MA / 13 / 06
De politieke malaise in ons land is de schuld van twee instanties: de kwaliteitspers en het staatshoofd. De kwaliteitspers met haar oeverloze opblazen van elk akkefietje en elk half woord dat geneuried of getwitterd is, en met haar eindeloze gestook. En het staatshoofd, misschien niet in persoon, hoewel in dit specifieke geval toch weer wel, maar vooral vanuit zijn functie, die in ons land totaal verkeerd gedefinieerd is, zoals de meeste van onze functies en structuren verkeerd gedefinieerd zijn.
We zijn een federale staat, zo vertelt onze grondwet in zijn eerste artikel. Maar wat zijn wij eigenlijk? We zijn geen echte federalistische staat, we zijn ook geen unitaire staat, geen echte monarchie, geen republiek… Wij zijn niks. Van alles iets en van niets alles.
Artikel 1 luidt als volgt: ‘ België is een federale Staat, samengesteld uit de gemeenschappen en de gewesten.‘ Een normaal denkend mens kiepert de hele zwik meteen in de vuilnisbak. Als de eerste zin onzin is, wat voor nut hebben de andere dan nog? Behalve in een column. Een federale Staat samengesteld uit gemeenschappen en gewesten, dat bestaat nergens. Enfin, dat nemen wij toch aan, helemaal zeker zijn we daar natuurlijk niet van. Wie weet in Tsjaad, of Burkina Faso. Of in het sultanaat van Brunei.
Er zijn vermoedelijk al niet veel federale staten ingedeeld op basis van gemeenschappen. Bosnië wellicht, Somalië misschien, en er hoeft weinig uitleg bij de gevolgen die dat heeft gehad. Maar een staat gebaseerd op gemeenschappen én gewesten? Waar zijn ze nog zo slim? De Zwitserse confederatie? Nee. Canada? Ook nee. De Russische Federatie? Evenmin.
We schakelen nu over naar artikelen 2, 3 en 4, en daarin staat, hou u vast, dat België feitelijk bestaat uit drie gemeenschappen, drie gewesten, en vier taalgebieden. Die bovendien niet met elkaar overeenstemmen. Neem de eerste vier artikelen van onze grondwet, en je hoeft geen verdere moeite meer te doen.
Maar kom, goede wil is nu eenmaal de totemnaam van uw dienaar-scout, we lezen toch nog even door. Artikel 7 bis: ‘ Bij de uitoefening van hun respectieve bevoegdheden streven de federale Staat, de gemeenschappen en de gewesten de doelstellingen na van een duurzame ontwikkeling in haar sociale, economische en milieugebonden aspecten, rekening houdend met de solidariteit tussen de generaties.’
Wat mag dat in ’s hemelsnaam betekenen? Wie snapt dit? Zo’n krom- en nontaal kan niet anders dan recht uit de nota Vande Lanotte komen. Hier wordt waarschijnlijk in Wetstraatees verkondigd dat er nóg meer belastinggeld naar Electrawinds en naar BC Oostende moet gaan.
Met zo’n gedrocht van een constitutie is het niet verrassend dat we in een politieke patstelling zitten, de verrassing is dat het zo lang geduurd heeft. En we dreigen er nooit meer uit te komen, want de peilingen geven aan dat bij nieuwe verkiezingen de grote twee onverzoenbare partijen nog groter en nog onverzoenbaarder zullen worden. Zouden er nog veel democratische staten zijn waar de kiezers een federaal parlement kiezen, waaruit een federale regering volgt, zonder dat er ook maar één federale partij is? Dat kan alleen in een land waar, behalve eigenbelang en corruptie, dwaasheid de leidraad is van elke politieke en bestuurlijke beslissing.
Gelukkig, denkt een buitenlander dan, hebben de Belgen één instantie die boven het politieke geruzie staat en dus de oplossing kan brengen in een crisis als deze: het staatshoofd. Fout. Ook hier is de grondwet een garantie voor miserie. Artikel 37 biedt nochtans hoop: ‘ De federale uitvoerende macht, zoals zij door de Grondwet is geregeld, berust bij de Koning.’ Dat klinkt al iets duidelijker dan artikel 7 bis, niet? En let op, er staat dus niet: ‘De federale uitvoerende macht berust bij de Koning en bij de ministers.’ Nee, er staat: ‘… bij de Koning.’ Daarna volgen zeven bladzijden om uit te leggen waarom de uitvoerende macht niet bij de koning berust. Beperking links, beperking rechts, beperking in het midden… Behalve tal van artikelen in de grondwet zelf zijn er nog vier bibliotheken vol wetten en decreten met allemaal één bedoeling: artikel 37 van de grondwet tegenspreken. Waarom ze dat er dan niet uit halen, geen kip die het kan kakelen.
