig.

SPIJTIGE VERGISSING?

Sinds de Golfoorlog van ’91 wordt verarmd uranium ongebreideld op het slagveld ingezet. Buiten het lichaam is het relatief ongevaarlijk. Als een verarmd-uraniumprojectiel zijn doel raakt, komt er evenwel een aerosol van kleine deeltjes vrij die via de longen, de maag of wonden in het lichaam kunnen terechtkomen. De deeltjes komen ook in de natuur, het grondwater en de voedselketen terecht. Literatuurstudies van hoge wetenschappelijke instanties poneren dat verarmduraniumdeeltjes in het lichaam geen schade aanrichten, behalve in geval van zeer grote dosissen. Wat de precieze langetermijneffecten zijn in het lichaam, werd echter nooit onderzocht. Een groep wetenschappers is het met de bevindingen uit de vele literatuurstudies al geruime tijd oneens. De Britse wetenschapper Chris Busby dringt er in een rapport voor het European Committee on Radiation Risk (ECRR) bijvoorbeeld op aan de veel te optimistische modellen voor de risico’s van lagedosisstraling te vervangen door een veel strikter model. De laatste maanden zwelt de groep kritische wetenschappers alleen maar aan.

‘Wat als we ons hebben vergist?’, zei de Amerikaanse radiobiologiste Alexandra Miller van het Armed Forces Radiobiology Research Institute in Bethesda (Maryland) onlangs in New Scientist. ‘Verarmd uranium is radioactief én chemisch toxisch. In het verleden is aangetoond dat geen van beide eigenschappen in het lichaam een significant risico voor de gezondheid oplevert. Maar niemand heeft het gecombineerde effect van beide onderzocht.’ Miller gelooft dat radiologische en chemotoxische effecten op een subtiele manier elkaar versterken. ‘Dat is zeer plausibel en het inzicht wint snel veld’, bevestigt Carmel Mothersill, het hoofd van het Radiation and Environmental Science Centre van het Ierse Dublin Institute of Technology. ‘De wetgevers weten hier wel geen weg mee en vegen het dus maar onder de mat.’

De gevolgen van een interne blootstelling aan zeer licht radioactieve verarmduraniumdeeltjes zouden veel groter kunnen zijn dan bij blootstelling aan een grote stralingsdosis, waarbij veel cellen worden gedood. Het gevaar zit hier in de overleving van genetisch gewijzigde cellen. Dit kan aanleiding geven tot kanker en andere aandoeningen. In geval van zeer lichte blootstelling zijn de cellen namelijk niet vernietigd. De omringende cellen die niet door straling zijn getroffen, kunnen ook dergelijke afwijkingen vertonen ( the bystander effect). Millers onderzoek van verarmd uranium op dieren en in vitro wijst op kankerverwekkende en mutagene effecten. Ook andere wetenschappelijke teams zijn overtuigd van de schadelijke effecten van verarmd-uraniumdeeltjes. Volgens onderzoekers van het Lovelace Respiratory Research Institute kunnen de deeltjes in het centraal zenuwstelsel terechtkomen en leiden tot neurotoxische effecten.

MINI-KERNWAPENS

Waarnemers zien met lede ogen de grenzen vervagen tussen conventionele wapens en wapens die een langetermijnstraling genereren. Ze maken zich onder meer zorgen over de fondsen die onlangs in de VS zijn vrijgegeven voor onderzoek naar twee types kernwapens: dieptepenetratiekernwapens en nucleaire wapens met een beperkt explosief vermogen. ‘Het geld voor het onderzoek is vrijgegeven. De noodzakelijke wetgeving is grotendeels door het Amerikaanse Congres’, zegt de Nederlandse kernwapenexpert Karel Koster van het netwerk PENN (Project on European Nuclear Non-Proliferation/Netherlands).

‘Ten gevolge van het non-proliferatieverdrag, een cruciale overeenkomst die bijna alle landen in de wereld hebben ondertekend, mogen de ondertekenaars niet met kernwapens worden aangevallen. Het is echter al jaren zo dat de Verenigde Staten daartoe wél bereid zijn, blijkens militaire documenten en presidentiële verklaringen. De Amerikanen hebben zich altijd al het recht voorbehouden om als eerste andere landen aan te vallen, als die bijvoorbeeld in het bezit zouden zijn van chemische of biologische wapens.’

‘Tijdens de regering-Clinton heeft het nucleaire establishment de bureaucratische strijd rond nucleaire bewapening gewonnen. In tegenstelling tot wat zwart op wit genoteerd stond in diverse akkoorden, wordt het aantal kernkoppen in werkelijkheid niet gereduceerd. Sinds enige tijd weigeren de Amerikanen volop ontwapeningsverdragen te ondertekenen. Ze hollen ook voortdurend overeenkomsten uit.’

Vandaag is er van enige dubbelzinnigheid al lang geen sprake meer. Koster: ‘In een wereld vol dreigingen gaat de regering-Bush in een reeks verklaringen en documenten voluit. Dat zij als eerste met kernwapens kan aanvallen, stond in september letterlijk in de documenten omtrent de veiligheidsdoctrine. Als er een dreiging is, mogen de Amerikanen aanvallen ( pre-emptive strikes). Dat de dreiging reëel is, hoeven ze niet te bewijzen. We moeten hen op hun woord geloven. Dat ze hierbij knoeien met informatie is in het geval Irak ruimschoots aangetoond.’

De nieuwe, kleine dieptepenetratiekernwapens zouden van nut zijn om diepgelegen bunkers en opslagplaatsen te vernietigen. Volgens Koster is dat onzin, omdat die wapens niet dieper kunnen komen dan 20 meter. De vergiftiging ten gevolge van de kleine dieptepenetratiewapens zou groter zijn dan bij luchtexplosies, omdat bij de impact radioactieve grond de lucht wordt ingezogen. De nieuwe nucleaire wapens met ‘beperkt explosief vermogen’ zijn nog altijd kernwapens met een lading van 5 kiloton – een derde van de kracht van de Hiroshimabom.

Er zijn nog méér redenen tot ongerustheid. Zo zouden de Amerikanen serieus overwegen om weer met kernproeven te beginnen. Ze zijn tevens begonnen met de bouw van een gloednieuwe fabriek voor de aanmaak van plutoniumkoppen ( pits). Ook liggen er op langere termijn nieuwe intercontinentale raketten op de tekentafel, evenals een nieuwe nucleaire onderzeeër.

De Amerikanen geven het voorbeeld. Andere staten zullen – al dan niet in het grootste geheim – volgen. Het gevolg is een nieuwe wapenwedloop en een nog onveiliger wereld.

Marleen Teugels

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content