Jaarlijks trekt een honderdtal Belgische vrouwen over de Franse grens om er te bevallen van een ongewenst kind.

Opmerkelijk is dat artikel 30 van het verdrag van Den Haag alle staten verplicht om de gegevens te bewaren over de afkomst van een kind dat geadopteerd wordt. In het land van herkomst moet een centrale autoriteit de informatie over de identiteit van de ouders van het geadopteerde kind bijhouden. Bovendien moet het kind wanneer het dat wil toegang krijgen tot die gegevens, althans voor zover de wetgeving van het land dat toestaat.

Niet alleen dit verdrag huldigt het principe dat elk geadopteerd kind aan informatie over zijn afkomst moet kunnen geraken, ook het VN-verdrag over de rechten van het kind legt de nadruk op het recht van het kind om zijn of haar ouders te kennen.

Bij internationale adoptie hangt het er echter van af wat de wetgeving in het land van herkomst over deze materie zegt. Los daarvan dient rekening te worden gehouden met het feit dat geboorteregistratie in sommige ontwikkelingslanden of in oorloggsituaties verre van nauwkeurig verloopt.

In België veroorzaakt die informatieregel geen enkel probleem, aangezien de geboorteakte de naam van de ouders vermeldt en dat dokument na een adoptie niet vernietigd wordt. Wie de identiteit van zijn of haar ouders wil weten, hoeft dus alleen maar de eigen geboorteakte op te vragen. Zeker het achterhalen van de identiteit van de moeder beantwoordt aan een vanzelfsprekendheid omdat volgens het Belgische recht en volgens de meeste Europese rechtsstelsels de naam van de moeder in de geboorte-akte vermeld moét worden, zelfs als de moeder dat kind absoluut niet wenst en het onmiddellijk afstaat voor adoptie.

Omdat in een aantal gevallen vrouwen toch absoluut willen vermijden dat een kind hen opspoort, gaan ze bevallen in een land waar dat systeem niet bestaat. In Frankrijk en Luxemburg is het vermelden van de naam van de moeder in de geboorteakte niét verplicht. Wanneer een Belgische vrouw dus op Frans grondgebied bevalt, kan zij de wens uitdrukken anoniem te blijven. In dat geval vermeldt de geboorteakte dat het kind geboren werd uit een onbekende moeder. Om die reden trekken er nogal wat vrouwen net over de grens, naar plaatsen als Duinkerke of Rijsel, om daar hun ongewenst kind te krijgen.

Volgens professor Patrick Senaeve, die voor dit fenomeen de term “bevallingstoerisme” bedacht, is het verschijnsel genoegzaam bekend. Hij vermoedt dat jaarlijks toch een honderdtal Belgische vrouwen over de grens bevallen. In Vlaanderen wordt vooral de rechtbank in Kortrijk met het fenomeen gekonfronteerd. Want als het kind achteraf terug in België wordt geadopteerd, rijzen er wel eens juridische problemen. Senaeve : “Er zijn mensen of organizaties die deze procedure te goeder trouw begeleiden. Ze willen de vrouw in kwestie helpen en ze willen zorgen voor het kind. Dat laatste is niet altijd even evident. Want wanneer zo’n kind in Frankrijk geboren wordt, verandert het prompt in een Frans staatsburger. De Franse nationaliteitswetgeving zegt namelijk dat een kind dat uit onbekende ouders op Frans grondgebied wordt geboren, de Franse nationaliteit heeft.

Meestal brengt de begeleider dit juridisch ouderloze kind over de grens en staat het hier af aan adoptie-ouders. Als het kind hier door Belgen wordt geadopteerd, krijgt het immers de Belgische nationaliteit. Een aantal parketmagistraten wilde op deze gang van zaken reageren, maar het hof van kassatie onderkent geen enkel juridisch probleem. “

In haar wetsvoorstel verwijst de SP ook naar de praktijk van het “bevallingstoerisme. ” De huidige adoptiewet laat ruimte open voor een inspraakprocedure voor de grootouders. Om daaraan te ontsnappen zou, volgens de SP-senatoren, een aantal vrouwen gebruik maken van deze bevallingsroute. De SP stelt dan ook voor om het verplicht inwinnen van advies van de grootouders te schrappen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content