Het komt hierop neer: van alle Belgen heeft het hoofd van de staat het minst te zeggen over de staat. Meer: als hij nog maar aanstalten maakt om er zijn mond over open te doen, heeft hij al ambras. Herinner u het boek van Steven Samyn. Ergens in een uithoekje van een verafgelegen bladzijde stond dat de koning tussen zijn tanden door had gemompeld, tegen de rug van Joëlle Milquet of tegen de stootkar van Wouter Van Besien die overigens niet zo veel van elkaar verschillen, dat hij geen zin had in nieuwe verkiezingen. Iets wat alle politieke leiders al een jaar lang van alle daken schreeuwen.
Mensen, land te klein. En het was al niet groot. De kwaliteitskranten kwamen papier te kort, riemen en riemen, en de staatsomroep miste zendtijd, uren en uren, een derde net was hier van pas gekomen. TerZake liet de zwaarste kanonnen aanrollen: onze chef-Wetstraat en Christian Laporte, respectievelijk de felste tegenstander en de felste voorstander van de vorst. Was de uitspraak van koning Albert niet een herhaling van de weigering van koning Boudewijn om de abortuswet te ondertekenen?
Nee, dat was ze natuurlijk niet. In de loop van de namiddag was al gebleken dat koning Albert helemaal niet had gezegd dat hij een eventuele wet op nieuwe verkiezingen niet zou ondertekenen, laat staan dat hij het effectief had gedaan. Het ging dus nog maar eens om een onterecht opgepompt fait divers, een zoveelste door de pers gefabriceerde rel. Geen nood, bij de VRT pasten ze zich wondersnel aan: ‘Wat indien koning Albert wél zou hebben gezegd dat hij niet zou tekenen?’ En hopla, ze waren weer vertrokken. Kwaliteitsjournalistiek vereist soms enige flexibiliteit.
Dat nieuwe verkiezingen ongrondwettelijk zijn, is men in de Wetstraat trouwens vergeten. Idem voor de koning. De vorige waren al ongrondwettelijk verklaard, maar u dacht toch niet dat het hoofd van onze staat zich iets aantrekt van een uitspraak van zijn eigen Grondwettelijk Hof? Komkom, ernstig blijven. Dat de vorige en de volgende verkiezingen ongeldig zijn, hebben we te danken aan alweer een schitterend initiatief van den Baard, die als professor grondwettelijk recht meende dat je gerust overal provinciale kieskringen kon invoeren en in Vlaams-Brabant niet. Grondwet artikel 10, verder hoefde je hem niet te kennen, maar dat was voor een professor constitutioneel recht al te veel gevraagd.
Voor de aardigheid: wie van u weet nog wie er bij dat Grondwettelijk Hof de klacht heeft ingediend die de impasse rond Brussel-Halle-Vilvoorde in gang heeft gezet? Herman Van Rompuy! De president van Europa. Als ze hem dus in de hogere salons van de EU vragen wie de schuldige is voor het politieke imbroglio in België, zal hij antwoorden: ‘Moi.’ Tenzij hij de christelijke deugd van het liegen beoefent.
Zeker, er waren nog andere indieners: Hugo Van den Berghe, Carl Devlies, Geert Bourgeois en een paar Vlaams Belangers, maar Herman Van Rompuy was de grote stoker achter de schermen. Een van de advocaten van de klagers was Matthias Storme, dat zal al minder verbazing wekken. Aangezien in die kwestie, voor zover wij weten en hopen althans, geen pedofielen die tweejarige peuters seksueel misbruiken verdedigd hoefden te worden, was het kantoor Van Steenbrugge-Mussche voor één keer geen partij. Wat voor de VRT-nieuwsdienst geen beletsel kan zijn geweest om hen er toch over te interviewen.
Bon. We schrijven de huidige politieke penarie dus in als veroorzaakt door Herman Van Rompuy, en de provinciale kieskringen als fiasco nummer 507 op de onovertroffen lijst met mislukkingen van den Baard. Wordt nog altijd ernstig genomen door onze kwaliteitspers, hoor. Je mag hen keer op keer zwart op wit de bewijzen van het tegendeel onder de neus leggen, die weigeren ze te zien. Soms moet je afdalen naar kleuterklasniveau. Stel: partij A behaalt met voorzitter X 24 procent van de stemmen. Voorzitter X wordt opgevolgd door voorzitter Y. Bij de eerstvolgende verkiezing behaalt partij A nog 16 procent van de stemmen. Aan wie ligt dat dan? Goed nadenken! Niet simpel. Komt het? Jaja: aan voorzitter Y! Juist. Men moet toch al zo stom zijn als het achtereind van een varken, gepropt in dat van een koe, om dat niet te snappen.
Wetstraatpers snapt dit niet. Lag aan van alles, die 8 procentpunt verlies, wat een eigenlijke achteruitgang is met 33 procent, 300.000 kiezers kwijt in één verkiezing. Aan van alles lag het, je kunt het allemaal niet bedenken, maar aan één factor niet: aan de olympische kluns van een voorzitter Y, want dat is een groot staatsman. ‘Kalm blijven,’ zegt Rik Van Cauwelaert dan tegen ons als wij weer zo’n aanval voelen opkomen, ‘rustig in- en uitademen.’ U moet het eens proberen, kalm te blijven.
Met de staatshervorming is het al even erg. Als iemand de staat moet hervormen, dan is het toch vanzelfsprekend het hoofd ervan, waarom heb je het anders nodig? Het staatshoofd in casu is onze geliefde vorst Albert de Tweede. De Vader van het Jaar. Hij had om te beginnen al in september moeten beseffen dat PS en N-VA niet tot een akkoord kúnnen komen, niet communautair en niet sociaaleconomisch, het is bijna misdadig om dat tegen alle rede in toch te blijven opdragen. De koning had moeten kiezen voor een regering met PS en zonder N-VA of omgekeerd. Of anders had hij buiten de politiek om een comité van wijzen, dus geen politici, moeten bijeenroepen om de staat een nieuwe structuur te geven, een waarin de huidige blokkering zich niet meer kan voordoen.
De enige die op dat punt al een verstandig voorstel heeft gelanceerd is, op gevaar af dat wij eenzijdig worden met onze herhaalde lof: den Baard. Hij beweerde voor een aula vol studenten en camera’s dat België alleen kan overleven indien het wordt ingedeeld in drie of vier gewesten met volheid van bevoegdheden, en met een federale overheid die alleen de belangen behartigt die de gewesten afstaan. Dat is correct, en zolang men dat aan Vlaamse kant blijft loochenen, gaat dit land regelrecht zijn ondergang tegemoet, recht op de laatste nog niet gesmolten ijsschots af terwijl meerdere orkesten door elkaar heen hun laatste deuntjes blazen.
Jammer genoeg verklaarde den Baard dat de dag nadat hij het grootste broddelwerk uit de op dat gebied nochtans ruim bedeelde Belgische politieke geschiedenis had afgeleverd: de nota -Vande Lanotte. Daarin stond over een indeling in drie of vier gewesten geen halve letter. Daar val je toch van omver? Men denkt soms dat wij overdrijven bij wijze van stijlfiguur, maar als het aan ons lag, wij sleepten die jandoedel echt voor het executiepeloton.
Besluit: het is de hoogste tijd dat we een nieuwe grondwet laten opstellen. Een als die van 1831, in zuiver en rechtlijnig denken een voorbeeld voor heel Europa. Helaas om zeep geholpen, verfrommeld tot een vodje papier, door de grote bricoleurs van de generatie Martens-Dehaene-Tobback, die nu de jongeren de les spellen. Misschien kan Louis Tobback na al die jaren eindelijk eens uitleggen hoe twee miljoen frank smeergeld van een Italiaanse wapenfabrikant op de rekeningen van zijn Leuvense SP konden worden ingeschreven als ‘opbrengst van de verkoop van steunkaarten’. Dat hij dat eerst doet, vooraleer kritiek te geven op de jonge generatie van vandaag, die heel wat hogere morele standaards heeft dan de zijne.
DO / 16 / 06
De 183 leden van de Internationale Arbeids Organisatie hebben een conventie ondertekend tegen de uitbuiting en tegen de fysieke en morele mishandeling van huis- en keukenpersoneel. Dat is niets te vroeg. Wij zijn zo vrij de controleurs van de IAO een tip te geven voor hun eerste verrassingsinspectie: Hof van Cleve, Riemegemstraat 1, Kruishoutem.
Het betreft een wegrestaurant dat wordt uitgebaat door een tiran die meent dat zijn werknemers ook zijn lijfeigenen zijn, en dat hij hen dus ongelimiteerd mag uitschelden voor al het vuils dat hem voor de geest komt. Zoals ze dat vroeger deden in het leger en de mijnbouw, en vandaag in de fruitpluk in Haspengouw.
Aangezien uw dienaar niet alleen graag olie op zijn sla maar ook op het vuur giet, herhalen wij onze oproep: geen lezer van Knack zal nog één cent besteden in dat Hof van Cleve , waar het sowieso veel te duur is voor wat u maar op uw bord krijgt. Het is niet omdat je vijf kilo peper over elk gerecht strooit, ‘goed afkruiden’ volgens de patron, dat het ook lekker is.
Het zou ons niet verbazen mocht de EHEC-bacterie uit Kruishoutem komen. Net als Paul Tant.
door Koen Meulenaere
Als ze Van Rompuy vragen naar de schuldige voor de impasse in België zal hij antwoorden: ‘Moi.’